Oefenen 8.1 en 8.2

Oefenen 8.1 en 8.2
K3 economie
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Oefenen 8.1 en 8.2
K3 economie

Slide 1 - Tekstslide

Noem een redenen waarom ons land goederen importeert.

Slide 2 - Open vraag

Wat zijn voordelen van exporteren?

Slide 3 - Open vraag

Nederland voert in een jaar 500 miljoen kilo bananen in voor gemiddeld € 0,30 per kilo.

Bereken de invoerwaarde van deze bananen. Schrijf je berekeningen op.

Slide 4 - Open vraag

Nederland heeft veel wederuitvoer. Leg uit dat de ligging van de Rotterdamse haven daaraan bijdraagt.

Slide 5 - Open vraag

Nederlandse tuinders kunnen de teelt van bijvoorbeeld sla en rozen verbeteren door speciale ledverlichting te gebruiken.

Leg uit dat dit soort innovaties goed zijn voor de internationale concurrentiepositie van Nederland.

Slide 6 - Open vraag

Welke protectiemaatregel is dit? Kies het juiste antwoord.

Er mag een maximum hoeveelheid producten ingevoerd worden

Slide 7 - Open vraag

Maatregelen om de productie en werkgelegenheid bij bedrijven in het eigen land te beschermen tegen concurrentie uit andere landen.
De overheid geeft subsidie aan exporterende bedrijven, waardoor die hun producten goedkoper aan het buitenland kunnen verkopen.
Importheffingen, douanerechten. Belasting op ingevoerde producten.
Protectiemaatregelen.
Exportsubsidie
Invoerrechten

Slide 8 - Sleepvraag

Protectiemaatregelen
Importbeperkende maatregelen
Exportbevorderende maatregelen
Invoerverbod
Contigentering
Importheffingen
Exportsubsidie

Slide 9 - Sleepvraag

Nederland is niet zelfvoorzienend. Nederland heeft een open economie.
Wanneer heeft een land een open economie?
A
Als er in een land in verhouding veel import en veel export is.
B
Als er in een land in verhouding veel import en weinig export is.
C
Als er in een land in verhouding weinig import en veel export is.
D
Als er in een land in verhouding weinig import en weinig export is.

Slide 10 - Quizvraag

Welk begrip past bij de volgende beschrijving?

Fietsenfabriek Hollandia maakt mountainbikes. De fietsen worden in Nederland in elkaar gezet, maar de onderdelen komen uit heel Europa. Zo worden de banden geproduceerd in Frankrijk, de versnellingen in Groot-Brittannië en de zadels komen uit Tsjechië.

Slide 11 - Open vraag

Op welke manier zorgt export in Nederland voor werkgelegenheid?


Slide 12 - Open vraag

Leg uit waarom export voor een Nederlands bedrijf belangrijker is dan voor een bedrijf uit de Verenigde Staten.

Slide 13 - Open vraag