M3 T3 L3 Gelijknamige breuken

M3 T3 L3 Breuken willen dezelfde naam hebben
gelijknamige breuken
breuken optellen en aftrekken
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeSecundair onderwijs

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

M3 T3 L3 Breuken willen dezelfde naam hebben
gelijknamige breuken
breuken optellen en aftrekken

Slide 1 - Tekstslide

Breuken 

  • stambreuken heeft 1 als teller.  Vb 1/10    1/8    1/25
  • basisbreuk = de meest eenvoudige breuk
  • gelijkwaardige breuken zijn even groot maar op een andere manier geschreven. Vb 1/2 = 2/4 = 50/100
  • breuken vereenvoudigen doe je door de teller en noemer door hetzelfde getal te delen. De getallen zijn zo klein mogelijk. Vb 75/100 = 3/4
  • gelijknamige breuken hebben dezelfde noemer. Vb 3/4    5/4     1/4

Slide 2 - Tekstslide

Gelijknamige breuken optellen
- Als de noemer gelijk is noemen we dit een gelijknamige breuk

- Bij een gelijknamige breuk mag je de tellers optellen

Slide 3 - Tekstslide

Gelijknamige breuken optellen

Slide 4 - Tekstslide

gelijknamige breuken aftrekken

Slide 5 - Tekstslide

Gelijknamige breuken optellen

Slide 6 - Tekstslide

Hoe moet je niet gelijknamige breuken optellen?

Slide 7 - Tekstslide

Niet gelijknamige breuken optellen.

Slide 8 - Tekstslide

Niet-gelijknamige breuken optellen
Om niet-gelijknamige breuken op te tellen, moet je ze eerst  gelijknamig maken.

Slide 9 - Tekstslide

Breuken
optellen

A
14/8
B
4
C
16/3
D
32/12

Slide 10 - Quizvraag

Breuken optellen

A
4/10
B
7/8
C
4/8
D
7/16

Slide 11 - Quizvraag

Je kunt ongelijknamige breuken aftrekken

23/24 - 5/6
A
18/18
B
0
C
1/6
D
3/24

Slide 12 - Quizvraag

Je kunt ongelijknamige breuken aftrekken

5/7 - 1/4
A
13/28
B
1/2
C
4/3
D
11/26

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Video