TEKSTTONEEL | LES 5 Emotie en Sfeer

TEKSTTONEEL | LES 5
Emotie en sfeer
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
DramaMBOMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1-3Studiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

TEKSTTONEEL | LES 5
Emotie en sfeer

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Teksttoneel Beoordelen: Waar let ik op?
  •   TekstbegripSpelers begrijpen de tekst die zij spelen.
  •   Tekst kennis: Spelers kennen de tekst uit hun hoofd.
  •   Mise-en-scène: De locatie wordt duidelijk gespeeld door middel van            handelingen, de manier van praten en hoe de ruimte gebruikt wordt.
  •   Fysieke transformatie: Duidelijke personages in fysiek, mimiek en stem.
  •   Emotie en sfeer: Spelers durven met grote emoties te spelen.
  •   Je bent goed verstaanbaar en zichtbaar.
  •   Je bent geconcentreerd aan het spelen en je blijft in je rol.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

OPWARMER | NAMENBAL
Onze afspraken tijdens drama
1. Luister naar elkaar en praat er niet doorheen.
2. Ga voorzichtig om met elkaar en ons materiaal.
3. Blijf bij je groepje en werk samen aan de opdracht.
4. Heb respect voor elkaar.
5. Telefoon in je kluisje.

Heeft docent hand omhoog? = wees stil en luister naar de uitleg.

Slide 3 - Tekstslide

Bespreek kort de regels van drama.
Tijdens de vorige les heeft elke klas afspraken met elkaar gemaakt. Dit is een samenvatting van alle afspraken.
Wat gaan we doen?
     Hoe kan je een emotie zien of horen? 

   Wat doet een andere sfeer voor de scène?

        Wat kan muziek toevoegen aan de sfeer en scène?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe voel jij je vandaag?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Emoties en tekst
Emotie is een essentieel “ingrediënt” om een personage / tekst tot leven te brengen en om een personage geloofwaardig te laten zijn!

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spelen emoties
Hoe speel je emoties?




Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spelen emoties
Hoe speel je emoties?

Je gebruikt bij spelen van emoties:
Gezichtsuitdrukking
Houding
Stem

Als je tussen verschillende emoties wisselt, dan heet dat schakelen


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke emoties vind jij makkelijk om te herkennen?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Warming-Up
  • In tweetalen lezen jullie een dialoog. Dit doen jullie 4x.

  • Kies telkens 1 emotie.
    Je speelt dus 4x een- dezelfde scène, maar met  andere emoties.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is sfeer? 
Emotie kun je zien, horen en voelen.
En een heleboel emoties van mensen in een ruimte = sfeer
"de sfeer was gezellig in de klas  "
"de sfeer is gespannen op het feestje"

Hoe kun je een sfeer creëren in een scene?
Hoe kun je een sfeer verduidelijken?
Hoe zet je jou fantasie aan door muziek?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Zet ondertiteling aan (nederlands).
Punten om naar toe te spoelen:
- Na het voorbeeld met suiker 3:00
Een tekst bevat geen eenduidige emoties en kun je dus vrij
interpreteren! Door een tekst met emotie te spelen krijgt het betekenis...

Speloefening: Van tekst naar spel
  1. Verdeel de rollen en lees de tekst rechts.
  2. Kies een emotie bij je tekst en bedenk ook waarom het personage zich zo voelt (wat is er vóór de scène gebeurt?)
  3. Wat voor sfeer kunnen jullie met deze emoties creëren? Ga spelen!



A: Heb je al een ober gezien?
B: Nee
A: Wil je wat eten?
B: Ik heb geen honger.
Stilte
C: Wat mag het zijn?
Stilte
C: Zal ik later terugkomen?









timer
15:00
De scène is in een restaurant. Persoon A en B zijn gasten en persoon C is de ober.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afronding les 5
  • Hoe maak je emotie duidelijk zonder tekst?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afronding les 5
  • Hoe maak je emotie duidelijk zonder tekst?
Door het goed gebruiken van je mimiek en fysiek. Zoals gezichtsuitdrukking, houding en gebaar.
  • Kan de sfeer in een scène ook omslaan?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afronding les 5
  • Hoe maak je emotie duidelijk zonder tekst?
Door het goed gebruiken van je mimiek en fysiek. Zoals gezichtsuitdrukking, houding en gebaar.
  • Kan de sfeer in een scène ook omslaan?
Ja! In een scène kan je schakelen van emotie (Blij -> Boos)

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan wij doen? 
  • Korte terugblik op de afgelopen lessen van teksttoneel.
  • Scène volledig vormgeven.
  • Feedback rondje en tekst leren.

Slide 17 - Tekstslide

Benadruk het belang van het ontwikkelen van het fysiek, de manier van praten en het kostuum voor hun personage.
Terugblik op de
afgelopen lessen:
1. Spelgegevens uit de tekst halen.
2. Spelen met mise-en-scène en dus de ruimte gebruiken voor het verduidelijken van de 5W's.
2. Emotie en sfeer toevoegen aan een scène.
4 & 5. Doelen van personages kiezen en dit laten zien in spel zoals in het fysiek, mimiek en stem

Slide 18 - Tekstslide

  • Les 1: Personages maken vanuit een hoed en fysieke transformatie vanuit bewegen door de ruimte.
  • Les 2: Personages maken vanuit 1 handeling of fysieke aanpassing. Denk aan de stoel, tas, fles oefening waar je 1 tic moest hebben.
  • Les 3: Spelen met stem en spraak. Hoe praat een personage en hoe kan je hun persoonlijkheid laten horen?
  • Les 4: Personages maken vanuit foto's met eigen doelen en motieven. Wat wil dit personage en waarom?
Doornemen scène
  • Neem voor jezelf de scène door in je hoofd.
  • Sluit je ogen en luister goed naar de docent.
  • Probeer alles voor je te zien.
Wie speel jij? Wat maak jij mee in de scène?  Ken jij de andere personages in de scène? Wat zijn jullie van elkaar? Wat vind jij van hen? Wat wil jij en waarom?
Waar en wanneer speelt de scène zich af? Hoe ziet deze locatie eruit? Weet je waar je vandaan komt als je de scène op komt lopen? Of waarom ben jij al op toneel?
Hoe begint de scène, wat is er aan de hand? Waarover ontstaat er een conflict en wie is hierbij betrokken? Lukt het jou om te krijgen wat je wilt of niet? Wat doet dit met jou? Hoe loopt de scène af? Loop jij van 


Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Repeteren en tekst leren (+feedback)

Blijf tijdens het repeteren letten op:
1. Ken je personage: Wie ben ik? Wat wil ik en waarom? Wat is de fysieke transformatie?
2. Ken je scène: Waar gaat de scène over? Hoe is de scèneopbouw (begin-midden-einde)?
3. Maak je mise-en-scène duidelijk: Wat ziet het publiek op toneel voordat de scène echt begint?
Hoe en waarom kom ik op? Hoe beweeg ik en waarom? Wat voor decor en welke handelingen passen bij de scène? Welke emotie en/of sfeer kiezen jullie voor de scène? Gebruik je muziek?

Blijf spelen met je fysiek, mimiek en stem: Hoe laat ik mijn persoonlijkheid zien?
Welke uiterlijke kenmerken passen bij mijn personage?
Hoe speel ik duidelijk mijn doel en mijn relatie met de andere personages?

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afronding les 6

  • Hebben jullie je scène genoeg kunnen oefenen? Wat heb je nog nodig?


  • Speltoets is ma 9, di 10 of wo 11 december.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies