K3A Unit 5


Welcome!

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les


Welcome!

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Check aanwezigheid; wie zijn er allemaal?

  • Camera aan
  • Microfoon uit (behalve als je iets gevraagd wordt
  • Telefoon bij de hand voor een toets/quiz

Slide 3 - Tekstslide

Today...
Start Unit 5:
Listening & Theme words
Monday
15
February
  • Goal: aan het einde van de les:
  • Weet je waar Unit 5 over gaat
  • Kun je globaal luisteren naar een gesproken tekst in het Engels
  • Heb je kennisgemaakt met de nieuwe woorden van Unit 5
  • Grammar Meervoud

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

What part-time job do you have?

Slide 6 - Woordweb

We maken opdracht 1 & 2, blz: 74
timer
4:00

Slide 7 - Tekstslide


Opdracht 1: Warming up

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 2, blz: 74

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide


Welke beroepen zie je op de foto's?


  1. Welke beroepen zie je op de foto's?
  2. Hoeveel van de jongeren werkt parttime?
  3. Wat voor problemen  hebben veel werkende tieners volgens het onderzoek?
timer
3:00

Slide 11 - Tekstslide

We start with listening:
Radio show


Exercise 3; page 74

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

And we'll listen again:

Slide 14 - Tekstslide

Finish exercise: 3

Slide 15 - Tekstslide

Grammar: Meervoud

Slide 16 - Tekstslide

Meervoud
Om in het Engels meervoud te maken zet je in de meeste gevallen een -s achter het woord.

1 book   - 2 books
1 radio   - 2 radios
1 tree      - 2 trees
Let op! gebruik NOOIT 's in het Engels om meervoud aan te geven.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

meervoud: 
Regels
  1. basisregel: woord: + -s ( laptops, phones, books, doors)
  2. woord eindigt op sis-klank: + -es (x,s,ch,sh) - bus / buses  match / matches 
  3. woord eindigt op medeklinker + -o: + -es potato / potatoes  tomato / tomatoes
  4. woord eindigt op medeklinker + -y > -ies enemy / enemies  baby / babies
  5. woord eindigt op -f of -fe > -ves  wolf / wolves   wife / wives

Slide 19 - Tekstslide

Uitzonderingen: uit je hoofd!
child           children 
fish              fish
man             men 
mouse        mice
person        people
sheep          sheep
tooth            teeth 
woman        women 


Slide 20 - Tekstslide

PRACTISE!
Quiz time

Slide 21 - Tekstslide

Meervoud van:
phone
A
phonez
B
phones
C
phonees
D
phone

Slide 22 - Quizvraag

Meervoud van:
wolf
A
wolves
B
wolfs
C
wolvs
D
wolfes

Slide 23 - Quizvraag

Meervoud van:
child
A
childs
B
childes
C
childern
D
children

Slide 24 - Quizvraag

Meervoud van:
elf
A
elfs
B
elvs
C
elfes
D
elves

Slide 25 - Quizvraag

Meervoud van:
reason
A
reason
B
reasones
C
reasons
D
reasonz

Slide 26 - Quizvraag

Meervoud van:
knife
A
knife
B
knifes
C
knive
D
knives

Slide 27 - Quizvraag

Meervoud van:
pizza
A
pizza's
B
pizzas
C
pizza'z
D
pizzaz

Slide 28 - Quizvraag

Meervoud van:
man
A
mans
B
mens
C
man
D
men

Slide 29 - Quizvraag

Meervoud van:
apple
A
apples
B
apple's
C
applez
D
apple'z

Slide 30 - Quizvraag

Meervoud van:
foot
A
foots
B
foot's
C
feet
D
feet's

Slide 31 - Quizvraag

Meervoud van:
woman
A
womans
B
woman's
C
women
D
women's

Slide 32 - Quizvraag

widow
A
widows
B
widoves
C
widowes

Slide 33 - Quizvraag

army
A
armys
B
armies
C
armyoes

Slide 34 - Quizvraag

brush
A
brushs
B
brushes
C
brushies

Slide 35 - Quizvraag

Homework Thursday 18.02.2021
  • Maken:
Exercise 4 & 5 + exercises 10, 13 and 14

  • Leren:
Woorden blz: 84
Meervoud blz: 85



Slide 36 - Tekstslide