Lección 1 ¡Estoy muy contento!

Bienvenidos
Hoy es el miércoles 7 de febrero
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Bienvenidos
Hoy es el miércoles 7 de febrero

Slide 1 - Tekstslide

Programa de hoy

Instructie -> La diferencia entre SER y ESTAR
Quiz -> SER vs. ESTAR
Hacer ejercicios / trabajar en el daltontaak
Exit ticket

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je nog van de ww
SER en ESTAR?

Slide 3 - Woordweb

SER y ESTAR
SER en ESTAR zijn werkwoorden
beide werkwoorden betekenen 'zijn' in het Nederlands

Slide 4 - Tekstslide

La diferencia entre SER y ESTAR
Wanneer gebruik je ser (zijn)?
SER -> eigenschappen (karakter), beschrijvingen, nationaliteit
ser + bijvoeglijk naamwoord
Juan es cubano
Soy muy tímida
Mi habitación es pequeña

Slide 5 - Tekstslide

La diferencia entre SER y ESTAR
Wanneer gebruik je estar (zijn)?
ESTAR -> uitdrukken toestand, waar iets zich bevindt (plaats)
estar + bijvoeglijk naamwoord / voltooid deelwoord
Los niños están muy contentos
Estamos cansados de caminar
Mi habitación está aquí

Slide 6 - Tekstslide

ser of estar?
Mi madre ... muy guapa (knap)
A
es
B
está

Slide 7 - Quizvraag

ser of estar?
Mis abuelos ... muy cansados (moe)
A
son
B
están

Slide 8 - Quizvraag

ser of estar?
La escuela ... en el sur de Amsterdam
A
es
B
está

Slide 9 - Quizvraag

ser of estar?
Tú ... argentina
A
eres
B
estás

Slide 10 - Quizvraag

ser of estar? vul de juiste vorm in
Mi amiga ... muy simpática (aardig)
A
estás
B
eres
C
está
D
es

Slide 11 - Quizvraag

ser of estar? vul de juiste vorm in
Tengo un examen, ... (yo) nervioso
A
soy
B
es
C
estoy
D
estás

Slide 12 - Quizvraag

ser of estar? vul de juiste vorm in
Nosotros ... muy optimistas

Slide 13 - Open vraag

ser of estar? vul de juiste vorm in
Vosotros ... tristes por las notas malas (slechte cijfers)

Slide 14 - Open vraag

Trabajar independientemente
Kies een optie
-> Oefeningen maken in het werkboek over ser/estar
ej. 5 t/m 7 (p. 28), ej. 13 + 14 (p. 30)
-> Werken aan de daltontaak
spreekopdrachten / voorbereiden schrijfopdracht volgende week (zie instructie classroom)

Slide 15 - Tekstslide

Exit ticket
Maak deze opdracht vóór je de klas uitgaat op een blaadje en lever deze in. Kies tussen ser / estar en vul de juiste vorm in:

1. Mi casa no ... muy lejos (ver).
2. Yo ... muy simpático.
3. Ellos ... asustados, porque hay una araña (spin) en la sala.
4. Vosotros ... mexicanos.
5. ... (tú) una persona sociable.

Slide 16 - Tekstslide