Fundamenten deel 2 (Take care)

Fundamenten deel 2 (Take care)
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
Indirecte zorgSecundair onderwijs

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 200 min

Onderdelen in deze les

Fundamenten deel 2 (Take care)

Slide 1 - Tekstslide

Les indirecte zorg
maandag 7-10-2024

Slide 2 - Tekstslide

Benodigdheden les

Slide 3 - Tekstslide

Probleemstellingen. 
deel 1
2.1 Wat is gezondheid in de brede zin?
deel 2
2.2 Wat zijn de taken in de indirecte zorg?
2.3 Hoe handel je kwaliteitsbewust in de indirecte zorg?

Slide 4 - Tekstslide

Wat zijn de taken in de indirecte zorg?
Pagina 56-66
a. Indirecte zorg
b. Basisbegrippen interieurzorg en linnenzorg
c. Interieurzorg in het algemeen
d. Linnenzorg in het algemeen 

Slide 5 - Tekstslide

a. Indirecte zorg
Leerdoelstellingen
- Je licht het begrip 'indirecte zorg' toe binnen de gezinscontext.
- Je somt voorbeelden op van huishoudelijke taken in de indirecte zorg.
- Je benoemt het verschil tussen interieur- en linnenzorg en maaltijdzorg.

Slide 6 - Tekstslide

a. Indirecte zorg
Maak oefening 1 A+B+C pagina 56. 

Slide 7 - Tekstslide

a. Indirecte zorg

Slide 8 - Tekstslide

a. Indirecte zorg
Theorie pagina 57
ADL-activiteiten: alle actie die je dagelijks standaar onderneemt.
= eten en drinken, slapen, persoonlijke hygiëne,...
--> De zorggever kan de zorgvrager helpen bij ADL-activiteiten

Directe zorg = begeleiding met fysiek contact met de zorgvrager: iemand wassen, eten geven en verzorgen
Indirecte zorg = begeleiding die je op afstand geeft aan de zorgvrager: maaltijdzorg, linnenzorg, interieurzorg, vervoer, ...
--> in een gezinscontext = alle huishoudelijke taken in een klein huishouden. 

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeeld van
maaltijdzorg

Slide 10 - Woordweb

Voorbeeld van
linnenzorg

Slide 11 - Woordweb

Voorbeeld van
interieurzorg

Slide 12 - Woordweb

HUISTAAK
WELKE TAKEN DOE JE BINNEN DE INDIRECTE ZORG? (classroom)

1 ONDERZOEK
A Maak een dagboek voor een gedurende week met alle huishoudelijke taken die je thuis doet (blauw).
B Noteer de huishoudelijke taken die je gezinsleden uitvoeren in een ander kleur (groen).
C Noteer de huishoudelijke taken die een zorggever uitvoert in een ander kleur (rood).
D Maak een verdeling tussen linnenzorg, interieurzorg en maaltijdzorg.


Slide 13 - Tekstslide

Oefenen
Stap 1: ga naar scoodle.

Stap 2: Module Fundamenten - Take care - leerlingenmateriaal - 2.2 directe en indirecte zorg - oefeningen.



Slide 14 - Tekstslide

b. Basisbegrippen interieur- en linnenzorg.
Leerdoelstellingen
- Je herkent de verschillende soorten vuil binnen de interieur- en linnenzorg.
- Je somt de vier factoren van het reinigingsproces op.

Slide 15 - Tekstslide

b. Basisbegrippen interieur- en linnenzorg.
Observeer pagina 58 en maak oefening 2 A+B

Vuil = stof --> bevindt zich op een plaats waar het niet hoort.
--> moet verwijderd worden
--> onderhoudsmethode
--> afhankelijk van welk soort vuil.

Slide 16 - Tekstslide

b. Basisbegrippen interieur- en linnenzorg.
Onder de loep
maak oefening pagina 56 - 3 A+B+C

Soorten vuil:
zichtbaar vuil = droog vuil + aangekleefd vuil + sterk gehecht vuil + ingedrongen vuil
onzichtbaar vuil = niet zichtbaar met blote oog

Slide 17 - Tekstslide

Oefenen
Stap 1: ga naar scoodle.

