3HV_Chap5-F Lire

Bienvenue au cours de français!



Semaine 6
lessonup.app
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Bienvenue au cours de français!



Semaine 6
lessonup.app

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bonjour ! Comment ça va ?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen: 
- je toetst je kennis van vocabulaire A,B,E.
- F Lire : Je kunt informatie vinden in korte teksten.
- Je toetst je kennis van het delend lidwoord.

Slide 3 - Tekstslide

Belangrijke opdrachten H3: ex. 4,5,6,8,9,10,12,15,16,17,18.
 
Belangrijke opdrachten H5: ex. 2,3,4,5,6,7,8,9,10,12,13,15,16,18,19,20, 21,26,27 
Le programme
1. Vocabulaire
2. Lire F ensemble
3. Travail en autonomie
 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

apprendre
jeune
plus tard
le pourboire
râler
leren
jong
later
de fooi
klagen

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

avoir soif
avoir faim
avoir besoin de
hésiter
sauver
dorst hebben
honger hebben
nodig hebben
twijfelen
redden

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Traduis/vertaal: het glas
A
la bouteille
B
la tasse
C
la boite
D
le verre

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Traduis/vertaal: de doos, het blik
A
la bouteille
B
la tasse
C
la boite
D
le verre

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Livre page 30
 Exercice 22
1. Lees de titels van de teksten.
2. Welke 4 onderwerpen horen bij de teksten?

    1. een aanval                     4. een metrostation
    2. een boot                         5. een recept
    3. een haai                         6. een reclame


 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lees tekst 1, Le métro au cinéma.
ex. 23a Wat is waar volgens de tekst ? 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ex. 23 b Lees de tekst Quel pied ce voilier!
Welk woord ontbreekt?

a. car
    b. donc
    c. mais

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lees de tekst Nager avec un requin

ex. 23 c. Welke 2 negatieve omschrijvingen gebruikt 
de auteur voor "haai"?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lees de tekst Le vrai chocolat chaud.
ex. 23d zet het recept in de juiste volgorde.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ex. 23e Lees de tekst
Quel pied ce voilier! 
opnieuw

Wat is de conclusie?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies