Böses Foul beim Fußball

Böses Foul beim Fußball
Niveau 1: Ismail Kassem
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Böses Foul beim Fußball
Niveau 1: Ismail Kassem

Slide 1 - Tekstslide

Bekijk de foto en beantwoord de vraag in de volgende slide.

Slide 2 - Tekstslide

Hoe noemen we een "Foul" in het Nederlands?

Slide 3 - Open vraag

Wat betekent de titel van het boekje in het Nederlands?
A
Een boze overtreding bij het voetballen
B
Een gemene overtreding bij het voetballen
C
Een boze voetbal
D
Een gemene overtreding tegen de bal

Slide 4 - Quizvraag

Lese die Info: Wer ist Ismail? 
Ismail kommt aus Kairo, das liegt in Ägypten. Er ist 15 Jahre alt. 
Ismail geht in die Goetheschule in Frankfurt.
Er ist noch nicht lange in Deutschland. Er kann noch nicht so gut Deutsch, aber er kann sehr gut Fußball spielen!


Slide 5 - Tekstslide

Welke beweringen kloppen niet?
A
Ismail is een goede voetballer.
B
Ismail komt uit Eritrea.
C
Ismail is 16 jaar oud
D
Ismail gaat in Frankfurt naar school.

Slide 6 - Quizvraag

Luister naar blz. 2 en lees mee!

Slide 8 - Tekstslide

Wat is een "Verein"?

Slide 9 - Open vraag

Wat is een "Umkleidekabine"?

Slide 10 - Open vraag

"In der Umkleidekabine verschwindet sein Mut". Dit betekent:
A
In de kleedkamer verdwijnt zijn lef.
B
In de kleedkamer heeft hij lef.
C
In de kleedkamer verdwijnt zijn shirt.
D
In de kleedkamer toont hij moed.

Slide 11 - Quizvraag

Wat betekent het woord "traurig"?

Slide 12 - Open vraag

Welke bewering klopt NIET?
A
De spelers maken kennis met Ismail.
B
Alle spelers kennen elkaar al goed.
C
Ismail gaat in een hoek op de bank zitten.
D
Geen van de spelers merkt Ismail op.

Slide 13 - Quizvraag

Luister naar blz. 3+4, lees mee!

Slide 14 - Tekstslide

Hoe heet de "coole gast" die Ismail wel in de kleedkamer opmerkt?

Slide 15 - Open vraag

Wat vraagt Ismail aan Thierry?
A
Of hij goed kan voetballen?
B
Of hij een shirtje voor hem heeft?
C
Of ze in het team nog een goede speler nodig hebben?
D
Of Thierry vandaag ook voor het eerst komt?

Slide 16 - Quizvraag

Welke 2 beweringen kloppen niet?
A
Ismail mag meteen meedoen.
B
Thierry vraagt aan de trainer of ze Ismail kunnen gebruiken.
C
Ismael is een aanvaller.
D
Er valt een doelpunt.

Slide 17 - Quizvraag

Luister naar blz. 5+6, lees mee!

Slide 18 - Tekstslide

Welke beweringen kloppen NIET?
A
Ismail krijgt lof van trainer Thomas.
B
Ismail heeft plezier op het veld.
C
Ismail maakt een doelpunt.
D
Thierry is jaloers op Ismail.

Slide 19 - Quizvraag

Op welke dag is de volgende wedstrijd? Op ..... (vul aan)

Slide 20 - Open vraag

Voor welk document maakt Thierry een foto van Ismail? Voor de .....(NL)

Slide 21 - Open vraag

Welke bewering klopt?
A
Frau Langer vraagt hem twee keer om een antwoord.
B
Duits is het lievelingsvak van Ismail.
C
Ismail hoopt dat zijn pas voor de wedstrijd binnen is.
D
Zijn lerares heet mevrouw Tanger.

Slide 22 - Quizvraag

"Ismail will am Sonntag Fußball spielen. Unbedingt!" -wat betekent dit laatste woord?

Slide 23 - Open vraag

Luister naar blz. 7+8, lees mee!

Slide 24 - Tekstslide

Ik heb begrepen wat er op blz. 7-8 is gebeurd.
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll

Welke beweringen kloppen?
A
Ismail wordt gebeld door de trainer
B
Ismail wordt gebeld door Thierry
C
Zijn spelerspas is helaas nog niet klaar
D
Zijn spelerspas is klaar, ondanks dat het zondag is.

Slide 26 - Quizvraag

Welke beweringen kloppen NIET?
A
Ismail gaat snel ontbijten.
B
Ismail pakt zijn sporttas binnen 5 minuten.
C
Ouders rijden voor het team.
D
Ismail is opgewonden voor deze wedstrijd.

Slide 27 - Quizvraag

Welke beweringen kloppen?
A
Ismail drinkt water uit de kraan.
B
Ismail drinkt water uit zijn flesje.
C
Ismail begint de wedstrijd op de reservebank.
D
Het andere team heet "FC Rood-wit".

Slide 28 - Quizvraag

Luister naar blz. 9, lees mee!

Slide 29 - Tekstslide

Wat is de stand van de wedstrijd na de eerste helft?

Slide 30 - Open vraag

Welke bewering klopt?
A
Ismail speelt in de 1e helft.
B
Ismail gaat eruit, Jonas erin.
C
De trainer wisselt: Mattis gaat eruit.
D
Ismail speelt in de 2e helft.

Slide 31 - Quizvraag

Luister naar blz. 10, lees mee!

Slide 32 - Tekstslide

Wat gebeurt er in de 2e helft?
Welke bewering klopt?

A
Beide elftallen spelen onder niveau.
B
FC Blauw-Wit wint.
C
Thierry past op Ismail en die maakt een doelpunt.
D
Ilkay maakt een doelpunt.

Slide 33 - Quizvraag

Wat is de eindstand van de wedstrijd voor het team van Ismail? Voer het resultaat in met een dubbele punt tussen de getallen.

Slide 34 - Open vraag

Luister naar blz. 11, lees mee!

Slide 35 - Tekstslide

Welke beweringen kloppen?
A
Ismail heeft wel eens iets gestolen.
B
Het portemonnee van Ismail is gestolen.
C
Jonas wijst Ismail aan als dief.
D
Jonas beweert dat zijn portemonnee kwijt is.

Slide 36 - Quizvraag

Luister naar blz. 12, lees mee!

Slide 37 - Tekstslide

Welke beweringen klopt niet?
A
Ismail droomt slecht omdat hij de dief is
B
Ismail slaapt slecht.
C
Ismail zweet dat hij nooit meer in dit team speelt.
D
Ismail denkt dat hij een nieuw team moet zoeken.

Slide 38 - Quizvraag

Luister naar blz. 13, lees mee!

Slide 39 - Tekstslide

Wat is het Duitse woord voor maandag?
A
Donnerstag
B
Montag
C
Mittwoch
D
Dienstag

Slide 40 - Quizvraag

Welke bewering klopt niet?
A
Ismail gaat verdrietig naar huis.
B
Thierry beschuldigt Ismail van de diefstal.
C
Thierry gelooft in de onschuld van Ismail.
D
Ismail gaat samen met Thierry naar de training.

Slide 41 - Quizvraag

Luister naar blz. 14, lees mee!

Slide 42 - Tekstslide

In de kleedkabine denkt iedereen dat Ismael een ......is. Vul het ontbrekende woord in het Nederlands in.

Slide 43 - Open vraag

Hoe gedraagt Jonas zich?
A
Hij beschuldigt Ismail van de diefstal.
B
Hij is boos.
C
Hij biedt zijn excuses aan Ismail aan.
D
Hij is agressief.

Slide 44 - Quizvraag

Waar was de portemonnee van Jonas?

Slide 45 - Open vraag

Luister naar blz. 15, lees mee!

Slide 46 - Tekstslide

"Ismail fällt ein Stein vom Herzen"
Hoe vertaal je dit gezegde in het Nederlands?
A
Ismail is erg opgelucht
B
Ismail heeft een hart van steen
C
Ismail heeft een steentje in zijn hart
D
Ismail heeft het aan zijn hart

Slide 47 - Quizvraag

Wie vraagt of Ismail weer naar de trainingen wil komen? Voer de naam in.

Slide 48 - Open vraag

Welke jongens spelen samen in het team?
A
Jonas en Ismail
B
Thierry en Jonas
C
Thierry, Ismail en Thomas
D
Ismail, Thierry en Jonas

Slide 49 - Quizvraag

Wat verwacht Ismail voor de toekomst?
A
Dat hij met het team prijzen gaat winnen.
B
Dat hij de beste speler wordt van het team.
C
Dat hij beter Duits gaat spreken.
D
Dat Jonas zijn vriend wordt.

Slide 50 - Quizvraag