Schrijf de datum op de kaart
Aan wie stuur je de kaart? Beste Peter,
Vertel over je vakantie, je mag zelf verzinnen waar je bent geweest.
Je hebt op vakantie je pols gebroken. Vertel dat in de kaart.
Sluit de kaart netjes af met groetjes Piet.
Let op hoofdletters (begin van de zin en namen).
Aan het einde van de zin zet je een punt.
Maak opdracht 8