5 De Koude Oorlog Paragraaf 1 De Koude Oorlog Begint

Beste klas 3tB
1. Telefoon in de telefoontas
2. Zitten op je plek
3. boek en schrift pakken
4. STILTE.....binnen 2 minuten 
timer
2:00
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Beste klas 3tB
1. Telefoon in de telefoontas
2. Zitten op je plek
3. boek en schrift pakken
4. STILTE.....binnen 2 minuten 
timer
2:00

Slide 1 - Tekstslide

 5 De Koude Oorlog

§ 1 De Koude Oorlog begint


Lees de intro op blz 112

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie weet je:
    • welke afspraken werden gemaakt na de 2e Wereldoorlog
    • de verschillen tussen Oost en West
    • welke twee machtsblokken tegenover elkaar kwamen de staan

Slide 3 - Tekstslide

§ 1.1 Samen tegen Hitler
Lees par 1.1 op blz 113 en bekijk daarna de volgende slides

Slide 4 - Tekstslide

Geallieerden: Groot-Brittannië, Sovjet-Unie  en de Verenigde Staten
Geallieerden = bondgenoten/vrienden maar dat waren deze landen eigenlijk niet..............

Slide 5 - Tekstslide

Sovjet-Unie

  • Sinds 1922 de officiële naam voor Rusland 

  • Dictatuur

  • Eén partij heeft alle macht

  • Geheime politie (NKVD, later KGB)

Slide 6 - Tekstslide

Positie van de Sovjet-Unie tussen 1917-1941

  • Moeizame relatie met andere landen

  • Enige communistische land ter wereld

  • Liet bondgenoten in de steek tijdens de Eerste Wereldoorlog

  • Erg gesloten land

  • Niet-aanvalsverdrag tussen Stalin en Hitler (augustus 1939)

Slide 7 - Tekstslide

Positie van de Sovjet-Unie tussen 1941-1945
  • Operatie Barbarossa: Duitsland valt de Sovjet-Unie tóch aan

  • "Een vijand van Hitler is een vriend van ons"

  • "Bondgenoot" van Groot-Brittannië en de Verenigde Staten

  • Russen nodig om Hitler te verslaan maar Westen is niet blij met machtige positie in Oost-Europa

Slide 8 - Tekstslide

Conferentie van Jalta (februari 1945)

  • Churchill (GB), Roosevelt (VS) en Stalin (SU)

  • Hoe zien Europa en de wereld er na de oorlog uit?

  • Wie heeft macht en invloed in Europa?

  • Wat doen we met Duitsland én de Duitsers?

Slide 9 - Tekstslide

Conferentie van Jalta (afspraken)
  • Grote delen van Oost-Europa zouden onder controle van de Sovjet-Unie komen


  • Duitsland en Berlijn zouden worden bezet door de geallieerden

Slide 10 - Tekstslide

§ 1.2 Het einde van de samenwerking



Lees par 1.2 op blz 114 en bekijk daarna de volgende slides

Slide 11 - Tekstslide

OVERWINNAARS
VERENIGDE STATEN + SOVJET-UNIE
  • groot grondgebied/veel inwoners
  • sterk leger
  • snel groeiende economie
  • atoombom (VS: 1945 - SU: 1949)

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

KAPITALISME
= economisch systeem waarbij grond, grondstoffen en fabrieken eigendom zijn van VRIJE ondermemers
+
DEMOCRATIE

Slide 14 - Tekstslide

COMMUNISME
= economisch systeem waarbij grond, grondstoffen en fabrieken eigendom zijn van de STAAT. Regering bepaalt wat er gemaakt wordt en hoe hoog de lonen en prijzen zijn
+
GEEN DEMOCRATIE
één partij die alles beslist

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

WANTROUWEN
  • DOOR VERSCHILLEN SU EN VS
  • BEIDE LANDEN VONDEN EIGEN SYSTEEM HET BESTE
  • BANG DAT ANDER  SYSTEEM DE OVERHAND ZOU KRIJGEN IN DE WERELD

Slide 17 - Tekstslide

2e Wereldoorlog
Na de  2e Wereldoorlog

Slide 18 - Tekstslide

§ 1.3 Oost tegenover West
Lees par 1.3 op blz 115

Slide 19 - Tekstslide

Verenigde Naties

  • opgericht in oktober 1945

  • 193 landen zijn lid
  • Doel:  toezien op VREDE en VEILIGHEID in de wereld

  • Veiligheidsraad:
5 permanente leden (Verenigde Staten, Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, China, Sovjet-Unie)
10 wisselende leden


De permanente leden van de Veiligheidsraad hebben veto-recht. Als één van hen dit gebruikt, gaat een plan niet door.

