3.4 Bevolking: spreiding, samenstelling en groei

Programma
- Nakijken werkblad 3.4
- Herhaling/uitleg 3.4
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Programma
- Nakijken werkblad 3.4
- Herhaling/uitleg 3.4

Slide 1 - Tekstslide

1
1a Economisch: kinderen helpen mee op het land; zijn belangrijk als oudedagvoorziening

Soc.-cult.: veel kinderen geeft aanzien
Rel.: godsdiensten propageren vaak het krijgen van kinderen
b. Geboorten / aantal inwoners * 1000
c. Nat. Bev. Groei: geboortes – sterftes
Tot. Bev. Groei: geboortes – sterftes + immigratie – emigratie
d. 40 ‰
e. 15 ‰
f. Een piramide. Er werden zoveel kinderen geboren dat de basis van de grafiek  breder werd.
g. Een dalend geboortecijfer en een dalend sterftecijfer
h. Hoe rijker hoe hoger de fase in het demografisch transitiemodel. 









Slide 2 - Tekstslide

2
2a. Daar werden ze met rust gelaten door de blanken, omdat deze gebieden economisch niet interessant waren.
b. Een kind van witte en zwarte ouders.
c. fase 1
d. Om te werken op plantages. 

Slide 3 - Tekstslide

3
3a. aantal inwoners / oppervlakte van het land


b. Lima, Santiago, Sao Paulo, Rio de Janeiro, Buenos Aires, Bogotá
c. Historisch: daar vestigden zich de koloniale machten.
Fysisch-geografisch: andere delen zijn vaak te hoog, te nat, te droog
d. Bijv. om een eenheid te smeden in het land
Omdat veel bestaande steden veel stedelijke problemen hadden door de enorme groei van de bevolking. 

Slide 4 - Tekstslide

Bevolkingsdruk
''De mate waarin de bewoners van een gebied beslag
leggen op de aanwezige ruimte en kringlopen
(natuurlijke mogelijkheden)''

Slide 5 - Tekstslide

Bevolkings-spreiding
Bevolkingsdruk hangt af van de draagkracht van een gebied:
  • Klimaat
  • Bodemkwaliteit
  • Beschikbaarheid water
Bevolkingsdruk
De intensiteit (mate) waarin de inwoners van een gebied beslag leggen op de aanwezige ruimte en kringlopen.
Draagkracht
Het maximaal aantal mensen dat op een gebied of op aarde kan leven zonder schade aan te richten aan het ecosysteem.

Slide 6 - Tekstslide

Waarom zijn grote delen van Zuid-Amerika dunbevolkt?

  • Gebergten bemoeilijken bereikbaarheid
  • Tropisch regenwouden bemoeilijken bereikbaarheid
  • Onvruchtbare bodems

Slide 7 - Tekstslide

Dunbevolkte gebieden verklaard

Slide 8 - Tekstslide

Indianen
Waar?
1. Langs rivieren in het Amazonegebied
2. Hogere delen Andes

Verklaring?
1. Beschikbaarheid van zoet water en voedsel
2. Koeler klimaat => geschikt voor gewassen als aardappelen, tarwe, mais



1
2
Hoogteligging en gewassen in de Andes

Slide 9 - Tekstslide

Europese kolonisten
Waar?
1. Lagere delen Andesgebergte
2. Kustzone en monding rivieren

Verklaring?
1. Valleien geschikt voor tropische handelsgewassen zoals koffie, suiker en cacao
2. Goede bereikbaarheid i.v.m. handel




2
1
Centrum-periferie model

Slide 10 - Tekstslide

Bevolkings-samenstelling
Bevolkingsgroepen
  • Indianen
  • Europeanen

  • Afrikanen (slaven)

  • Aziaten (contractarbeiders)
Mestiezen

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Tekstslide

Bevolkingssamenstelling
Door het samenwonen van zoveel mensen met een verschillende etniciteit, is de samenleving van Zuid-Amerika erg gemestizeerd.

Mesties: Afstammeling van Indiaanse en blanke voorouders
Mulat: Afstammeling van een zwarte en blanke voorouders

Slide 14 - Tekstslide

Demografisch transitiemodel

Slide 15 - Tekstslide

In welk fase van het demografisch transitiemodel zitten de meeste landen van Zuid-Amerika?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 16 - Quizvraag

Wat valt je op?

Slide 17 - Tekstslide

Wat valt je op?

Slide 18 - Open vraag

Demografische
ontwikkeling
Veel Zuid-Amerikaanse landen in de jaren '70 nog in fase 2, nu vooral in fase 3.

Verklaring voor deze opschuiving?
  • Stijgende welvaart
  • Scholing
  • Verstedelijking
  • Rol media (vooral soaps) in gezinsplanning

Slide 19 - Tekstslide

Wat is het meest verstedelijkte continent?
A
Afrika
B
Azië
C
Europa
D
Zuid-Amerika

Slide 20 - Quizvraag

1960
2010

Slide 21 - Tekstslide

Verstedlijking
Z.-A. = meest verstedelijkte continent (84%).

Na 1950 snelle verstedelijking door:
  • Mechanisering landbouw
  • Opkomst industrie in steden

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Wat zijn de gevolgen van deze snelle verstedelijking?

Slide 24 - Woordweb

Verstedelijking
Wat is het algemene verband tussen de
verstedelijkingsgraad en het verstedelijkingstempo?

Slide 25 - Tekstslide

Verstedelijkings-graad
Zuid-Amerika is het meest verstedelijkte continent ter wereld.

Oorzaken snelle verstedelijking (na 1950).
Door mechanisatie:
  • Uitstoot landbouwarbeiders (platteland)
  • Opkomst industrie (in de stad)

Slide 26 - Tekstslide

Verstedelijkings-tempo
Gevolgen van deze snelle verstedelijking:
  • Het ontstaan van megasteden (met favela's).
  • Toename bevolkingsdichtheid in kustzone, maar na 1980 vlakt dit af.
  • Na 1980 vooral snelle groei middelgrote steden omdat de megasteden vol raakten.

Slide 27 - Tekstslide

La Paz > El Alto (Bolivia)
El Alto is een favela (sloppenwijk): grote informele sector, overbelasting infrastructuur richting La Paz, onveilig gevoel vrouwen.

Oplossing: kabelbaan tussen La Paz & El Alto (bron 17)

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Rio de Janeiro

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video