Mediawijsheid les 2

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
InformatiekundeMiddelbare schoolvmbo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen, tekstslide en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Wie kent het wachtwoord van je telefoon?
A
Alleen mijn beste vriend(in)
B
Niemand, alleen ik.
C
Mijn vrienden.
D
Mijn ouders.

Slide 3 - Quizvraag

Als je iets op Facebook zet, blijft het daar voor altijd staan. Klopt dat?
A
Dat ligt aan je instellingen.
B
Nee, je kunt dingen eenvoudig weer wissen.
C
Klopt, ze bewaren je gegevens voor altijd.

Slide 4 - Quizvraag

Je hebt een mail gekregen waarin staat dat je een iPhone hebt gewonnen! De afzender ken je niet, maar je hoeft alleen maar even op de link te klikken om je prijs te krijgen. Wat doe je?
A
Je klikt natuurlijk, wat heb je een geluk!
B
Je gooit het mailtje in de prullenbak, want je kent de afzender niet.
C
Je weet niet of het klopt, maar probeert het toch. Een keertje klikken kan toch geen kwaad?

Slide 5 - Quizvraag

Je doet met je vrienden een wedstrijdje gekke bekken trekken. Met je telefoon maak je er foto’s van. Wat doe je na afloop met de afbeeldingen?
A
Je zet ze online en tagt al je vrienden.
B
Je zet ze online, maar wel zo dat alleen je vrienden het kunnen zien.
C
Je bewaart ze in je telefoon.
D
Je gooit ze weg.

Slide 6 - Quizvraag

Iemand pest je online of zegt iets naars over je. Wat doe je?
A
iets vervelends terugzeggen.
B
een volwassenen (je ouders of je leraar) inlichten.
C
afspreken met de pester zodat je het kan uitvechten.
D
Ik doe er niks mee.

Slide 7 - Quizvraag

Je bent aan het chatten met vriend(inn)en. Ineens krijg je een bericht van MisterX. Hij vraagt of je met hem wilt bellen met de camera aan. Wat doe je?
A
Je klikt de vraag weg, want je kent deze persoon niet.
B
Je zet je camera aan, want je bent nieuwsgierig wie er met jou wil praten.
C
Je zet je camera aan om te zeggen dat je liever niet met onbekenden chat.

Slide 8 - Quizvraag

Wat voor wachtwoord gebruik jij online?
A
Een kort wachtwoord dat makkelijk te onthouden is, zoals je voornaam.
B
Een paar cijfers, zoals je geboortedatum.
C
Een combinatie van letters, hoofdletters en cijfers, zoals MEW!sp1k?.
D
Ik wil hier geen antwoord op geven.

Slide 9 - Quizvraag

Je hebt ruzie met je moeder. Jij wilt dat graag vertellen aan je beste vriend(in). Hoe doe je dat?
A
Je stuurt een whatsappje.
B
Je schrijft erover op Facebook of Instagram en tagt haar.
C
Je stuurt haar een bericht via Snapchat of Instagram.
D
Je gaat naar haar/hem toe en praat in real-life met elkaar

Slide 10 - Quizvraag