A2a - Hoofdstuk 3 - Grammatica zinsdelen - Bijvoeglijke bepaling

Goedemorgen a2a
- camera's aan
- zwaai even als ik je naam noem
- te laat je camera aan = te laat 
anders duurt het zo lang voordat we kunnen starten weetjewel
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Goedemorgen a2a
- camera's aan
- zwaai even als ik je naam noem
- te laat je camera aan = te laat 
anders duurt het zo lang voordat we kunnen starten weetjewel

Slide 1 - Tekstslide

woensdag 21 januari

Grammatica H3: bijvoeglijke bepaling
- herhaling zinsdelen
- uitleg
- oefenen

Slide 2 - Tekstslide

Grammatica zinsdelen
de bijvoeglijke bepaling: wat weet je al?

Slide 3 - Tekstslide

supersnelle herhaling grammatica zinsdelen

Slide 4 - Tekstslide

Stappen zinsontleding
  • Persoonsvorm -  tijdsproef
  • Gezegde - alle ww in de zin
  • Onderwerp- Wie/wat + gez?
  • Lijdend voorwerp - Wie/wat + gez + ond?
  • Meewerkend voorwerp - Aan/voor wie/wat + gez + ond + lv?
  • Bijwoordelijke bepaling - Waarom, wanneer, waardoor, waarmee, waar, etc. ALLE vragen BEHALVE wie/wat!


Slide 5 - Tekstslide

Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
onderwerp
lijdend vvw
ww gezegde
meewerkend vw
bijwoordelijke bepaling
Zin:
De buurman 
wilde
gisteren
het vogelhuisje
in de boom
hangen.

Slide 6 - Sleepvraag

BIJVOEGLIJKE BEPALING

Slide 7 - Woordweb

De bijvoeglijke bepaling

Een bijvoeglijke bepaling(bvb) lijkt op een bijwoordelijke bepaling, maar is iets makkelijker. Je moet wel een aantal dingen van te voren weten.

Slide 8 - Tekstslide

1) Wat zijn zelfstandig naamwoorden en hoe vind ik die?
2) Wat is het verschil met een bijwoordelijke bepaling?
3) Is het een zinsdeel? 
1) Wat zijn zelfstandig naamwoorden en  voornaamwoorden?
2) Wat is het verschil met een bijwoordelijke bepaling?
3) Is het een zinsdeel? 

Slide 9 - Tekstslide

Een zelfstandig naamwoord is:

Slide 10 - Open vraag

voornaamwoord
Een voornaamwoord is een woord dat verwijst naar personen, dieren of dingen (concreet of abstract), zonder die met name te noemen. Voornaamwoorden komen dus in feite ‘in de plaats van’ een zelfstandig naamwoord.

Bijvoorbeeld   'dat'  of  'zij'

Slide 11 - Tekstslide

1) Wat zijn zelfstandig naamwoorden en hoe vind ik die?
2) Wat is het verschil met een bijwoordelijke bepaling?
3) Is het een zinsdeel? 
1) Wat zijn zelfstandig naamwoorden en hoe vind ik die?
2) Wat is het verschil met een bijwoordelijke bepaling?
3) Is het een zinsdeel? 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

1) Wat zijn zelfstandig naamwoorden en hoe vind ik die?
2) Wat is het verschil met een bijwoordelijke bepaling?
3) Is het een zinsdeel? 
1) Wat zijn zelfstandig naamwoorden en hoe vind ik die?
2) Wat is het verschil met een bijwoordelijke bepaling?
3) Is het een zinsdeel? 

Slide 14 - Tekstslide

is het een zinsdeel?
NEE. Een bijvoeglijke bepaling is geen zinsdeel, maar een zinsdeelstuk.

Slide 15 - Tekstslide

Bijvoeglijke bepaling (bvb)
  • Een bvb zegt altijd iets over het zelfstandig naamwoord of voornaamwoord
  • Een bvb kan uit een of meerdere woorden bestaan.
  • Een bvb kan zowel voor als achter een Znw/Vnw staan.
  • In een bvb kunnen ook weer één of meerdere Bvb's staan.
  • Een veel voorkomende fout is het door elkaar halen van de bvb en de bwb. 

Slide 16 - Tekstslide

Hoe  vind je een bvb?
welk/wat voor + het zelfstandig naamwoord of voornaamwoord

Slide 17 - Tekstslide

voorbeeld

Slide 18 - Tekstslide

Die vriendelijke mevrouw liet mij voorgaan in de lange rij.

Slide 19 - Tekstslide

bvb
Die vriendelijke mevrouw liet mij voorgaan in de lange rij.
vriendelijke -> mevrouw
lange -> rij


Slide 20 - Tekstslide

dus:
een bijvoeglijke bepaling is een deel van een zinsdeel en zegt iets over een zelfstandig naamwoord of voornaamwoord

Slide 21 - Tekstslide

let op
- een bvb kan heel lang zijn
- een bvb kan ook weer een bvb bevatten

Slide 22 - Tekstslide

De man van het huis op de hoek van onze straat is gek.

van het huis op de hoek van onze straat -> man
op de hoek van onze straat -> huis
van onze straat -> hoek
onze -> straat

Slide 23 - Tekstslide

laatste voorbeeld:

Slide 24 - Tekstslide

Dit grote papieren vliegtuig uit Duitsland heeft een spanwijdte van 18 meter.

Slide 25 - Tekstslide

Dit grote papieren vliegtuig uit Duitsland heeft een spanwijdte van 18 meter


Grote → vliegtuig.

Papieren → vliegtuig.

Uit Duitsland → vliegtuig.

Van 18 meter → spanwijdte.

Slide 26 - Tekstslide

Ik snap nu wat de bijvoeglijke bepaling is
Ja
Bijna
Niet echt
Absoluut niet

Slide 27 - Poll

Extra uitleg nodig?
Kijk het filmpje op Nieuw Nederlands online

Slide 28 - Tekstslide

aan de slag:

opdr. 1
opdr. 3 vraag 1,2,3

Grammatica zinsdelen H3

Slide 29 - Tekstslide