Elke boer houdt ruim .......... mensen aan het werk in Nederland.
A
3
B
6
C
7
D
10
Slide 18 - Quizvraag
Per jaar exporteert Nederland voor zo’n ........ miljard euro aan landbouwgoederen.
A
45
B
50
C
55
D
60
Slide 19 - Quizvraag
Akkerbouw
Veeteelt
Slide 20 - Tekstslide
Bosbouw
Tuinbouw
Slide 21 - Tekstslide
Specialisatie
In Nederland zijn de meeste boeren gespecialiseerd in 1 ding. Ze zijn goed in 1 onderdeel.
Soms zie je gemengde landbouw, dan doen boeren aan én veeteelt én aan akkerbouw.
Slide 22 - Tekstslide
Bijzonderheden
Aantal bedrijven afgenomen, aantal werknemers afgenomen.
Aantal dieren toegenomen en de oppervlakte ongeveer gelijk gebleven.
Gevolg?
Slide 23 - Tekstslide
Aantal bedrijven afgenomen, aantal werknemers afgenomen. Aantal dieren toegenomen en de oppervlakte ongeveer gelijk gebleven. Welke conclusie kun je hieruit trekken?
Slide 24 - Open vraag
Intensieve landbouw
Niet intensieve landbouw
Slide 25 - Tekstslide
Groene Revolutie
In de jaren 60 bleven de ontwikkelingslanden achter met de opbrengsten in de landbouw.
Ze gingen dingen veranderen:
kunstmest
bestrijdingsmiddelen
irrigatie
mechanisatie
Hier zitten ook grote nadelen aan, maar ook voordelen.
Slide 26 - Tekstslide
Intensivisering
-Kunstmest
-Bestrijdingsmiddelen
Slide 27 - Tekstslide
Irrigatie
Slide 28 - Tekstslide
Manieren van irrigatie
Oppervlakte-irrigatie
Beregening
Druppelirrigatie
Druppelirrigatie
Slide 29 - Tekstslide
Intensivisering
-Mechanisatie (gebruik van machines)
Slide 30 - Tekstslide
Wat moet je nu kunnen en kennen?
Je moet alle begrippen kunnen uitleggen.
Je moet de lesdoelen kunnen beantwoorden.
Je moet een samenvatting of een mindmap kunnen maken.