Introductie 4H de Jong

Welkom bij geschiedenis
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij geschiedenis

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  • Je weet wie er voor de klas staat  en de docent weet een beetje wie jij bent.
  • Je weet wat de afspraken die gelden in de les.
  • Je weet wat ik kan verwachten  dit jaar en deze periode.
  • Je weet wat ik moet meenemen.
  • Je vult een enquete in.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onze afspraken
  1. In onze klas mag je altijd een vraag stellen. 
  2. Rust in de klas                                        - Als ik uitleg -> stilte.                          - Geconcentreerd werken -> stilte
  3. Telefoon, jassen, petten en AirPods zijn niet zichtbaar zonder mijn toestemming. 
  4. Vertrouwen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kies 2 van deze vragen en bedenk je antwoord.


  • Over welk historisch onderwerp zou je graag eens les hebben? Waarom?

  • Welke historische tijdvak/periode spreekt jou het minst aan en waarom?

  • Als je mocht tijdreizen, naar welke periode zou je dan toe willen? Waarom?

  • Welke historische figuur vind je het meest fascinerend? Waarom?



Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

planner overnemen in agenda
Deze periode

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Materiaal

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je nodig?
  • Schrift voor het maken van aantekeningen.
  • Methode: Feniks
  • Account op LessonUp
  • Laptop/ Chromeboook
  • Google Classroom

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Indelen van geschiedenis
  • Indelen in vijf perioden.
  • Indelen in tien tijdvakken.
  • Indelen in vijf soorten samenlevingen.


  • Indelen in vijf perioden.
  • Indelen in tien tijdvakken.
  • Indelen in vijf soorten samenlevingen.


Het indelen van de geschiedenis
Hoe zat het ook alweer?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Indelen in vijf perioden
  1. Prehistorie
  2. Oudheid
  3. Middeleeuwen
  4. Vroegmoderne tijd
  5. Moderne tijd

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Indelen in tien tijdvakken
  1. Prehistorie
  2. Oudheid
  3. Middeleeuwen
  4. Vroegmoderne tijd
  5. Moderne tijd

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TEST

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We beginnen makkelijk... hoeveel periodes zijn er in onze indeling van de geschiedenis?
A
5
B
10
C
15
D
20

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De middeleeuwen is van ....
A
500 tot 1500 n.Chr.
B
500 tot 1000 n.Chr.
C
1000 tot 1500 n.Chr.
D
500 v.Chr. tot 500 n. Chr

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn Kenmerkende Aspecten?

A
Personen uit de geschiedenis.
B
Periodes in de geschiedenis.
C
Belangrijke gebeurtenissen
D
Ontwikkelingen in de geschiedenis

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk tijdvak is het laatste tijdvak?
A
televisie en social media
B
televisie en raketten
C
televisie en terreur
D
televisie en computer

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De Tijdvakken
1: Hoeveel tijdvakken zijn er?
A
Ontelbaar veel
B
8
C
3
D
10

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke omschrijving hoort bij welk tijdvak?
tijdvak 1
tijdvak 2
tijdvak 3
tijdvak 4
tijdvak 5
tijdvak 6
tijdvak 7
tijdvak 8
tijdvak 9
tijdvak 10
Ontdekkers en hervormers
Steden en staten
Jagers en boeren
Grieken en Romeinen
Wereld- oorlogen
Televisie en computer
Pruiken en revoluties
Monniken en ridders
Regenten en vorsten
Burgers en stoommachines

Slide 17 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk tijdvak van deze tijdvakken is het oudst?
A
Tijd van televisie en computer
B
Tijd van regenten en vorsten
C
Tijd van Steden en staten
D
Tijd van burgers en stoommachines

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De Middeleeuwen is
A
Een tijdvak
B
Een periode
C
Een samenleving
D
Dit is niet het goede antwoord

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk rijtje periodes is juist?
A
Prehistorie-Oudheid-Middeleeuwen-Vroeg Moderne Tijd-Moderne Tijd
B
Oudheid-Prehistorie-Middeleeuwen-Vroeg Moderne Tijd-Moderne Tijd

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De vroegmoderne tijd is de periode
A
1500-1700
B
1500-1800
C
1600-1800
D
1500-1900

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tijdvak 1
Tijdvak 2
Tijdvak 3
Tijdvak 4
Tijdvak 5
Tijdvak 6
Tijdvak 7
Tijdvak 8
Tijdvak 9
Tijdvak 10

Slide 22 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een tijdvak is ....
A
Een eeuw uit de geschiedenis
B
Een periode uit de geschiedenis
C
Een ander woordvoor tijbalk
D
De chronologische volgorde

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tijdvak 5
Tijdvak 6
Tijdvak 7
Verlichting
Reformatie
Renaissance
Absolutisme
Plantages

Slide 24 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de tijdvakicoontjes naar de juiste plek en zet de naam van de tijdvakken op de juiste plek.
Tekst

Slide 25 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Test

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat was de aanleiding voor de ontdekkingsreizen? (tijdvak 5)
A
De val van Constantinopel verminderde de toegankelijkheid tot het Aziatische handelsnetwerk
B
de technische vooruitgang bij de bouw en navigatie van schepen
C
de wil om vreemde volken te bekeren tot het christelijke geloof
D
Na eeuwen van lockdown kon je weer reizen.

