V4- TH2 - BS3

thema 2 - voortplanting
basisstof 3
hormonen
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

thema 2 - voortplanting
basisstof 3
hormonen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen

Slide 2 - Tekstslide

Begrippen: 
hormoonklier 
hormonen
geslachtshormonen
secundaire geslachtskenmerken
hormoonconcentraties
hypofyse
hypothalamus
releasing hormoon (RH)
follikelstimulerend hormoon (FSH)
luteïniserend hormoon (LH) 



testosteron
negatieve terugkoppeling
menstruatiecyclus
oestrogenen
gele lichaam
progesteron

Slide 3 - Tekstslide

Wat zijn hormonen en wat doen ze?

Slide 4 - Woordweb

Wat zijn hormonen? 

Slide 5 - Tekstslide

Wat zijn hormonen? 
  • door hormoonklieren geproduceerde eiwitten die worden afgegeven aan het bloed en leiden tot een reactie ergens anders in het lichaam (stimulerend of remmend)

Slide 6 - Tekstslide

Waar? - hormoonklieren
hypofyse 
testis
eierstokken 

Slide 7 - Tekstslide

Wat doen ze? 
1 - hypothalamus 
    -> stuurt hypofyse aan
2- hypofyse 
     -> hormoon productie +       
     stimulering andere hormoonklieren
8  - testis 
     -> testosteron
7  - eierstokken
    -> oestrogeen + progesteron

Slide 8 - Tekstslide

Wat merk je ervan? 
  • beïnvloeden je stemming 
  • reguleren hormonen van de voortplanting 

Slide 9 - Tekstslide

regeling bij de mens 
hypothalamus = regelcentrum van hypofyse 
hypofyse = hormoon klier
  • follikelstimulerend hormoon (FSH)
  • luteïniserend hormoon (LH)

wat zouden deze doen? 
verschil tussen man en vrouw?

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

regeling bij de mens 
binas 89 C + A

Slide 12 - Tekstslide

hormonen regeling bij de man

pubertijd 
-> GnRH komt op gang in hypothalamus 
     (gonadotropine releasing hormoon) 
-> stimuleert aanmaak in hypofyse van 
  • FSH -> vorming zaadcellen in de wand van zaadbuisjes
  • LH = ICSH-> stimuleert teelbalcellen testosteron productie 

Slide 13 - Tekstslide

hormonen regeling bij de man
testosteron:
  •  stimuleert secondaire geslachtskenmerken
  • stimuleert aanmaak zaadcellen
  • regelt concentratie GnRH, FSH en ICSH
Binas 89C

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Zaadcellen worden gemaakt in de                        .
Spiertjes in de                   trekken samen en persen de zaadcellen de                         in.
De                           en de prostaat voegen                       toe aan de zaadcellen.
Bij de                  komt het                 in de                     . 
zaadballen
bijballen
zaadleiders
zaadblaasjes
zaadvocht
sperma
urinebuis
prostaat

Slide 16 - Sleepvraag

hypothamamus
hypofyse
FSH
LH
testosteron

Slide 17 - Sleepvraag

LH
FSH
cellen van Sertoli
cellen van Leydig
aanmaak van zaadcellen

Slide 18 - Sleepvraag

LH
FSH
cellen van Sertoli
cellen van Leydig
aanmaak van zaadcellen
uiting van geslachtskenmerken
bevordert spierontwikkeling
stimulatie aanmaak testosteron

Slide 19 - Sleepvraag

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

hormonen regeling bij de vrouw

Slide 22 - Tekstslide

hormonen regeling bij de vrouw
hormonen regelen 
  • de rijping van de eicellen: follikels
  • baarmoeder: aanmaak slijmvlies + het loslaten ervan
  • vorming van de borsten

Slide 23 - Tekstslide

hormonen regeling bij de vrouw
hypofyse
  • gestimuleerd door GnRH uit  hypothalamus
  • maakt FSH en LH aan

eierstokken 
  • gestimuleerd door FSH en LH
  • oestradiol = oestrogeen
  • progesteron