Stap 2: Module Fundamenten - Take care - leerlingenmateriaal - 2.2 Soorten vuil - oefeningen.



Slide 18 - Tekstslide

b. Basisbegrippen interieur- en linnenzorg.
Sinnercirkel

Oefening 4 A+B+C+D+E
= lees een tekst online in scoodle '' sinner cirkel''
= Vul de vragen in. 

Slide 19 - Tekstslide

b. Basisbegrippen interieur- en linnenzorg.
Sinnercirkel
Reinigen en schoonmaken hangen af van vier factoren.
Vier factoren worden voorgesteld in de Sinner-cirkel


vier factoren
- tijd
- chemie
- temperatuur
- mechanische handeling

Slide 20 - Tekstslide

b. Basisbegrippen interieur- en linnenzorg.
Sinnercirkel
 Het aandeel van de vier factoren is niet altijd even groot.


Wasproces = reinigingsproces van linnenzorg.
Schoonmaakproces = reinigingsproces van interieurzorg.

Slide 21 - Tekstslide

Oefenen
Stap 1: ga naar scoodle.

Stap 2: Module Fundamenten - Take care - leerlingenmateriaal - 2.2 Sinnercirkel - oefeningen.



Slide 22 - Tekstslide

Benodigdheden les

Slide 23 - Tekstslide

Les indirecte zorg
maandag 14-10-2024

Slide 24 - Tekstslide

Vorige les
- Verzorging = ondersteuning van ADL- activteiten. 
- verzorging = indirecte zorg + directe zorg
- Indirecte zorg= maaltijdzorg + linnenzorg + interieurzorg
- Wat is vuil?
- Soorten vuil?
- Sinnercirkel

Slide 25 - Tekstslide

Voorbeeld van
maaltijdzorg

Slide 26 - Woordweb

Voorbeeld van
linnenzorg

Slide 27 - Woordweb

Voorbeeld van
interieurzorg

Slide 28 - Woordweb

c. Interieurzorg in het algemeen
Leerdoelstellingen
- Je herkent de zes soorten ruimtes in een huis.
- Je omschrijft het belang van de onderhoudsfrequentie in interieurzorg.
- Je legt het verschil uit tussen reinigen en schoonmaken van een interieur.

Slide 29 - Tekstslide

Taken binnen de indirecte zorg.
Huistaak
- In twee groepen
- Bekijk de ruimtes, de frequentie en bekijk de taakverdeling.
- Maak 3 tabellen en verdeel de huishoudtaken in maaltijdzorg - interieurzorg - linnenzorg.
timer
20:00

Slide 30 - Tekstslide

c. Interieurzorg in het algemeen
Observeer
Maak oefening 5 A+ B + C

Slide 31 - Tekstslide

c. Interieurzorg in het algemeen

Slide 32 - Tekstslide

Waarom moeten we ons huis onderhouden?

Slide 33 - Open vraag

c. Interieurzorg in het algemeen
1. Bezettingsgraad
1. Graad van hygiëne
2. Gebruiksdoel
3. Poetsnorm van de bewoner

Slide 34 - Tekstslide

c. Interieurzorg in het algemeen
Hoe vaak gaan we schoonmaken?
= frequentie
--> dagelijks: om snelle vervuiling tegen te gaan.
--> periodiek: om langzaam optredend vuil tegen te gaan
                - wekelijks
                - maandelijks
                - grote schoonmaak
--> specifiek: onderhoud

Slide 35 - Tekstslide

Geef één voorbeeld van wat dageljks wordt gereinigd of schoongemaakt.

Slide 36 - Open vraag

Geef één voorbeeld van wat periodiek wordt gereinigd of schoongemaakt.

Slide 37 - Open vraag

Geef één voorbeeld van wat specifiek wordt gereinigd of schoongemaakt.

Slide 38 - Open vraag

d. Linnenzorg in het algemeen
Leerdoelstellingen
- Je herkent de drie soorten textiel.
- Je omschrijft het belang van de onderhoudsfrequentie in linnenzorg.
- Je legt het verschil uit tussen wassen, drogen en kastklaar maken van textiel. 

Slide 39 - Tekstslide