B6 en B7

DE LES START OM 19 UUR
1 / 55
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuur en TechniekHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 55 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

DE LES START OM 19 UUR

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom
Cursus voorbereiding Toelatingstoets Natuur en Techniek
Pabo Hogeschool Rotterdam

Graag camera aan en geluid uit
Les wordt opgenomen; bezwaar; dan camera uit.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Docent

Tamara van Heel

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

werken met Lesson up
Toets bij de volgende vraag de code in.
Gebruik een ander tabblad of device.

je kunt de app downloaden
of
je gaat naar www.lessonup.app (sneller)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik....
A
heb de stof al bestudeerd.
B
ik ga nu beginnen.

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bronnen
  • Handreiking Goed voorbereid naar de Pabo
  • goed voorbereid naar de pabo (filmpjes 1 t/m 3, toets later)
  • Boeken zie website
  •  schooltv; zoeken op begrippen die je moeilijk vindt

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb dat ik het meeste moeite heb met...
A
biologie
B
natuurkunde
C
sterrenkunde
D
techniek

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw cursus 
  1. 20 april: B6 en B7
  2. 11 mei: B8 en B9 en B10
  3. 18 mei: B1 en B2
  4. 25 mei: B3, B4 en B5
Vanaf les 2 is er aan het eind van de les tijd om vragen te stellen over de stof van de vorige les.
Tijdens de lessen komen alle vragen van Voorbeeldtoets 2 aan de orde

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

saprofyt; is een plant of een schimmel die voedingsstoffen haalt uit een DOOD organisme.
Competitief
symbiose

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Materie, energie & techniek
B6 en B7

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6.1 Fysische eigenschappen
warmte en elekrische geleiding/ isolatie
                           goed   (geleiders)                           niet goed (isolatoren)

warmte
elektriciteit
metalen (Ag, Al, Cu, Au)
metalen
diamant, grafiet (C)
vloeistoffen met metaal ionen 
warmte
elektriciteit
aardewerk, glas, beton, plastic
aardewerk, glas, beton
hout, isolatiemateriaal
plastic, rubber
vloeistoffen en gassen (lucht)
lucht, olie

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschil warmtetransport: geleiding, straling en stroming

geleiding: binnen een stof
straling: ook wel radiatie (zonder contact), denk aan een kampvuur
stroming: door een vloeistof of gas, neemt de warmte mee


schooltv filmpje

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

fase-overgang

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een stof komt voor in één van deze drie fases: gas, vaste stof of vloeistof. Door toevoeging van energie of door onttrekking van energie verandert de fase van de stof.

Welke faseveranderingen ontstaan beide door onttrekking van energie?
A
condenseren en rijpen
B
smelten en vervluchtigen
C
verdampen en stollen

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

uitleg

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waarom wordt kokend water op zeeniveau niet warmer dan 100 graden Celsius?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

luchtdruk

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voordat de auto gestart wordt, wordt de luchtdruk in de autoband gemeten. Na een kwartier rijden wordt de luchtdruk opnieuw gemeten. De luchtdruk is duidelijk veranderd.

De luchtdruk in de band is …
A
hoger omdat de temperatuur van de band hoger is.
B
hoger omdat de temperatuur van de band lager is.
C
lager omdat de temperatuur van de band hoger is.
D
lager omdat de temperatuur van de band lager is.

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Moleculen zetten zich bij warmte uit!

Hierdoor neemt de druk toe!

voorbeeld: kinderen in een hoepel.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vries- en kookpunt; afhankelijk van luchtdruk

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In een snelkookpan wordt voedsel in water gaar gekookt. Een snelkookpan is stevig en goed afgesloten, waardoor de luchtdruk in de pan tijdens het verhitten steeds hoger wordt. Het effect is dat het te bereiden voedsel in de pan sneller gaar is.

Wat is het gevolg van de hoge druk waardoor het voedsel sneller gaar wordt in de snelkookpan?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

uitleg
Door de druk kookt het water bij een hogere temperatuur, van 100 graden tot circa 116 graden. 

Hierdoor kun je met een snelkookpan gerechten in maar liefst 2/3 van de tijd bereiden ten opzichte van een gewone kookpan.

In de bergen ijlere lucht = lagere druk = sneller het kookpunt!

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

dichtheid; hoeveelheid deeltjes per volume-eenheid en/ of de soortelijke massa

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In deze drie verpakkingen zitten verschillende chemische stoffen.

In welke verpakking zit de stof met de grootste dichtheid?
A
A
B
B
C
C

Slide 30 - Quizvraag

Dichtheid is massa/volume
berekening aan de hand van de vraag als voorbeeld!
uitleg
Dichtheid is massa/volume

berekening aan de hand van de vraag als voorbeeld!

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

(soortelijke) massa en gewicht

Slide 32 - Tekstslide

massa= constant
gewicht is afhankelijk van de zwaartekracht

denk aan ruimtereiziger; massa gelijk, gewicht lager (bv gewichtloos)
Wat is het verschil tussen massa en gewicht?

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

uitleg


Verschil massa en gewicht
massa = kg
gewicht = Newton 
Fz = m x 9,8 N

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De blokjes en de bolletjes worden in het water gelegd. Eén blokje en één bolletje zinken; de andere twee voorwerpen blijven drijven.

Op welk plaatje staan de twee voorwerpen die gezonken zijn?
A
plaatje A
B
plaatje B
C
plaatje C
D
plaatje D

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een laborant heeft twee reageerbuizen: de ene reageerbuis bevat een suspensie van meerdere stoffen, de andere reageerbuis bevat een oplossing van meerdere stoffen.

Van welke reageerbuis kunnen de stoffen worden gescheiden met behulp van het centrifugeren?
A
alleen van de oplossing
B
alleen van de suspensie
C
van de oplossing en van de suspensie

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Video

Deze slide heeft geen instructies

magnetisme

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke tekening geeft het magnetisch veld het best weer?
A
B
C
D

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

uitleg
Kobalt - Ijzer - Nikkel;
Noordpool-zuidpool
aantrekken- afstoten

magnetisch veld kan energie opwekken. 
Voorbeeld: dynamo.
Spoel (heel veel windingen) en draaiende magneet.

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke schakeling zie je hier ?
A
serie schakeling
B
parallel schakeling

Slide 47 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke schakeling zie je hier ?
A
serie schakeling
B
parallel schakeling

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

aarding

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sommige apparaten zijn voorzien van een geaarde stekker die past in een geaard stopcontact.
Wat is de functie van aarding?
Aarde....
A
is een veiligheidsvoorziening.
B
verhoogt het vermogen.
C
zorgt ervoor dat stroom efficiënt wordt gebruikt
D
verzorgt de warmte afvoer.

Slide 50 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

zonder aarding
Met aarding

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 52 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vragen uit de chat?

Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb nog een vraag over de stof.

A
ja
B
nee

Slide 54 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat vonden jullie van
deze bijeenkomst?
Tips/ tops

Slide 55 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies