verkeersborden

• NT2
• Basisschool
• Groep 6

Verkeersborden

Welke soorten verkeersborden ken je?

de verkeersborden

Verkeersborden hebben niet zomaar een kleur en een vorm. Aan de vorm én de kleur én het teken zie je wat het bord betekent. Er zijn vijf verschillende soorten verkeersborden:

   

verbodsborden

Verbod is iets wat je niet mag doen.

Je mag hier niet.......

vorm: rond

kleur: wit met rode rand

1. Huppelen is niet toegestaan
2. Je mag hier niet alleen over straat
3. Kijk uit voor gevaarlijke mannen
4. Je mag hier niet lopen

gebodsborden

Gebod is iets wat je moet doen!

Je moet hier.....

vorm: rond

kleur: blauw met witte tekens

1. Je moet hier lopen (voetpad)
2. Je moet hier met een volwassene lopen
3. Je moet hier hand in hand lopen

Informatieborden

• vierkant of rechthoekige vorm
• blauw
• wat daar te zien is, zie je aan het teken van het bord
• Kijk, hier is......

1. .Hier mag je niet spelen.
2. Dit is een woonerf
3. Je verlaat het woonerf.
4. Je verlaat de woonplaats.

Waarschuwingsborden

 'Pas op ....' borden

vorm: driehoek met punt naar boven

kleur: wit met rode rand

In het bord zwarte tekens die de waarschuwing aangeven.

1. Pas op, hier is een blaastest.
2. Pas op, kans op zijwind.
3. Pas op, kans op laagvliegende vliegtuigen.
4. Pas op, u nadert een brug, dus kans op wind.

1. Je mag hier niet op een paard zitten
2. Het ruiterpad houdt hier op.

1. Je moet hier de richting van de pijlen volgen.
2. Je moet hier draaien
3. Je moet hier omkeren
4. Kijk hier is een rotonde

1. Je mag hier niet parkeren
2. Je mag hier niet stil staan.
3. Je mag hier niet autorijden
4. Je mag hier niet inhalen

1. Je moet hier links of rechtsaf als je fietst.
2. Je moet hier links afslaan als je fietst.
3. Je moet hier rechts afslaan als je fietst.
4. Je moet hier rechtdoor als je fietst.

1. Je mag hier niet aan twee kanten rijden
2. Je mag hier niet links rijden.
3. Je mag hier niet verder als er tegemoetkomend verkeer is
4. Je mag hier niet rechts rijden.

1. Hier is een fietsenstalling.
2. Fietsers en brommers mogen op de weg.
3. Je moet hier fietsen. Bromfietsen mogen hier ook rijden.
4. Je moet hier naar links met je fiets of brommer.

1. De auto heeft voorrang
2. De fietser heeft voorrang

1. Sarah heeft voorrang
2. Josie heeft voorrang

Huiswerk (inleveren dinsdag 8 nov)

1. Zoek twee verschillende soorten verkeersborden.

a.  Maak van beide borden een foto.

b. Zoek (op internet) de exacte betekenis van het bord op.

2. Welk verkeersbord zou jij (in de straat) willen hebben? 

     Ontwerp het juiste type bord. 

3. Neem mee naar school: 

    De 2 (uitgeprinte) foto 's met uitleg. 

    Je tekening van je eigen ontworpen bord.