In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 120 min
Onderdelen in deze les
Lessenserie Artikel schrijven
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen Artikel schrijven
*Je weet wat een artikel is.
*Je weet hoe de opbouw van een artikel er uitziet.
Slide 2 - Tekstslide
Bekijk het
filmpje over
een artikel schrijven
(0:55-3:50)
Slide 3 - Tekstslide
is dit een artikel of een brief?
A
artikel
B
brief
Slide 4 - Quizvraag
Een artikel heeft altijd een titel.
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Een artikel bestaat uit
A
inleiding, middenstuk
B
Slot, titel, middenstuk
C
handtekening, inleiding, middenstuk, slot
D
inleiding, middenstuk ,slot
Slide 6 - Quizvraag
Inoefenen
Zoek in het artikel uit de krant de onderdelen die we net hebben besproken: titel, inleiding, middenstuk, tussenkopjes (deelalinea's), slot en auteur (wie heeft het artikel geschreven).
Schrijf op/markeer deze onderdelen.
Je hebt hier 10 minuten de tijd voor.
Daarna bespreken we het klassikaal.
timer
10:00
Slide 7 - Tekstslide
Uit hoeveel alinea's bestaat jouw artikel?
Slide 8 - Woordweb
Wat is de titel van het artikel?
Slide 9 - Woordweb
Wie is de auteur van jouw artikel?
Slide 10 - Woordweb
Les 2: Artikel schrijven
Slide 11 - Tekstslide
Lesdoelen Artikel schrijven
Je weet wat een artikel is.
Je weet hoe de opbouw van een artikel er uitziet.
Je kunt een artikel schrijven.
Slide 12 - Tekstslide
Opbouw van een artikel
Plaats boven je artikel een passende titel
In de inleiding staat de aanleiding van je artikel: waarom je het artikel schrijft
In het middenstuk (kern) staat de meeste informatie (wat, waarom, waarover..)
In het slot staat wat je hoopt te bereiken met het artikel
Zet je voor- en achternaam onder het artikel
Al deze onderdelen zijn losse alinea's!
Slide 13 - Tekstslide
Schrijfregels
• Elke zin begint met een hoofdletter. • Namen schrijf je met hoofdletter. • Achter een gewone zin komt een punt. • Achter een vragende zin zet je een vraagteken. • Achter een uitroep zet je een uitroepteken.
Slide 14 - Tekstslide
Hoe kun je het artikel beginnen?
A
Lieve kindertjes,
B
Mijn naam is...
C
Geachte leerlingen...
D
Hallo
Slide 15 - Quizvraag
Onder een artikel zet je altijd:
A
slotformule
B
je eigen naam (en klas)
C
groetjes,
D
bedankt
Slide 16 - Quizvraag
Samen een artikel schrijven
Onderwerp:
De verzorging van een hond
Slide 17 - Tekstslide
Controleren
Staan alle punten in het artikel?
Is het foutloos?
Is de volgorde logisch?
Slide 18 - Tekstslide
Is het lesdoel voor jou bereikt: Ik kan een artikel schrijven?
Slide 19 - Poll
Noem 1 ding waar je nog moeite mee hebt
Slide 20 - Open vraag
Les 3: Test zelf artikel schrijven
Je gaat een artikel schrijven voor in het nieuwsblad van je stageplek. Hierin moeten de volgende punten staan:
Inleiding: je stelt je zelf voor(naam, leeftijd, woonplaats, schoolrichting praktijkvak, wat wil je worden)
Middenstuk: wat is de bedoeling van je stage(werkdagen, schooldagen, werkzaamheden)? waarom heb je voor dit bedrijf gekozen? wat vind je leuk en minder leuk aan deze werkplek? wat wil je graag leren?
Slot: wat doe je in je vrije tijd? wat zijn je hobby's?