Banaan
1 / 14
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Welke instrumenten speelde bij het intro?
A
Dwarsfluit, gitaar, piano
B
Dwarsfluit, basgitaar, drum, triangel
C
Dwarsfluit, basgitaar, drum, triangel, trompet
D
Dwarsfluit, banaan, drum, basgitaar
Slide 4 - Quizvraag
Welk fruitsoorten worden er tweede en derde?
A
Banaan, peer
B
Peer, meloen
C
Meloen, banaan
D
Banaan
Slide 5 - Quizvraag
Waarom kan een banaan niet staan?
A
Hij is te recht
B
Hij heeft geen benen
C
Hij is te klein
D
Hij is te krom
Slide 6 - Quizvraag
Waarom zorgt hij voor zon op een druilerige dag
A
Met zijn enorme gele lach
B
Vanwege zijn kleur
C
Vanwege zijn vorm
D
Hij heeft geen pit.
Slide 7 - Quizvraag
Wat kan je allemaal met de banaan?
A
Nep pistool
B
Snack op school
C
Telefoon
D
Het is een mooie halve maan
Slide 8 - Quizvraag
Wat gebeurd er in de muziek
A
De toonsoort wordt anders
B
Er verandert niks
C
Het wordt vrolijker
D
Het wordt langzamer
Slide 9 - Quizvraag
Wie zijn er niet blij?
A
De banaan
B
De peer
C
De meloen
D
Alle drie
Slide 10 - Quizvraag
Welk instrument speelt er een solo door het refrein?
A
De banaan
B
De trompet
C
De dwarsfluit
D
De drum
