Herhaling Present and Past continuous+ Much and many jaar 2

Herhaling periode 1

Ms. Drif
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Herhaling periode 1

Ms. Drif

Slide 1 - Tekstslide

Today's class
  • Classroom rules
  • Learning goals
  • Present & Past continuous
  • Let's practise!
  •  Your opinion

Slide 2 - Tekstslide

Classroom rules
  • Respect for one another
  • No phones, jackets, gum, eating etc.
  • Listen when a classmate or the teacher speaks.
  • No walking without permission.
  • No bathroom visits without permission.

Slide 3 - Tekstslide

At the end of this class...
  • You'll be able to recognise the present  and past continuous.
  • You'll know the difference between the two.
  • You'll have practised with the use of present and past continuous.

Slide 4 - Tekstslide

 present & past continuous
Hoe ziet het er uit?
Nu : am/is/are+ hele werkwoord + ing
Verleden T.: was / were + hele werkwoord + ing

Voorbeeld:  To work
I am working right now.
I was working last night.

Slide 5 - Tekstslide

Present/Past Continuous!...
  1. WE ..........  DO.... some exercises minutes ago.
  2. Now, WE .......  PREPARE......  to leave the classroom.
  3. As always, WE .......  CHECK.... our desks and floor, so that we leave everything clean (the way we found it)! 

Slide 6 - Tekstslide

Wat is EEN VERSCHIL tussen de present en past continuous?
A
present = tegenwoordig, past = verleden
B
pc = am/are/is, pac = was/were
C
ene is met -ing vorm, andere met do/does
D
er zijn geen verschillen

Slide 7 - Quizvraag

Wat is er HETZELFDE bij de present en past continuous?
A
allebei met vormen van to be
B
allebei met een -ing vorm
C
allebei duurt het een tijdje
D
niets is hetzelfde

Slide 8 - Quizvraag

Verleden tijd
Tegenwoordige tijd (duurvorm)
Verleden tijd (duurvorm)
Tegenwoordige tijd
Present Simple
Present Continuous
Past Continuous
Past Simple

Slide 9 - Sleepvraag

Past Continuous
Which sentence is in the present continuous?
A
David works every day.
B
David is working on his presentation at the moment.

Slide 10 - Quizvraag

Past continuous
Present continuous
Are going
were going
is sleeping
was knocking

Slide 11 - Sleepvraag

Much, many & a lot
Much = niet te tellen (negative and question)
Many = wel te tellen  (negative and question)
A lot = veel (positive)

Slide 12 - Tekstslide

Much, Many, A lot of?
Do you have ... brothers and sisters?
A
Much
B
Many
C
A lot of

Slide 13 - Quizvraag

Much, Many, A lot of?
I went shopping during the winter break and spent ...... money.
A
much
B
many
C
a lot of
D
lots of

Slide 14 - Quizvraag

Bevestigende zinnen
Vragen en negatieve zinnen
Gebruikt voor dingen dat telbaar zijn
Gebruikt voor dingen dat ontelbaar zijn
A lot of 
Many and much
Many 
Much

Slide 15 - Sleepvraag

"Mom, I'm going to bake a .............. cupcakes this afternoon. All my friends want to taste them. How .............. eggs do we still have? And how ............. butter is in the fridge?" 

Mom: "Ow, let me check. It looks like there are ............ eggs . And there is also ............ butter. I don't think you will have enough. I'm doing groceries later today. I'll bring you some." 
much
many
little
few
lot of

Slide 16 - Sleepvraag

Chose from; much, many, little and few
I have … socks. (veel)
A
many
B
much
C
little
D
few

Slide 17 - Quizvraag

Deze les vond ik moeilijk - makkelijk
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

Hoe goed ben je voorbereid op de toets?
0100

Slide 19 - Poll

Dit vond ik het moeilijk vandaag:
Much/Many/lots of
Present&Past continuous
Allebei
Geen van beiden

Slide 20 - Poll