Nederlands Thema 3 H1 Woordenschat Les 2

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 1

Nederlands Thema 3 H1 Woordenschat Les 2

Doel

Je kent de betekenis van de themawoorden over natuur

Activeren voorkennis

Welke woorden kennen we al rondom het thema natuur?

Het sorteren van verschillende soorten afval, zoals papier en glas

Op een natuurlijke manier gemaakt of gegroeid, zonder gebruik van bijvoorbeeld gif of kunstmest.

Het soort weer dat bij een land of een gebied hoort

Een gebied waarin de natuur er hetzelfde uitziet.

De natuurlijke omgeving waarin wij leven; de grond, de lucht en het water om ons heen.

Alles wat niet door mensen is gemaakt zoals, zoals planten, bomen en dieren.

Van afval een nieuw product maken.

Eén van de vier delen van het jaar: de lente, de zomer, de herfst en de winter.

Het ophouden te bestaan van een soort plant of dier.

Het viezer worden van het mileu.

Wie kan er een overdrijving noemen?

Opdracht 5

Opdracht 6

Aan de slag

Je gaat nu aan de slag met de opdrachten
H.B. H1 blz 159 Je maakt opdracht 5+6

Daarna s.m.: H1 --> Figuurlijk taalgebruik: overdrijven
Ben je klaar? Lever je boek open in op de inleverplek. Je mag wat voor jezelf doen!

Evaluatie

Hebben we het doel behaald?

Terug- en vooruitblik

Wat kunnen we nu met wat we geleerd hebben?

Volgende keer!