H4-4.2 De kust 4Ak3 2021

1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat houdt 'de relatieve zeespiegelstijging' in?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Wat ís de 'absolute zeespiegelstijging'?

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Een storm maakt de dreiging dus groter. Vooral als deze komt uit:
A
het noordwesten
B
het noordoosten
C
het zuidwesten
D
het zuidoosten

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Wat draagt in Nederland níet bij aan de dreiging van het water?
A
piekafvoer rivieren
B
groot verval
C
springtij
D
storm

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Wandelend eiland: Schiermonnikoog 1985

Slide 15 - Tekstslide

Schiermonnikoog 1998

Slide 16 - Tekstslide

Schiermonnikoog 2010

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de hoofdoorzaak van het 'wandelen' van Schiermonnikoog?

Slide 18 - Open vraag

Vrijdag 16-4-2021
Huiswerk was:
L. 4.2 tót 'Menselijke processen';
M. 2, 3 en 4 van 4.2

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Uit welke 3 zones bestaat de Nederlandse kust?

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide

Noem kenmerken van de Waddenzeekust

Slide 23 - Woordweb

Slide 24 - Tekstslide

Wat voor sediment geeft de groene kleur aan in Groningen en Friesland?

Slide 25 - Open vraag

Wat geven de rode stippen aan in Groningen en Friesland?

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Tekstslide

Wat ís een estuarium?

Slide 28 - Open vraag

Welke rivier mondt hier uit in een estuarium
A
de Maas
B
de Waal
C
de Schelde
D
de Lek

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Tekstslide

Vrijdag 23-4-2021
Programma:
4.2 moet af!!!

Slide 31 - Tekstslide

Welke cijfers geven beiden géén primaire dam aan?
A
2 en 3
B
7 en 8
C
5 en 6
D
4 en 5

Slide 32 - Quizvraag

de cijfers 5, 4, 9 en 2 geven secundaire dammen aan.
Doel: de bouw van primaire dammen mogelijk maken; gebouwd op de plek waar het wantij is: hier amper stroming

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Twee stellingen:
1: Een strandwal is een marien sediment.
2: Een duin is een eolisch sediment.
A
1 en 2 zijn beiden juist
B
1 en 2 zijn beiden onjuist
C
1 is juist, 2 is onjuist
D
1 is onjuist, 2 is juist

Slide 36 - Quizvraag

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Video

Wààr langs de kust vindt vooral erosie plaats en waaróm daar?

Slide 39 - Open vraag

Slide 40 - Tekstslide

Welke 2 verschillen bestaan er tussen de vloedstroom bij Vlissingen en die bij Den Helder?

Slide 41 - Open vraag

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Video

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Tekstslide

Slide 51 - Tekstslide

Slide 52 - Tekstslide