flex klas 1 les verbes être, avoir, aller

être, avoir, aller
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

être, avoir, aller

Slide 1 - Tekstslide

Welke vormen van het ww aller ken jij ? Inclusief pers. vnw.

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

Welke vormen van het ww être ken jij ? Inclusief pers. vnw.

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Tekstslide

Welke vormen van het ww avoir ken jij ? Inclusief pers. vnw.

Slide 6 - Woordweb

Slide 7 - Tekstslide

quiz
De werkwoorden être, avoir en aller door elkaar!
Kijk dus goed naar de hele zin!

Slide 8 - Tekstslide

Je ..................... fatigué
A
est
B
suis
C
vais
D
fais

Slide 9 - Quizvraag

Tu .............. où maintenant?
A
vas
B
vais
C
fais
D
as

Slide 10 - Quizvraag

La classe ........................ un test aujourd'hui
A
va
B
a
C
est
D
as

Slide 11 - Quizvraag

Michel ................ très gentil.
A
suis
B
a
C
va
D
est

Slide 12 - Quizvraag

Oh non, mon stylo est à la maison. Est-ce que tu .......... un stylo pour moi?
A
suis
B
ai
C
vas
D
as

Slide 13 - Quizvraag

Je / j'.............................. beaucoup d'amis.
A
a
B
as
C
ai
D
vais

Slide 14 - Quizvraag

Quand la classe de biologie est finie, je ............... à la maison.
A
est
B
vas
C
va
D
vais

Slide 15 - Quizvraag

Le monsieur ...... un chapeau dans la main.
A
est
B
as
C
a
D
ai

Slide 16 - Quizvraag

La fille .............. un stylo dans la main.

Slide 17 - Open vraag

Je ............. un grand garçon blond.

Slide 18 - Open vraag

Le garçon ........... à l'école en métro.

Slide 19 - Open vraag

- Tu ........... où?
- Je vais à mon casier.

Slide 20 - Open vraag

la dernière question.....

Slide 21 - Tekstslide

Cette fille ................... très bonne en sport!

Slide 22 - Open vraag

C'est fini!

Slide 23 - Tekstslide