Slide 20 - Tekstslide

Invloedssferen

Verdeling van Europa:

  • Gebied dat jij hebt veroverd op de Duitsers, daar heb jij invloed

  • Jij mag bepalen wat in dat gebied gebeurt (economie, politiek)

 De ander mag niet ingrijpen in dat gebied, ook al zie je er van alles gebeuren waarmee je het niet eens bent.

Slide 21 - Tekstslide

OOSTBLOK
  • Oostblok = SU + Oost-Europese landen
  • Duitsland mocht nooit meer SU aanvallen, alle landen  in Oost-Europa moesten communistich worden en als een soort "buffer" de SU beschermen

Slide 22 - Tekstslide

WESTBLOK
  • VS en West-Europese landen.
  • Europese landen "moeten" kiezen voor democratie en kapitalisme
  • Gunstig voor Amerikaanse handel 

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

TSJECHO-SLOWAKIJE
  • 1948: Communisten aan de macht
  • Reactie Westen: Oprichting NAVO in 1949
  • Militair bondgnootschap tegen het communisme
  • 1955: militair verband communistische landen:
  • Warschaupact

Slide 25 - Tekstslide

NAVO en Warschaupact

NAVO: militaire bondegenootschap van Westerse landen tegen het communisme in 1949

Warschaupact: reactie op de NAVO van de Sovjet-Unie en de communistische Oosterse landen


Slide 26 - Tekstslide

Begrippen:

  • kapitalisme
  • communisme
  • VN
  • NAVO
  • Warschaupact


Zorg dat je deze begrippen in  eigen woorden kunt omschrijven.

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

AAN het werk
  • Maak  de opdrachten van par 1 
  • Werk de lesdoelen uit als aantekening
timer
10:00

Slide 29 - Tekstslide

Welke belangrijke afspraken maakten deze leiders?
A
Grote delen van Oost-Europa komen onder invloed van de VS
B
Grote delen van Europa worden verdeeld
C
Duitsland en Berlijn worden bezet door de geallieerden
D
Het begin van de Koude Oorlog

Slide 30 - Quizvraag

Wat betekent de Koude Oorlog?
A
Een oorlog gevoerd in een koude periode
B
Een oorlog waarin veel actie ondernomen wordt
C
Een periode van dreiging tussen 2 wereldmachten
D
Een periode waarin landen zoals Duitsland gesplitst worden

Slide 31 - Quizvraag


Welk land was tijdens de Koude Oorlog de belangrijkste tegenstander van het Westen?
A
Duitsland
B
Frankrijk
C
Sovjetunie
D
Vietnam

Slide 32 - Quizvraag


Wie is deze man?

A
Lenin
B
Trotski
C
Stalin
D
Chroestjov

Slide 33 - Quizvraag

Waarom wordt de Koude Oorlog de Koude Oorlog genoemd?
A
Het is een oorlog gevoerd in een erg koude periode.
B
Het is een oorlog waarin veel kernwapens gebruikt worden.
C
Een oorlog waarin weinig directe actie wordt ondernomen.
D
Een oorlog waarin de sfeer erg 'koel' is.

Slide 34 - Quizvraag

Wanneer was...
De Koude Oorlog?
A
1945-1961
B
1940-2000
C
1945-1991
D
1950-1989

Slide 35 - Quizvraag

Welk systeem had de Sovjet Unie in de tijd van de Koude Oorlog?
A
vijandig systeem
B
communistisch systeem
C
aanvallen en terugtrekken
D
kapitalistisch systeem

Slide 36 - Quizvraag

Geen verschil tussen arm en rijk
A
Kapitalisme
B
Communisme

Slide 37 - Quizvraag

Geen verschil tussen arm en rijk
A
Westen (Kapitalisme)
B
Oosten (Communisme)

Slide 38 - Quizvraag

Roemenie
Oost
West
Vrije markteconomie
Planeconomie
Kapitalisme
Communisme
Warschaupact

Slide 39 - Sleepvraag

Warschaupact hoort bij
A
communisme
B
kapitalisme

Slide 40 - Quizvraag

Kapitalisme
Communisme
Warschaupact
NAVO
Vrijemarkt economie
Dictatuur
USSR
VS
Planeconomie
Democratie

Slide 41 - Sleepvraag

Welke organisatie is als eerste opgericht?
A
NAVO
B
Warschaupact

Slide 42 - Quizvraag

NAVO
A
Westen
B
Oosten

Slide 43 - Quizvraag

Laatste vraag.......NAVO?
A
communistisch
B
Kapitalistisch

Slide 44 - Quizvraag

Goed gewerkt mensen....take care. Mocht je vragen hebben stel ze via Microsoft team.

Slide 45 - Tekstslide