2h4 - vr290923

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Qu'est-ce qu'on va faire?
  • Interroger 
  • Grammaire
  • Au travail
  • Les devoirs

But: in het Frans kunnen zeggen van wie iets is, dmv een bezittelijk voornaamwoord

Slide 2 - Tekstslide

Interroger 
  1. Nederlands - néerlandais(e)
  2.  moe - fatigué
  3. ik wil - je veux
  4. slapen - dormir
  5. in de winter - en hiver
  6. waarom - pourquoi
  7. de week - la semaine
  8. duiken - faire de la plongée 

Slide 3 - Tekstslide

Grammaire - bezittelijk voornaamwoord
Dat is mijn neef. 
Zij zag haar buren lopen. 

  • Bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is. (mijn, jouw, hun)

Slide 4 - Tekstslide

Grammaire - bezittelijk voornaamwoord
C'est mon père
C'est ma mère
Ce sont mes parents

  • In het Nederlands kijk je alleen naar van wie iets is
  • In het Frans kijk je ook naar het geslacht van het woord erachter (mnl, vrl, mv)

Slide 5 - Tekstslide

Enkelvoudsvormen
mijn
jouw
zijn/haar
mannelijk
mon
ton
son
vrouwelijk
ma
ta
sa
meervoud
mes
tes
ses

Slide 6 - Tekstslide

Enkelvoudsvormen
Attention!

  • C'est ma amie       c'est ma amie       c'est mon amie
  • Bij stomme h/klinker en vrouwelijk woord, altijd de mannelijke vorm


Slide 7 - Tekstslide

Enkelvoudsvormen
Attention!

  • C'est son copain        het is zijn vriend
                                        het is haar vriend

Son/sa/ses kan zowel zijn als haar betekenen.
Goed kijken naar de rest van de zin!

Slide 8 - Tekstslide

Meervoudsvormen
enkelvoud
meervoud
ons/onze
notre
nos
uw/jullie
votre 
vos
hun
leur
leurs

Slide 9 - Tekstslide

Even oefenen ... 
  1. Mon frère habite au Maroc (mijn)
  2. Ses parents n'aiment pas la pizza (zijn) 
  3. .... maison est très grande (hun, vrl) 
  4. .... famille est sympa (onze) 
  5. Ton train est en retard (jouw) 

Slide 10 - Tekstslide

Au travail
30ade
31abd
Fini? Exercice 32 et 33
timer
1:00

Slide 11 - Tekstslide

Musée de moi-même
  • 10 zinnen 'dit is ...' (c'est) + bezittelijk vnw.  
  • Nederlandse vertaling eronder!
  • 5x enkelvoudsvormen, 5x meervoudsvormen  

Bijv: c'est mon livre / c'est notre famille / ce sont mes parents

Slide 12 - Tekstslide

Les devoirs
Mardi 2 octobre

Apprendre: blokje E en F (page 50)
Faire: 10 zinnen met foto + bez. vnw. geprint mee! 




Slide 13 - Tekstslide