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Link

hormonen regeling bij de vrouw
slijmvlies:
  • opbouw en afbraak
  • menstruatiecyclus
  • +/- 28 dagen
  • FSH, LH, oestrogeen en progesteron 
  • dosering van de hormonen 
       -> hormonen remmen en stimuleren elkaar 

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Wat doet wel hormoon?
oestrogenen -> baarmoederslijmvlies dikker + meer klieren
progesteron -> maakt ook baarmoederslijmvlies dikker+
remt aanmaak FSH + LH
FSH -> follikel stimulerend hormoon: stimuleert aanmaak follikel en zo oestrogenen
LH -> luteïniserend hormoon -> zie FSH
zie binas voor meer details

Slide 28 - Tekstslide

hormonen en humeur

Slide 29 - Tekstslide

binas 86C

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

endometriose
stukjes baarmoederslijmvlies 
zitten op andere plekken als de 
baarmoeder
-> veel pijn
-> ontstekingen 
-> weefsel reageert op hormonen
dus klachten wisselen in cyclus

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Bij de ovulatie
A
springt de eicel uit het follikel jasje
B
wordt het baarmoederslijmvlies afgebroken
C
verdwijnt het gele lichaam
D
nestelt het bevrucht eitje zich in

Slide 35 - Quizvraag

In de eerste periode voor de ovulatie neemt het hormoon oestrogeen:
A
af
B
toe

Slide 36 - Quizvraag

Progesteron is het hoogste voor/na ovulatie en laat het baarmoederslijmvlies dunner/dikker worden.
A
voor ovulatie dunner worden
B
na ovulatie dunner worden
C
voor ovulatie dikker worden
D
na ovulatie dikker worden

Slide 37 - Quizvraag

Het hormoon LH:
A
is hoog gedurende de hele menstruatie cyclus
B
heeft een piek rond de ovulatie
C
is niet aanwezig gedurende de hele menstruatie cyclus.
D
heeft een dal rond de ovulatie

Slide 38 - Quizvraag

Welk nummer hoort bij welk onderdeel van het vrouwelijke geslachtsorgaan?
eileider
eierstok
baarmoeder
schaamlip
vagina
baarmoedermond
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11

Slide 39 - Sleepvraag

In de                        zitten de onrijpe                 in de                 .
Wanneer de eicel rijp is vindt er een                   plaats.
De rijpe eicel komt na de ovulatie in de                .
De eileider vervoert de            naar de                           . 
Tijdens de                         wordt het baarmoederslijmvlies dikker.
eicelrijping
eicel
eisprong
eierstokken
baarmoeder
eileider
follikels
eicellen

Slide 40 - Sleepvraag

Zet de woorden bij de juiste onderdelen.
zaadcel
celkern
kop
staart
eicel

Slide 41 - Sleepvraag

Tijdens de menstruatiecyclus verandert de slijmlaag aan de binnenkant van de baarmoeder.
Hier zie je drie keer de doorsnede van een baarmoeder afgebeeld.

Bij welk moment van de menstruatiecyclus hoort de doorsnede?
Tijdens de menstruatie
Kort na de menstruatie
Tijdens de ovulatie

Slide 42 - Sleepvraag

menstruatie
ovulatie
oestrogenen
progesteron
gele lichaam
eierstok
follikel
menstruatie

Slide 43 - Sleepvraag

waar
niet waar
Meisjes worden geboren met al hun eicellen
Alle gezonde vrouwen hebben een menstruatiecyclus
Menstruatiebloed bevat een eicel 
Duur van menstruatiecyclus wisselt per persoon
Gemiddelde leeftijd voor 1e menstruatie is 11 jaar.

Slide 44 - Sleepvraag

hebben jullie nog vragen? 
maak de opdrachten 34 t/m 46
lees bs 4

Slide 45 - Tekstslide