§3.3 Ruimtegebrek

Uitleg begrippen
§3.3 Ruimtegebrek
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Uitleg begrippen
§3.3 Ruimtegebrek

Slide 1 - Tekstslide

Grenzen?

Slide 2 - Woordweb

Identiteit?

Slide 3 - Woordweb

De mens heeft het landschap in Nederland door de eeuwen heen naar zijn hand gezet. Het is dooraderd met dijken, vaarten, terpen, verdedigingslinies, landgoederen, dorpen en steden. Cultureel erfgoed draagt bij aan de kwaliteit van deze leefomgeving, die nog altijd in ontwikkeling is.

De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed zet zich in voor het cultuurlandschap door veranderingen daarin te begeleiden. We onderzoeken daarvoor de geschiedenis, het karakter en de cultuurhistorische waarde van het landschap. Ook verlenen we subsidies voor het in stand houden van groen erfgoed. Zo blijft de geschiedenis van onze leefomgeving herkenbaar.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Door de mens gemaakt in het landschap

Slide 6 - Woordweb

Nederland is door de mens gemaakt. ​
Dat zie je aan de steden, maar ook aan wegen, polders, dijken en havens die je overal in ons landschap tegenkomt. ​
Zelfs de natuur is door de mens aangelegd. ​
De ruimtelijke inrichting van Nederland is niet willekeurig maar gaat via goed doordachte ideeën en plannen, want onze ruimte is schaars en daar moeten we zorgvuldig mee omgaan. ​

De ruimtelijk ordening wordt uitgevoerd door de overheid, die ervoor zorgt dat alles volgens de wet gebeurt. Op de schoolplaat (zie link naar schooltv) zie je de typisch Nederlandse inrichtingselementen van de afsluitdijk tot deltawerken en nog veel meer.​

Bekijk de schoolplaat en beantwoord de volgende vragen


Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Waarom werd de afsluitdijk geplaats? ​
Klik op t bolletje op de afsluitdijk​
Hoe heet de stormvloedkering in de provincie Zeeland? ​
Klik op t bolletje in Zeeland op de stormvloedkering​
Hoe wordt Nederland in kaart gebracht? ​
Klik op Breda​
Wat is een ecoduct? ​
Klik op het bolletje ten westen van Apeldoorn



Slide 9 - Tekstslide

Lees de tekst 

https://www.interveste.nl/blog/bloemkoolwijk/

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Tekstslide

Esterveldlaan/Essinklaan/Anna v Burenweg
Dit gebied is braakliggend terrein.
Jij bent de projectontwikkelaar.
Wat ga je met deze ruimte doen?
Omschrijf en teken

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Ruimtelijke ordening
De wetten en regels van de overheid waarmee bepaald wordt op
welke manier de ruimte gebruikt mag worden.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Bestemmingsplan
Plan waarin staat wat er met de ruimte in een bepaalde gemeente gaat gebeuren

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Wat heb je nodig in jouw omgeving om prettig te kunnen leven?

Slide 19 - Woordweb

Leefbaarheid
Zegt iets over of je ergens prettig kunt leven. 

Slide 20 - Tekstslide

Leefbaarheid
Met het begrip leefbaarheid wordt aangegeven hoe aantrekkelijk en/of geschikt een gebied of gemeenschap is om er te wonen, of te werken.
Het geldt voor iedereen, maar niet iedereen heeft dezelfde normen rondom LEEFBAARHEID.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Inspraak
Gelegenheid om je mening te laten horen en daardoor invloed te krijgen op
beslissingen. 

Slide 23 - Tekstslide

Grenzen & identiteit

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Wat is geen kenmerk van een wijk met een lage leefbaarheid
A
Veel werkelozen
B
Veel hangjongeren
C
Veel voorzieningen
D
Veel verkrotting

Slide 28 - Quizvraag

Wat draagt bij aan een hoge leefbaarheid in de woonwijk?
A
veel hangjongeren
B
veel leegstaande winkels
C
veel groen, speeltuintjes en parkjes
D
veel afval op straat

Slide 29 - Quizvraag

De leefbaarheid in een wijk kun je afleiden van de
A
bebouwingsdichtheid
B
autodichtheid
C
voorzieningenniveau
D
bereikbaarheid

Slide 30 - Quizvraag

Leefbaarheid is...
A
geschiktheid van je huis om er goed te leven
B
geschiktheid van een wijk om er goed te leven
C
geschiktheid van de stad om er goed te leven
D
geschiktheid van de regio om er goed te leven

Slide 31 - Quizvraag

Wat is leefbaarheid
A
Weinig winkels in je straat
B
Een leuke speeltuin in de buurt
C
Geen school in je straat
D
De mate waarin een dorp of stad geschikt is om te wonen

Slide 32 - Quizvraag

Positief voor de leefbaarheid is...................
A
het laten slingeren van huisvuil
B
straatverlichting beperken
C
fietspaden verbeteren
D
geen inspraak accepteren

Slide 33 - Quizvraag

Waarom is Ruimtelijk ordening zo belangrijk in NL?
A
Nederland heeft niet zoveel geld dus moet goed opletten
B
In Nederland is al alles volgebouwd
C
Nederland is klein en heeft weinig ruimte

Slide 34 - Quizvraag

Het bestemmingsplan is een voorbeeld van ruimtelijke ordening dat door de .............wordt gemaakt.
A
provincie
B
gemeente
C
regering
D
Europese Unie

Slide 35 - Quizvraag

Welke overheidsorgaan gaat over de ruimtelijke ordening op lokale schaal?
A
De gemeente
B
De provincie
C
De stadsgewesten
D
Het Rijk

Slide 36 - Quizvraag

Identiteit heeft vooral te maken met
A
mentaliteit
B
cultuur
C
ruimtelijke ordening
D
harde grenzen

Slide 37 - Quizvraag

Wat is een bestemmingsplan?
A
plan voor de ruimtelijke ordening
B
plan voor demonstraties
C
toekomstvisie van de provincie
D
recycle plan binnen de gemeente

Slide 38 - Quizvraag

Welke overheid heeft het meeste "macht" als het gaat om ruimtelijke ordening
A
Rijksoverheid
B
Provincie
C
Gemeente

Slide 39 - Quizvraag

Leren en maken
Maken: §3.3 tekstboek bladzijde 64 en 65; werkboek bladzijde 82 en 83
Leren §3.3 begrippen 

Slide 40 - Tekstslide