Hoofdstuk 7 relaties

7.4 Wil je met me?
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

7.4 Wil je met me?

Slide 1 - Tekstslide

7.4 Wil je met me ...?
Leerdoelen:
  • Je kent de voorwaarden om te trouwen in Nederland
  • Je leert over het homohuwelijk
  • Je leert over twee andere vormen van samenleven: via het samenlevingscontract of via geregistreerd partnerschap 

Slide 2 - Tekstslide

Vroeger  en nu
Verliefd 
Verloofd 
Getrouwd 
1997 --> 60% in NL getrouwd
2023 --> 44% in NL getrouwd

Slide 3 - Tekstslide

Trouwen
  • persoonlijke relatie (op basis van gevoelens)
  • zakelijke relatie (op basis van rechten en plichten)

Echtgenoten zijn verplicht elkaar te helpen en te steunen, de huishoudkosten te delen en samen de kinderen te verzorgen en op te voeden. 

Slide 4 - Tekstslide

Wanneer mag je trouwen?
  • als je op dat moment met niemand anders getrouwd bent
  • er moeten minstens twee getuigen zijn
  • je moet tijdens de huwelijksceremonie precies weten wat je doet (je mag niet onder invloed zijn)
  • je moet 18 zijn of ouder
  • je mag niet met een gezinslid 

Slide 5 - Tekstslide

Rituelen rondom de huwelijksceremonie
Rituelen = handelingen met een speciale symbolische waarde. Die rituelen verschillen ook per cultuur. 

Slide 6 - Tekstslide

Homohuwelijk

  • Vanaf 1 april 2001 was Nederland het eerste land ter wereld dat het homohuwelijk legaal maakte. 
  • Sindsdien volgden er veel landen.

Slide 7 - Tekstslide

Alternatieven voor trouwen
Samenlevingscontract: hierin kun je ook zakelijke dingen regelen, zoals wat naar wie gaat mocht je  uit elkaar gaan.

Geregistreerd partnerschap: dit lijkt meer op trouwen.   

Slide 8 - Tekstslide

Relaties
Paragraaf 7.5 Als het botst

Slide 9 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van de les: 
  • Kan jij benoemen wat voor hulp jij kan inschakelen als je een conflict hebt binnen een relatie
  • Kan jij twee manieren van trouwen benoemen en kan je inhoudelijk uitleggen wat deze twee manieren zijn. 
  • Kan jij benoemen wat er allemaal geregeld moet zijn voordat je kan scheiden

Slide 10 - Tekstslide

Conflicten
Iedereen heeft wel eens een ruzie of een meningsverschil. 

Deze conflicten kunnen uit de hand lopen:
  • Een derde van alle huwelijken eindigt in een echtscheiding
  • Conflicten leiden tot stress en slapeloosheid.
  • 90.000 mensen melden zich ziek op het werk door een conflict per jaar.

Slide 11 - Tekstslide

Hulp bij conflict
Als een conflict uit de hand loopt, heb je hulp nodig. 
Hulp kan van rechter of via mediation komen.

In het burgerlijk recht staan twee burgers met een conflict tegenover elkaar, bijvoorbeeld: 
  • Een stel wil scheiden.
  • Een ontslag of andere problemen op het werk.
  • Een burenruzie.

Bij mediation gaan mensen met een conflict in gesprek met een mediator om hun problemen op te lossen.
Mediator: neutraal persoon tijdens een conflict.

Slide 12 - Tekstslide

Echtscheiding 
Huwelijk is een persoonlijke en een zakelijke relatie. 
Om zakelijke relatie te ontbinden, is altijd een rechter nodig.

De rechter moet toestemming geven voor het ontbinden van het huwelijkscontract.

De rechter geeft alleen toestemming als er goede afspraken zijn gemaakt. Denk hierbij aan: 
  • Verdeling van het gemeenschappelijke bezit en het geld.
  • De zorg voor de kinderen.

Slide 13 - Tekstslide

Echtscheiding
De manier waarop je kunt scheiden, hangt af van de manier waarop je bent getrouwd. 

Er zijn twee manieren: 

Trouwen in beperkte gemeenschap van goederen                        
  • Bij een echtscheiding krijgt ieder dan de helft. 


Trouwen op huwelijkse voorwaarden 
  • Bij een echtscheiding heeft ieder recht op zijn of haar deel.
Alles wat een stel tijdens het huwelijk aan geld en bezit krijgt, is van hen allebei.
Een stel laat bij de notaris vastleggen wat van het geld en bezit van wie is.

Slide 14 - Tekstslide

Scheiding en kinderen
Rechter geeft alleen toestemming voor een scheiding als de zorg voor de kinderen goed geregeld is. Ouders hebben namelijk het ouderlijk gezag over hun kinderen. 

Een van de zaken die ouders moeten regelen is een ouderschapsplan                    afspraken over de omvang met elkaar en de kinderen.

Ouderlijk gezag                      De wettelijke plicht om je kinderen op te voeden(tot hun 18e) en te verzorgen(tot hun 21e).

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk
7.4: opdracht 2, 4 en 7
7.5: 1t/m 6

Slide 16 - Tekstslide