Lezen herhaling

Vandaag

Bespreken tekst met argumenten: bron?
Herhaling signaalwoorden
Tips toets lezen

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1-5

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vandaag

Bespreken tekst met argumenten: bron?
Herhaling signaalwoorden
Tips toets lezen

Slide 1 - Tekstslide

Bij welk tekstverbanden horen de signaalwoorden 'ook', 'bovendien' en 'tevens'?
A
opsomming
B
tegenstelling
C
tijdsvolgorde
D
reden

Slide 2 - Quizvraag

Kies de twee goede antwoorden.

Tekstverbanden...
A
...geven alinea's aan
B
...geven het doel van een tekst aan
C
...geven aan hoe alinea's en zinnen met elkaar te maken hebben
D
...helpen je een tekst beter te begrijpen

Slide 3 - Quizvraag

Kies de twee goede antwoorden.

Tekstverbanden...
A
...geven alinea's aan
B
...geven het doel van een tekst aan
C
...geven aan hoe alinea's en zinnen met elkaar te maken hebben
D
...helpen je een tekst beter te begrijpen

Slide 4 - Quizvraag

12. Je geeft op je profiel aan welke films je goed vindt, naar welke muziek je luistert en 160 welke merken je draagt en daar ontleen je waarde aan. Brouwer: “Die waarde is echter van korte duur.
Welk tekstverbanden vind je in deze zin?
A
oorzaak-gevolg
B
tegenstelling
C
reden
D
opsomming

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het signaalwoord + verband:

Grote schoonmaak
Opruimen is niet mijn sterkste kant. Rotzooi maken kan ik daarentegen wel goed.

A
Rotzooi - signaalwoord opsomming
B
Grote - signaalwoord toelichting
C
daarentegen - signaalwoord tegenstelling
D
Goed - signaalwoord voorbeeld

Slide 6 - Quizvraag

Welk signaalwoord is een signaalwoord voor uitspraak-voorbeeld?
A
toch
B
ten slotte
C
tegenover
D
denk aan

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord is geen signaalwoord?
A
Bovendien
B
Daarnaast
C
Omdat
D
Zijn

Slide 8 - Quizvraag

Het signaalwoord- want - kondigt een ......... aan
A
argument
B
mening
C
conclusie

Slide 9 - Quizvraag

Het signaalwoord "tenslotte" hoort bij tekstverband:
A
tijdsvolgorde
B
opsomming
C
tegenstelling

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Gezamenlijk tekst lezen


- Lees in tweetallen de tekst. Overleg met elkaar:

- Markeer de kernzinnen van de alinea's
- Zoek naar eventuele signaalwoorden in de alinea en onderstreep/markeer ze. Benoem daarbij het tekstverband.

Na 10 minuten bespreken we de hele tekst.


Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide