AF 6 Bloed en bloedsomloopstelsel 2

M1W1
2
bloed en bloedsomloopstelsel
2
TM module 6
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
AFPMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 39 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

M1W1
2
bloed en bloedsomloopstelsel
2
TM module 6

Slide 1 - Tekstslide

bloed en bloedsomloopstelsel
LEERDOELEN...
  • Je benoemt de bouw van bloedvaten
  • Je beschrijft de bouw en functie van het hart
  • Je benoemt de namen van belangrijke bloedvaten










Slide 2 - Tekstslide

1.4
bloedsomloop

Slide 3 - Tekstslide

Bloedvaten zijn buisvormig en vervoeren bloed, hierbij zijn er drie soorten...
  1. slagader
  2. ader
  3. haarvat
1.4.1
bloedvaten
1
2
3

Slide 4 - Tekstslide

1 slagader
  • vervoert bloed van het hart af (naar de weefsels)
  • (meestal) zuurstofrijk
1.4.1
bloedvaten
1
2
3

Slide 5 - Tekstslide

2 ader
  • vervoert bloed naar het hart toe (van de weefsels)
  • (meestal) zuurstofarm
1.4.1
bloedvaten
1
2
3

Slide 6 - Tekstslide

2 haarvat
  • verbindt een slagader met een ader
  • hier worden stoffen uitgewisseld
1.4.1
bloedvaten
1
2
3

Slide 7 - Tekstslide

De wand van een slagader of ader bestaat uit drie lagen...
1 binnenste laag dekweefsel
1.4.1
bloedvaten
1

Slide 8 - Tekstslide

De wand van een slagader of ader bestaat uit drie lagen...
2 middelste laag spierweefsel
1.4.1
bloedvaten
2

Slide 9 - Tekstslide

De wand van een slagader of ader bestaat uit drie lagen...
3 buitenste laag bindweefsel
1.4.1
bloedvaten
3

Slide 10 - Tekstslide

Aders voeren bloed naar het hart, tegen de zwaartekracht in...
  • bloed mag niet terug stromen
  • aderen hebben daarom kleppen
1.4.1
bloedvaten

Slide 11 - Tekstslide

Aders voeren bloed naar het hart, tegen de zwaartekracht in...
  • skeletspieren helpen daarom mee bloed omhoog te duwen (spierpomp)
1.4.1
bloedvaten

Slide 12 - Tekstslide

1.5
het hart

Slide 13 - Tekstslide

Het hart (cor) is de pomp die het bloed door de bloedvaten laat stromen...
  • ligt in de borstholte
  • tussen beide longen in
  • op het middenrif
  • punt wijst naar links
1.5
het hart

Slide 14 - Tekstslide

De hartwand bestaat uit drie lagen...
1 binnenste laag dekweefsel
1.5.1
de hartwand
1

Slide 15 - Tekstslide

De hartwand bestaat uit drie lagen...
2 middelste laag spierweefsel
1.5.1
de hartwand
2

Slide 16 - Tekstslide

De hartwand bestaat uit drie lagen...
3 buitenste laag: dubbel vlies of hartzakje (van bindweefsel)
1.5.1
de hartwand
3

Slide 17 - Tekstslide

Het hart bestaat uit vier holtes...
1.5.2
anatomie van het hart

Slide 18 - Tekstslide

  1. een linkerboezem
  2. een rechterboezem
  3. een linkerkamer
  4. een rechterkamer
1.5.2
anatomie van het hart
3
4
2
1

Slide 19 - Tekstslide

Tussen beide helften zit het harttussenschot
1.5.2
anatomie van het hart

Slide 20 - Tekstslide

Omdat het bloed maar één kant op mag, zijn er vier kleppen. Per helft...
  1. tussen boezem en kamer
  2. tussen kamer en slagader
1.5.2
anatomie van het hart
1
1
2
2

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

  • als de BK-kleppen dicht zijn, zijn de SA-kleppen open
  • zo kan bloed maar één kant op
1.5.2
anatomie van het hart

Slide 23 - Tekstslide

  • vanuit de holle ader (1) komt zuurstofarm bloed in de rechterboezem terecht
  • langs een BK-klep naar de rechterkamer
  • van daaruit langs een SA-klep in de longslagader (2) naar de longen toe
1.5.2
anatomie van het hart
1
2

Slide 24 - Tekstslide

  • zuurstofrijk bloed wordt verzameld in de longader
  • elke long heeft twee longaders (2)
  • de longaders komen uit in de linkerboezem
1.5.2
anatomie van het hart
2
2

Slide 25 - Tekstslide

Het hart pompt het bloed naar alle delen, maar krijgt zelf bloed via de kransvaten...
  • de kransslagaders beginnen bij de aorta
  • de kransaders eindigen in de rechterboezem
1.5.3
kransvaten

Slide 26 - Tekstslide

  • bij elke slag wordt het bloed met grote kracht tegen de wand gedrukt (systolische bloeddruk)
  • bij  ontspanning daalt deze druk (diastolische bloeddruk)
  • 120/80
1.5.4
de pompfunctie van het hart

Slide 27 - Tekstslide

Het hart trekt samen door een elektrische prikkel...
  • deze ontstaat in de sinusknoop
  • de AV-knoop laat de prikkel met vertraging door naar de geleidingsvezels
1.5.5
het prikkelgeleidingssysteem

Slide 28 - Tekstslide

  • de sinusknoop laat de boezems samentrekken
  • de geleidingsvezels laat de kamers samentrekken
1.5.5
het prikkelgeleidingssysteem

Slide 29 - Tekstslide

1.6
bloedsomloop

Slide 30 - Tekstslide

  • de grote omloop gaat naar het lichaam (zuurstof afgeven)
  • de kleine omloop gaat naar de longen (zuurstof ophalen)
1.6
bloedsomloop

Slide 31 - Tekstslide

de aorta is de belangrijkste slagader in de grote bloedsomloop, het bestaat uit...
1.6
bloedsomloop, grote

Slide 32 - Tekstslide

  • een opstijgend deel
  • hier beginnen de kransslagaders naar het hart zelf
1.6
bloedsomloop, grote

Slide 33 - Tekstslide

  • in de aortaboog beginnen drie slagaders
  • ze gaan naar beide armen en het hoofd
1.6
bloedsomloop

Slide 34 - Tekstslide

  • het hoofd krijgt bloed van twee halsslagaders
  • vooral het brein heeft veel bloed nodig
1.6
bloedsomloop

Slide 35 - Tekstslide

  • na de boog gaat de aorta naar het middenrif
  • dalend deel
1.6
bloedsomloop, grote

Slide 36 - Tekstslide

  • onder het middenrif heet de aorta buikaorta
  • hier zitten aftakkingen naar alle buikorganen
1.6
bloedsomloop, grote

Slide 37 - Tekstslide

  • in het bekken splitst de buikaorta zich in twee heupslagaders
1.6
bloedsomloop, grote

Slide 38 - Tekstslide

  • wanneer slagaders hun stoffen afgegeven hebben (via haarvaten), nemen aders (afval)stoffen op
  • de grootste ader is de bovenste en onderste holle ader (vena cava)
1.6
bloedsomloop, grote

Slide 39 - Tekstslide