In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
§8.2
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt kenmerken van een ontwikkelingsland noemen.
Je weet wat de gevolgen van een monocultuur zijn voor ontwikkelingslanden.
Je kunt oorzaken noemen van de economische achterstand van ontwikkelingslanden.
Je kunt uitleggen wanneer de ruilvoet verbetert of verslechtert.
Slide 2 - Tekstslide
Waaraan herkennen we een ontwikkelingsland?
Slide 3 - Woordweb
Slide 4 - Video
Kenmerken
veel werkloosheid
ondervoeding
snelle bevolkingsgroei
veel analfabetisme (een deel van de bevolking kan niet lezen en schrijven)
beperkte technische ontwikkeling
een eenzijdige economische structuur. Dat betekent dat de inkomens vaak afhankelijk zijn van één productiesector, meestal de landbouw.
Slide 5 - Tekstslide
Monocultuur
Met een monocultuur is een land voor zijn (export)inkomsten vak sterk afhankelijk van slechts één of enkele producten.
Meestal zijn dat landbouwproducten, zoals katoen, rijst, koffie- en cacaobonen.
Slide 6 - Tekstslide
Landen met een monocultuur lopen risico’s. Een groot deel van hun exportinkomsten kan wegvallen zonder dat zij daar zelf veel invloed op hebben. Kies de juiste verklaringen voor een daling van de exportinkomsten van ontwikkelingslanden met een monocultuur.
Slide 7 - Open vraag
Waaruit blijkt dat het een ontwikkelingsland is?
Slide 8 - Open vraag
Waarom zijn ontwikkelingslanden arm?
Slide 9 - Woordweb
Slide 10 - Video
Waarom zijn ze arm?
Er is gebrek aan goed onderwijs en daardoor minder technische kennis.
De infrastructuur is slecht zodat vervoer en communicatie moeilijk is.
De bevolking groeit sneller dan de economie. De beperkte welvaart moet hierdoor met steeds meer mensen gedeeld worden.
De landen hebben vaak hoge schulden, met als gevolg hoge rentelasten.
Rijke westerse landen nemen protectiemaatregelen die ten koste gaan van de exportmogelijkheden van ontwikkelingslanden.
Er komen vaak natuurrampen voor en conflicten zoals burgeroorlogen.
Veel regeringen en dictators zijn corrupt, waardoor de welvaart niet terechtkomt bij de mensen die dat het hardst nodig hebben.