Introductie en 4.1

Introductie
Paragraaf 4.1
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Introductie
Paragraaf 4.1

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

It's Learning
Planner van AK met, per week:
  • de stof die we behandelen.        (per vak: agenda/planner)
  • wat je leert en maakt om de stof te verwerken.
  • nakijkbladen om je werk gelijk te kunnen controleren.
Je kan:
  • vooruit kijken
  • overzicht van lesinhoud vinden (in pdf) om te printen
  • powerpoints vinden

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Het verval van een rivier neemt in de benedenloop af
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Als een rivier meer water afvoert, wordt hij smaller en dieper.
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quizvraag

timer
0:30
Debiet op z'n hoogst
Gemengde rivier
Groot verval
Bij-, zij- en hoofdrivier
Verval per km
Reliëf in het landschap
Bovenloop
Verhang
Gelijkmatig regiem
Piekafvoer
Waterscheiding
Stroomstelsel

Slide 7 - Sleepvraag

In welke landen ligt het stroomgebied van de Rijn?
A
Frankrijk, Zwitserland, Oostenrijk, Kroatië.
B
Duitsland, Polen, Tsjechië, Oostenrijk.
C
Zwitserland, Duitsland, Nederland, Tsjechië.
D
Frankrijk, Zwitserland, Luxemburg, België.

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Ingrepen van de mens
Winterdijk
Zomerdijk
Krib
Uiterwaard
Zomerbed
Winterbed
Binnendijks
Veilig, beschermd door de dijk
Buitendijks
Onveilig - niet beschermd

Slide 10 - Tekstslide

Wij wonen in de onze Flevopolder
A
Binnendijks
B
Buitendijks

Slide 11 - Quizvraag

De uiterwaard bevindt zich
A
binnendijks
B
aan de rivierkant van de winterdijk
C
in het zomerbed
D
tussen de kribben

Slide 12 - Quizvraag

De vertragingstijd
De tijd die een (regen)druppel erover doet om de rivier te bereiken.

Deze tijd is lang als de druppel de bodem intrekt en in het grondwater komt en als grondwater langzaam naar de rivier stroomt.

De tijd is kort als er veel beton is en de druppel niet de grond in kan, dan stroomt het via riolering naar de rivier.

Slide 13 - Tekstslide

Wat deed de mens?
Ontbossen: 
  • weghalen van bomen
  • weilanden opofferen voor huizen

Verstenen:
  • huizen bouwen
  • straten aanleggen
  • riolering aanleggen

Slide 14 - Tekstslide

Als we meer steden bouwen, wordt de vertragingstijd
A
langer
B
korter

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide