Taalblokken bouwsteen 1 t/m 4 Actualiteit maart 2022

Doelen
Je beheerst de theorie van bouwsteen 1 t/m 4 van Taalblokken. 
1. Tekstsoorten en tekstdoelen
2 Onderwerp en hoofdgedachte
3. Inleiding/kern/slot
4. Samenhang (signaalwoorden)
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Doelen
Je beheerst de theorie van bouwsteen 1 t/m 4 van Taalblokken. 
1. Tekstsoorten en tekstdoelen
2 Onderwerp en hoofdgedachte
3. Inleiding/kern/slot
4. Samenhang (signaalwoorden)

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Het doel van campagne voeren is
A
helpen en winnen.
B
informeren en omkopen.
C
informeren en overtuigen.
D
amuseren en politiek vormgeven.

Slide 3 - Quizvraag

Wat is het doel van het filmpje?
A
Informeren
B
Amuseren
C
Overhalen
D
Instrueren

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de hoofdgedachte van het filmpje?
A
Veel kiezers weten nog niet waarop ze gaan stemmen.
B
Politici doen van alles om kiezers voor zich te winnen.
C
Via het kind krijgen de ouders informatie mee.
D
Kiezers moeten meer kijken naar hun stad.

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Video

Het doel van het filmpje is overtuigen. Op welke manieren wordt dat geprobeerd?

Slide 7 - Open vraag

Mogelijke antwoorden
- Sterke openingszin (Het is tijd voor een nieuw.......)
- Een vraag stellen (Ben jij het ook zat?)
-De luisteraar aanspreken (Je hoort het goed.)
- Doelgroep aanspreken door herkenbaarheid (armoede, leven in de grote stad, etnisch profileren, mbo)
Tonen van daadkracht ( Laten zien wat hij al bereikt  heeft en wat hij wil doen.)


Slide 8 - Tekstslide

En nog meer
- Krachtige taal gebruiken (strijden, samen, vernieuwen etc.)
-Muziek (Zou het filmpje anders overkomen zonder muziek?)
-Beelden van de stad. Trotse Hagenees. Hij houdt van de stad, dus hij zal het ook goed doen.
Beelden van zichzelf met zijn kinderen (?) Hij is een goede vader, dus betrouwbaar?

Slide 9 - Tekstslide

Wij zijn immers de internationale stad voor vrede en recht. Immers wordt gebruik om
A
een vergelijking te maken.
B
een reden aan te geven en heeft verband met de vorige zin.
C
om de tijd aan te geven.
D
om een opsomming te geven.

Slide 10 - Quizvraag

Geen ivoren torens, maar een trotse Haagse inwoner die naar verandering snakt. Maar gebruikt de spreker om
A
een verklaring te geven.
B
verband tussen doel en middel aan te geven.
C
een voorwaarde te scheppen.
D
een tegenstelling aan te geven.

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Video

De presentatrice introduceert het onderwerp van het filmpje door
A
door het vertellen van een anekdote.
B
door het stellen van een vraag.
C
het noemen van de aanleiding.
D
door het geven van een samenvatting.

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de hoofdgedachte van het filmpje?
A
Nederland moet zelf meer graan verbouwen.
B
Alle bodemschatten worden waardevoller.
C
De voorraad bodemschatten raakt op.
D
Zorgen over de prijsstijgingen van de bodemschatten.

Slide 14 - Quizvraag

Welke deelonderwerpen vormen de kern van de gegeven informatie.

Slide 15 - Open vraag

De presentatrice sluit het filmpje af met
A
een samenvatting.
B
stof tot nadenken.
C
een antwoord .
D
herhaling van de hoofdgedachte.

Slide 16 - Quizvraag