1.4 Gezonde longen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 2

bs 1.3 ademhalen

1.4 Gezonde longen

Planning

- nieuwe stof 1.4 'gezonde longen'

- leerdoel nabespreken

- huiswerk maken

Thema 1 Verbranding en ademhaling

1.4 Gezonde longen

leerdoelen vandaag (1.4)

Aan het einde van de les:

- kan je uitleggen wat je zelf kan doen om je luchtwegen gezond te houden

1.4 Gezonde longen

Door verschillende oorzaken kunnen longen en luchtwegen minder goed functioneren.

Iemand wordt dan benauwd of moet vaak hoesten.

5 tips

Je kunt zelf van alles doen om je luchtwegen gezond te houden:

- niet roken

- bewegen

- zingen of een blaasinstrument spelen

- niet buiten sporten met smog

- ventileren

1.4 Gezonde longen

Roken is slecht voor je longen.

In rook van tabak zitten duizenden stoffen die schadelijk zijn voor je longen.

In de rook van tabak zit teer. Dit is een vettige zwarte stof. De teer beschadigd de binnenkant van je luchtwegen.

Beschadigde longen kunnen minder goed zuurstof opnemen.

1.4 Gezonde longen

Door roken neemt je conditie af en kan je hart- en vaatziekten krijgen.

Dit zijn vaak ongeneeslijke ziekten waaraan je kan overlijden.

In rook zitten ook stoffen die

kankerverwekkend zijn.

1.4 Gezonde longen

Door sporten en bewegen krijg je een betere conditie. Je longen worden sterker.

Sporten versterkt je ademhalingsspieren. Het zorgt er ook voor dat je longinhoud groter wordt.

1.4 Gezonde longen

Soms is de lucht vervuild met hele kleine stofdeeltjes (fijnstof).

Dit noem je smog.

Bij veel smog kan je beter niet buiten sporten.

Vroeg in de ochtend en laat in de avond is de lucht meestal schoner. Dat is de beste tijd om buiten te gaan sporten.

1.4 Gezonde longen

Je kunt je longen ook sterker maken door te zingen of door een blaasinstrument te bespelen.

Beide zijn goede ademhalingsoefeningen.

Je conditie verbetert erdoor.

1.4 Gezonde longen

In huis en in een klaslokaal is frisse lucht heel belangrijk.

Als je lang met veel mensen in een ruimte zit met de ramen dicht, dan neemt de hoeveelheid zuurstof af en de hoeveelheid koolstofdioxide toe.

Hierdoor kan je last krijgen van concentratieverlies, hoofdpijn en vermoeidheid (je gaat gapen).

1.4 Gezonde longen

Om de lucht fris te houden, moet je ventileren.

Dat betekent dat je 'oude' lucht vervangt door verse lucht.

Zet de ramen of het ventilatierooster open.

De luchtkwaliteit in het klaslokaal kun je 

meten met een koolstofdioxidemeter.

1.4 Gezonde longen

Koolstofmonoxide is een gas dat je niet kan zien, proeven of ruiken. Het komt vrij bij onvolledige verbranding.

Koolstofmonoxide is heel gevaarlijk.

Als je teveel koolstofmonoxide binnenkrijgt, kan je een koolstofmonoxidevergiftiging krijgen. De eerste verschijnselen zijn hoofdpijn, misselijkheid, duizeligheid, vermoeidheid en verwardheid.

Uiteindelijk kan je bewusteloos raken en zelfs overlijden.

1.4 Gezonde longen

Het is verstandig om in huis een koolstofmonoxidemeter op te hangen.

Zo'n melder waarschuwt als er te veel koolstofmonoxide in een ruimte aanwezig is.

VRAGEN??

Aan de slag

- Maken opdracht 1 t/m 6 van 1.4