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is Renaissance? (tijdvak 5)
A
Italiaans voor middeleeuwen
B
Strijd tussen keizer en paus
C
Bloeiperiode van de kunst
D
Ander woord voor Romeinse tijd

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De titel van tijdvak 5 is:
A
Ontdekkers & hervormers
B
Kunstenaars & hervormers
C
Ontdekkers & protesteerders
D
Ontdekkers & kunstenaars

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk KA hoort NIET bij tijdvak 5?
A
het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat
B
de protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had
C
de bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse Republiek
D
de hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke Oudheid

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tijdvak 5 is de periode .....
A
1600-1700
B
1500-1600
C
1650-1750
D
1700-1800

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De periode van tijdvak 5
A
1500-1600
B
1400-1500
C
1600-1700
D
17-1800

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie
  • Wat heb je geleerd deze les?
  • Wat ging er goed?
  • Wat kan beter?

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tot de volgende les!

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tijdvak 5
  • 1500-1600
  • Ontdekkers en Hervormers
  • Vroegmoderne tijd
  • Columbus, Erasmus, Luther, Willem van Oranje,
     Keizer Karel V, Filips II, etc. 

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen les 1
1. Je kunt de vier historische ontwikkelingen/gebeurtenissen opnoemen die plaatsvinden in tijdvak 5.



Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 
Stap 1: Lees de introductie van hoofdstuk 5. 
Stap 2: Bekijk daarna de vergroot-afbeelding: 5.1 Troonsafstand van Karel V, Brussel 1555 
Stap 3: Beschrijf welke vier historische ontwikkelingen terug zijn te vinden in het schilderij. 

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vul hier je antwoord in

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

  • het jaar 1555
  • Antoine Perrenot de Granvelle, bisschop van Atrecht en vertrouweling van Karel V
Op 25 oktober 1555 droeg Karel V in Brussel de macht over zijn zeventien Nederlandse gewesten plechtig over aan zijn zoon Filips II. In 1841 schilderde de Belg Louis Gaillat het moment nadat de oude en vermoeide vorst zijn ontroerende afscheidswoorden heeft gesproken. Zijn zoon valt op de knieën en zegt dat hij het niet waard is zijn vader op te volgen. De tot tranen geroerde Karel steunt op de 22-jarige Willem van Oranje, de belangrijkste edelman in de Nederlanden. De schilder gaf Oranje een heel andere houding dan Karel en Filips.
Hij lijkt niet ontroerd, maar zelfverzekerd en berekenend.
Dertien jaar later brak onder leiding van Willem van Oranje de Nederlandse Opstand tegen Filips II uit.
Vier ontwikkelingen
1. Renaissance: hernieuwde intresse in de klassieke oudheid & en een veranderd mens & wereldbeeld

2. Europese overzeese expansies: overzeese veroveringen in Amerika en Azië 

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vier ontwikkelingen 
3. De protestantse reformatie: had splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg.

4. De Nederlandse Opstand: het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel les 1
Je kunt de vier historische ontwikkelingen/gebeurtenissen opnoemen die plaatsvinden in tijdvak 5.



Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht les 1
- Maak de overzichtsposter van Tijdvak 5 / hoofdstuk 5
- Alleen of maximaal met 2 personen 
- Rustige werksfeer
- Niet af? -> huiswerk

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerkende Aspecten:
Zijn onderdelen van de geschiedenis waaraan je een bepaalde periode kunt herkennen. Elke tijdvak heeft zijn eigen kenmerkende aspecten (KA's) 





Leerdoelen: 
  • Door leerdoelen weet jij wat je moet kennen en beheersen. De leerdoelen bij geschiedenis passen bij de KA's. 
  • Wekelijks behandelen we de leerdoelen, de antwoorden hierop vormen een samenvatting voor jezelf over de stof. 

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Controlevraag: Gebeurtenissen en ontwikkelingen in de tijd die kenmerkend zijn voor een bepaalde periode zijn:
A
Kenmerkende aspecten
B
Leerdoelen

Slide 47 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Controlevraag: Hierdoor weet je wat je moet kunnen en kennen. Vormt het fundament van alle theorie.
A
Kenmerkende aspecten
B
Leerdoelen

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies