Ruimte voor landbouw

Ruimte voor landbouw 
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Ruimte voor landbouw 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Leerdoelen 

Centrum en periferie?
BBP en BBP per hoofd?

• Je weet hoe de landbouw steeds meer voedsel kan produceren.
• Je weet wat wereldwijd de gevolgen zijn van veranderingen in de landbouw.




Slide 2 - Tekstslide

Wereldsysteem
Centrum - periferie model. 

Centrum 
Semi-periferie
Periferie. 

Slide 3 - Tekstslide

Centrum
Semi Periferie
Periferie
Nederland
Somalië
Duitsland
Rusland
Canada 
Madagaskar
Brazilië
Australie
China
Ethiophië

Slide 4 - Sleepvraag

Op nationale schaal is dit het centrum

Slide 5 - Sleepvraag

Bruto Binnenlands Product
  • Het BBP  geeft de waarde aan van alle goederen en diensten die in een land worden geproduceerd.

  • Het BBP per hoofd is het BBP gedeeld door het aantal inwoners van een land.

  • Ontwikkelingslanden hebben een laag BBP.

Slide 6 - Tekstslide

BBP per hoofd
20.000 - 30.000
BBP per hoofd
500 -1.000
BBP per hoofd
5.000 - 10.000
Nederland
Madagascar
Mexico

Slide 7 - Sleepvraag

Drie sectoren 
  • landbouw
  • industrie 
  • diensten 

Slide 8 - Tekstslide

1. 
2.
3.
Groei in tertiaire sector 
Industrie zorgt voor  meer kantoren/banken/reclame 
Industrie groeit

Slide 9 - Sleepvraag

Landbouw
Landbouw

Slide 10 - Tekstslide

De eerste mensen
Heel vroeger gingen mannen jagen.
Vrouwen zochten in de bossen naar vruchten en noten.

Die eerste mensen noemen we daarom jagers en verzamelaars.
De allereerste mensen


Heel vroeger gingen mannen jagen.
Vrouwen zochten in de bossen naar vruchten en noten.

Die eerste mensen noemen we daarom jagers en verzamelaars.

Slide 11 - Tekstslide

9000v.C. een nieuwe manier van bestaan
Maar de manier van bestaan veranderde en daarvoor waren drie oorzaken:
  1. Het klimaat veranderde
  2. De bevolking groeide
  3. Mensen leerden over planten en dieren

9000 v.C. begint in het Midden-Oosten een landbouwsamenleving te ontstaan met akkerbouw en veeteelt.

Slide 12 - Tekstslide

Landbouw tot 1960 in Nederland
De poep van de schapen werd opgevangen in de boerderij en als natuurlijke mest gebruikt op de akkers.

Slide 13 - Tekstslide

Landbouw
Landbouw NU

Slide 14 - Tekstslide

krantenartikel

Slide 15 - Tekstslide

Hoeveel boeren zijn er eigenlijk in Nederland?
https://www.ad.nl/binnenland/zo-belangrijk-zijn-boeren-elke-boer-houdt-tien-mensen-aan-het-werk-in-nederland~a3ac5bc1/?referrer=https://www.google.com/

A
45.396
B
50.421
C
53.919
D
79.438

Slide 16 - Quizvraag

Hoeveel boeren stoppen er per dag?
A
3
B
7
C
15
D
21

Slide 17 - Quizvraag

Elke boer houdt ruim .......... mensen aan het werk in Nederland.
A
3
B
6
C
7
D
10

Slide 18 - Quizvraag

Per jaar exporteert Nederland voor zo’n ........ miljard euro aan landbouwgoederen.
A
45
B
50
C
55
D
60

Slide 19 - Quizvraag

Akkerbouw 
Veeteelt 

Slide 20 - Tekstslide

Bosbouw 
Tuinbouw 

Slide 21 - Tekstslide

Specialisatie 
In Nederland zijn de meeste boeren gespecialiseerd in 1 ding. Ze zijn goed in 1 onderdeel. 
Soms zie je gemengde landbouw, dan doen boeren aan én veeteelt én aan akkerbouw. 

Slide 22 - Tekstslide

Bijzonderheden
Aantal bedrijven afgenomen, aantal werknemers afgenomen. 
Aantal dieren toegenomen en de oppervlakte ongeveer gelijk gebleven. 
Gevolg? 

Slide 23 - Tekstslide

Aantal bedrijven afgenomen, aantal werknemers afgenomen.
Aantal dieren toegenomen en de oppervlakte ongeveer gelijk gebleven. Welke conclusie kun je hieruit trekken?

Slide 24 - Open vraag

Intensieve landbouw 
Niet intensieve landbouw 

Slide 25 - Tekstslide

Groene Revolutie 
In de jaren 60 bleven de ontwikkelingslanden achter met de opbrengsten in de landbouw. 
Ze gingen dingen veranderen: 
  1. kunstmest
  2. bestrijdingsmiddelen
  3. irrigatie
  4. mechanisatie
Hier zitten ook grote nadelen aan, maar ook voordelen. 

Slide 26 - Tekstslide

Intensivisering

-Kunstmest
-Bestrijdingsmiddelen

Slide 27 - Tekstslide

Irrigatie

Slide 28 - Tekstslide

Manieren van irrigatie 
Oppervlakte-irrigatie
Beregening
Druppelirrigatie
Druppelirrigatie

Slide 29 - Tekstslide

Intensivisering

-Mechanisatie (gebruik van machines)

Slide 30 - Tekstslide

Wat moet je nu kunnen en kennen? 
Je moet alle begrippen kunnen uitleggen. 
Je moet de lesdoelen kunnen beantwoorden.
Je moet een samenvatting of een mindmap kunnen maken.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video