Gezond in je hoofd (2)

• Lichamelijke opvoeding
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1,2

Gezond in je hoofd... 

Vandaag gebruik je niet je eigen naam. Maar een naam van een dier.  

Heb je de uitdaging met je ouders gewonnen?

1. ja
2. nee
3. Ik heb de opdracht alleen gedaan.
4. gelijk spel

Tijdens het lezen van deze zin, maken jouw nieren plas aan. Of je nou wilt of niet... dat gaat vanzelf!

Zo werkt dat ook met gedachten.

Een experiment 

Lukt het jou om in deze minuut NIET aan de roze olifant te denken.?

1. Ja
2. nee

Gemiddeld heeft een mens 50.000 gedachten per dag. 

Deze komen voorbij zonder dat je het door hebt. 

Denk even terug aan de challenge met je ouders... hoeveel verschillende gedachten waren dat? 

De meeste bedenksels overkomen je. 

De meeste bedenksels overkomen je. 

Zelfs een omaatje, denkt weleens aan gekke, vieze of gemene dingen!

Je kan niet altijd als een verkeersregelaar je gedachten sturen. 

Een experiment. Lees de zin:

Kris gaat naar school. Zij maakt zich zorgen om de rekenles. Zij was gisteren niet in staat de klas in bedwang te houden. Dat is tenslotte niet de taak van een conciërge. 

Kunnen gedachten liegen?

Kris gaat naar school. Zij maakt zich zorgen om de rekenles. Zij was gisteren niet in staat de klas in bedwang te houden. Dat is tenslotte niet de taak van een conciërge. 

Hersenspinsels kunnen soms helemaal niet kloppen.

Gedachten kan je sturen. 

Denk aan: 

- een snottebel van iemand anders in je neus stoppen. 

- de laatste keer dat je de slappe lach kreeg. 

- je favoriete gericht

Merk je dat je, je gezicht vertrekt? Misschien werd je wel misselijk! 

Wat heb je uit het filmpje onthouden? En ga je wellicht doen?

Als jij over een half jaar terug denkt aan
BMO waar denk je dan aan?

Wat vond je goed/interessant/leuk/positief
aan de BMO lessen en waarom?

Als jij de docent zou zijn van de
BMO lessen, wat zou jij dan (anders) doen?