7.4 Waterkwantiteit en waterkwaliteit

Hoe kan het dat een mens soms wel 6000 liter water per dag gebruikt?
1 / 29
volgende
Slide 1: Open vraag
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoe kan het dat een mens soms wel 6000 liter water per dag gebruikt?

Slide 1 - Open vraag

Door welke vier dingen wordt water gebruikt?

Slide 2 - Open vraag

Hoe heet de meettool die aangeeft hoeveel water een persoon per dag gebruikt?
A
Ecologische voetafdruk
B
Natuurlijke voetafdruk
C
Watervoetafdruk
D
Hydrovoetafdruk

Slide 3 - Quizvraag

Wat wordt opgeteld bij het watergebruik?
A
Industrieel water
B
Drinkwater
C
Proceswater
D
Koelwater

Slide 4 - Quizvraag

Welk soort water is zichtbaar op de foto?
A
Industrieel water
B
Drinkwater
C
Proceswater
D
Koelwater

Slide 5 - Quizvraag

Welk soort water is zichtbaar op de foto?
A
Industrieel water
B
Drinkwater
C
Proceswater
D
Koelwater

Slide 6 - Quizvraag

Wat is oppervlakte water?
A
Water in sloten, meren, rivieren, kanalen en plassen
B
Water uit de bodem die aan de oppervlakte komt
C
Water alleen van rivieren en de zee
D
Alleen zoet water van de oppervlakte

Slide 7 - Quizvraag

Uit welke 3 soorten 'bronnen' wordt drinkwater gewonnen?

Slide 8 - Open vraag

Het drinkwater uit Limburg wordt gemaakt uit
A
oppervlaktewater
B
bergwater
C
infiltratiewater (duin)
D
grondwater

Slide 9 - Quizvraag

Waardoor raakt water vervuild?

Slide 10 - Woordweb

7.4  Waterkwaliteit en waterkwantiteit

Slide 11 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Welke soorten watervervuiling zijn er
  • Wie veroorzaken deze vervuiling
  • Je kunt uitleggen wat Rijkswaterstaat doet
  • Je weet de 4 functies van het waterschap.
  • Je weet het verschil tussen waterkwaliteit en waterkwantiteit

Slide 12 - Tekstslide

Soorten huishoudelijk water
📌 zwart water: toiletwater —> goed zuiveren!

📌 grijs water: douche, wasmachine, keukenwater 
                        —> weinig zuivering nodig

▪️ regenwater komt in riool: mengt met zwart water —> 
    vies —> zuiveren

Slide 13 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen grijs- en zwart water?

Slide 14 - Open vraag

3 manieren waarop water wordt vervuild: 

1. Organische vervuiling
2. Chemische vervuiling
3. Thermische vervuiling

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Watervervuiling:
Huishoudens
Huishoudens:
  - Zwart water: Water van toiletspoeling.
  - Grijs water: Licht vervuild water

Landbouw

Slide 18 - Tekstslide

Waarom staan rioolwaterzuiveringsinstallaties vaak bij steden?
A
Op industrieterreinen is nauwelijks plaats
B
de stad is de beste klant van een dergelijk bedrijf
C
het meeste afvalwater komt van huishoudens
D
Omdat de industrie een eigen zuivering hebben

Slide 19 - Quizvraag

Andere soorten watervervuiling
Chemische vervuiling door industrie. Water wordt vervuild door stoffen die niet in de natuur voorkomen. 
thermische vervuiling; door water te gebruiken als koelwater is het water wel schoon maar te warm als het weer teruggeloosd wordt. 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Brak water
Als in de zomer veel water verdampt komt brak water *overgang van zoet water naar zout * dichter aan de oppervlakte. 

Het grond water waar planten afhankelijk van zijn wordt dan zouter! * verzilting

Slide 23 - Tekstslide

Wat is brak water?
A
zeewater wat niet terugtrekt
B
zoutig drinkwater
C
water wat onder een dijk doorsijpelt
D
water op overgang van zoet naar zout

Slide 24 - Quizvraag

Rijkswaterstaat, de taken
Kwaliteit van water
Kwantiteit van water
Veiligheid van water
Strijden tegen verdroging maar ook bevaarbaar houden van waterwegen, rivieren etc

Slide 25 - Tekstslide

CSE 2018

Wat is de goede verdeling van het juiste water?
A
1 grondwater 2 zoet water 3 oppervlaktewater 4 zout water
B
1 zoet water 2 zoutwater 3 oppervlaktewater 4 grondwater
C
1 zoutwater 2 zoet water 3 grondwater 4 oppervlaktewater
D
1 zoutwater 2 zoetwater 3 oppervlaktewater 4grondwater

Slide 26 - Quizvraag

Wat doet rijkswaterstaat niet?
A
zorgen voor waterkwaliteit
B
zorgen voor waterkwantiteit
C
zorgen voor goede dijken, vaarbaarheid schepen
D
zorgen voor waterleidingen

Slide 27 - Quizvraag

Op welke drie manieren raakt water vervuild?

Slide 28 - Open vraag

Huiswerk Aardrijkskunde
Maak voor maandag a.s.

Par 7.4

Ik heb een aantal opdrachten uitgeschakeld!

Controle en via SOM

Slide 29 - Tekstslide