Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Les 2.2 11 okt
Welcome h3p!
1. Put your phone in the phonebag
2. Take your book and notebook out
3. Put your pencil case on your table.
Today
Check homework exercises
Work on homework exercises
Short recap grammar: past simple & present perfect
- Translate the sentences
Explain grammar: should have, could have, would have
1 / 20
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
20 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welcome h3p!
1. Put your phone in the phonebag
2. Take your book and notebook out
3. Put your pencil case on your table.
Today
Check homework exercises
Work on homework exercises
Short recap grammar: past simple & present perfect
- Translate the sentences
Explain grammar: should have, could have, would have
Slide 1 - Tekstslide
Check homework
GB page 6
Exercise 2
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Wat is de regel van de past simple?
A
hele ww + ed of irregular verb 2e rijtje
B
hele ww of shit rule = hele ww + s
C
vorm van to be + ww+ ing
D
have/has + voltooid deelwoord (3e rijtje)
Slide 5 - Quizvraag
Wanneer gebruik je de past simple?
A
Wanneer iets altijd, nooit of regelmatig gebeurt.
B
Wanneer iets nu aan de gang is.
C
Wanneer iets in het verleden is gebeurd.
D
Wanneer iets in het verleden is begonnen en nu nog aan de gang is.
Slide 6 - Quizvraag
In welke zin wordt een past simple gebruikt?
A
We have watched the match.
B
We watched the match yesterday.
C
We are watching the match right now.
D
We always watch the match.
Slide 7 - Quizvraag
Geef een voorbeeld van een tijdsbepaling die bij de past simple hoort.
Slide 8 - Open vraag
Wat is de regel van de present perfect?
A
hele ww + ed of irregular verb 2e rijtje
B
hele ww of shit rule = hele ww + s
C
vorm van to be + ww+ ing
D
have/has + voltooid deelwoord (3e rijtje)
Slide 9 - Quizvraag
Wanneer gebruik je de present perfect?
A
Wanneer iets altijd, nooit of regelmatig gebeurt.
B
Wanneer iets nu aan de gang is.
C
Wanneer iets in het verleden is gebeurd.
D
Wanneer iets in het verleden is begonnen en nu nog aan de gang is.
Slide 10 - Quizvraag
In welke zin wordt een present perfect gebruikt?
A
She has worked here since 2004.
B
She works here since 2004.
C
She worked here since 2004.
D
She is working here since 2004.
Slide 11 - Quizvraag
Geef een voorbeeld van een tijdsbepaling die bij de present perfect hoort.
Slide 12 - Open vraag
Tijdsbepalingen
Past simple
Present perfect
F
Y
N
E
J
A
S
L
A
D
Y
ast week/month/year
go (two weeks ago)
ate (2010)
esterday
or
et
ever
ver
ust
ready
ince
Slide 13 - Tekstslide
past simple vs present perfect
Duidelijke tijdsbepaling =
past simple
Geen/onduidelijke tijdsbepaling =
present perfect
Ik ben mijn telefoon kwijtgeraakt. > I
have lost
my phone.
Ik ben
gisteren
mijn telefoon kwijtgeraakt. > I
lost
my phone
yesterday.
Slide 14 - Tekstslide
Translate
Zij speelt (al) acht jaar hockey. Ze is begonnen toen ze zes was.
Jij hebt gisteren die dure laptop niet gekocht, toch?
Meneer Jacobs heeft deze slechte gewoonte(=habit) al jaren.
Ik ben mijn sleutels kwijtgeraakt. Heb jij ze ergens gezien?
Heeft James gisteravond te veel koffie gedronken?
timer
6:30
Slide 15 - Tekstslide
Please take
your notebook in
front of you
Slide 16 - Tekstslide
should have, could have, would have
should have
NE: had (eigenlijk) gemoeten
should have + voltooid deelwoord
Je
had
dit klusje
eigenlijk
gisteren
moeten
doen. >
You
should have done
this chore yesterday.
De docent
had
hen
geen
huiswerk
moeten
geven. >
The teacher
shouldn't have given
them any homework.
Slide 17 - Tekstslide
should have, could have, would have
could have
NE: had gekund
could have + voltooid deelwoord
Je hebt gelijk: Ik
had
het
kunnen
proberen. >
You are right: I
could have tried
it.
De race was erg moeilijk. Ze
had
hem
niet kunnen
winnen. >
The race was very difficult. She
couldn't have won
it.
Slide 18 - Tekstslide
should have, could have, would have
would have
NE: zou zijn geweest / zou hebben gedaan
would have + voltooid deelwoord
Dat
zou
geweldig
zijn geweest
! >
That
would have been
great!
Ik
zou
hier
niet zijn geweest
als je me niet had uitgenodigd. >
I
wouldn't have been
here if you hadn't invited me.
Slide 19 - Tekstslide
Do the exercises
Work on exercises
Finished?
Study: Vocabulary 1.3 (StudyGo/Quizlet)
Do: Exercise 18 (page 70)
Do: Text 3 'The Return of E.T.' (GB page 24-25)
Slide 20 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Recap Present Perfect vs Past Simple + Modals
Juni 2022
- Les met
29 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Les 2.3 11 okt
Oktober 2024
- Les met
17 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Week 2: Passive (8B)
Augustus 2022
- Les met
16 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Job stoppers
September 2020
- Les met
24 slides
English
Les 1.2 30 aug
Augustus 2024
- Les met
15 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
5.6 KB Test prep
Mei 2022
- Les met
16 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 3
Lesson 3.2 12 jan
Januari 2024
- Les met
18 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Past Simple vs. Present Perfect
Juni 2022
- Les met
38 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2