Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1
In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
5.4 extta oefenen warmte transport
5.4 Warmte transport
Extra oefenen
Slide 1 - Tekstslide
Extra oefenen met warmtetransport
De volgende dingen moet je weten over warmte transport:
Op welke manieren kan warmte getransporteerd noemen
Hoe werkt straling
Hoe werkt geleiding
Hoe werkt stroming
Hoe kan je in huis zorgen dat je geen warmte kwijt raakt (isoleren)
Slide 2 - Tekstslide
Warmte doorgeven
Warmtestraling Warmtestroming Warmtegeleiding
Slide 3 - Tekstslide
manieren van warmtetransport
Slide 4 - Tekstslide
Warmte geleiding
Warmtetransport door geleiding vindt plaats in vaste stoffen.
Metalen zijn over het algemeen goede warmtegeleiders.
Hout en plastic zijn slechte warmtegeleiders.
Slechte warmtegeleiders noemen we
isolatoren.
Slide 5 - Tekstslide
Goede en slechte warmtegeleiders
Alle metalen zijn goede warmtegeleiders.
kunststoffen / gassen/vloeistoffen zijn slechte warmtegeleiders. Ze geven de warmte maar heel langzaam door.
De knop van een radiator is een ........warmtegeleider.
Handvat van je fiets op een winterse dag is een ........warmtegeleider.
slechte warmte geleider.
het is gemaakt van kunststof (= slechte geleider)
Verder is het ook logisch: zou het een goede geleider zijn, dan zou jij je handen branden als de knop omgedraaid zou worden
slechte warmte geleider.
het is gemaakt van rubber (= slechte geleider)
Verder is het ook logisch: zou het een goede geleider zijn, dan zou jij hele koude handen krijgen, omdat de warmte van jouw handen dan naar je fiets geleid zou worden
Slide 6 - Tekstslide
Warmtegeleiding
Slide 7 - Tekstslide
Warmtegeleiding
Slide 8 - Tekstslide
Warmtestroming
Warm water (en lucht) stijgt op.
Koud water (en lucht) daalt
Warmtestroming vindt plaats bij gassen en vloeistoffen.
Slide 9 - Tekstslide
WARMTE STROMING
Slide 10 - Tekstslide
Warmtestroming
Slide 11 - Tekstslide
3. Warmtestraling
Warmtetransport via een straling
Hier is géén stof voor nodig.
Alles straalt warmtestraling uit.
Hoe hoger de temperatuur, hoe meer warmtestraling.
Warmtestraling is infrarood (IR) straling.
Slide 12 - Tekstslide
Warmtestraling
Slide 13 - Tekstslide
noem de drie vormen van warmtetransport
Slide 14 - Open vraag
Welk soort warmtetransport vindt er plaats?
Stroming
Straling
Geleiding
Slide 15 - Sleepvraag
In deze tekening is warmtestraling afgebeeld bij ...
A
de hand links onder
B
de hand bovenin het midden
C
de hand rechts
Slide 16 - Quizvraag
Je ziet hieronder een deel van een centrale verwarming. Sleep de juiste vorm van warmtetransport naar de juiste letter (A, B of C).
A
B
C
Geleiding
Straling
Stroming
Slide 17 - Sleepvraag
Plaats de afbeeldingen bij het juiste warmtetransport.
Geleiding
Stroming
Straling
Slide 18 - Sleepvraag
Wat kan je doen om warmtegeleiding tegen te gaan?
A
reflecterend materiaal gebruiken
B
isolerend materiaal gebruiken
C
Pan dicht houden, deksel erop
D
je kunt er niets aan doen
Slide 19 - Quizvraag
In het water is er warmtetransport door
A
Geleiding
B
Stroming
C
Straling
D
Geen
Slide 20 - Quizvraag
warmtegeleider
isolator
Sleep naar het juiste vakje:
ijzer
hout
koper
kunststof
glas
aluminium
Slide 21 - Sleepvraag
Een thermofles maakt alle manieren van warmtetransport zo minimaal mogelijk. Sleep de vormen van warmtetransport naar het kenmerk waar ze bij horen.
Tussen de binnen- en buitenwand is een vacuüm gemaakt.
De binnenkant is bedekt met een reflecterende zilverlaag.
De fles heeft een binnen- en een buitenwand die elkaar niet raken.
Geleiding
Stroming
Straling
Slide 22 - Sleepvraag
Welke soort warmtetransport is hier weergegeven?
A
warmtegeleiding
B
warmtestroming
C
warmtestraling
D
geen van drie
Slide 23 - Quizvraag
Welke soort warmtetransport is hier weergegeven?
A
warmtegeleiding
B
warmtestroming
C
warmtestraling
D
geen van drie
Slide 24 - Quizvraag
Goede warmtegeleider
Slechte warmtegeleider
Kunststof
Staal
Koper
Hout
Wol
Goud
Lucht
Zink
Slide 25 - Sleepvraag
Hoe noemt men het tegengaan van warmtetransport?
A
Verwarmen
B
Ontwarmen
C
Isoleren
D
Beslaan
Slide 26 - Quizvraag
Tussen een muur en een radiotor zie je soms zilverkleurige platen. Waarom zijn ze zilverkleurig?