Hoofdstuk 4 Meten
timer
0:10
Lengte is een ......
Sleep de juiste antwoord hier.
Grootheid
Eenheid
1 / 20
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
timer
0:10
Lengte is een ......
Sleep de juiste antwoord hier.
Grootheid
Eenheid
Slide 1 - Sleepvraag
Zet de eenheden uit het metriek stelsel op volgorde van groot naar klein
km
dam
cm
mm
m
hm
dm
Slide 2 - Sleepvraag
78 000 dm = 78
A
hm
B
km
C
dam
D
m
Slide 3 - Quizvraag
Oppervlakte is een grootheid.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 4 - Quizvraag
Verbind met grootheid of eenheid
Grootheid
Eenheid
Lengte
Oppervlakte
Seconde
Snelheid
Centimeter
Uur
Tijd
Hectare
Kilometer
Slide 5 - Sleepvraag
Omtrek bereken je door .........
Schrijf je antwoord
Schrijf je antwoord
Slide 6 - Open vraag
Bereken de omtrek. Schrijf ook de berekening!
timer
1:00
Slide 7 - Open vraag
De oppervlakte van een rechthoek bereken je met welke formule?
A
Opp. rechthoek = Z x H
B
Opp. rechthoek = L x B
C
Opp. rechthoek = 0,5 x L x B
Slide 8 - Quizvraag
cm2
cm2
cm2
cm2
cm2
6
6,5
8
4
7
Slide 9 - Sleepvraag
3km2=........m2
Slide 10 - Open vraag
Welke oppervlakte hoort bij welke driehoek?
3
2,5
6
1,5
III
IV
V
VII
Slide 11 - Sleepvraag
De opp = x x
Geef de formule van de oppervlakte van een driehoek:
0,5
zijde
hoogte
lengte
breedte
0,25
Slide 12 - Sleepvraag
Bereken de oppervlakte van de driehoek
A
Opp. Driehoek = 0,5 x 7,5 x 3,5 = 13,125 cm2
B
Opp. Driehoek = 0,5 x 5 x 3,5 = 8,75 cm2
C
Opp. Driehoek = 2 x 7,5 x 3,5 = 52,5 cm2
D
Opp. Driehoek = 7,5 x 3,5 : 2 = 13,125 cm2
Slide 13 - Quizvraag
50 L = ....... m3
A
0,5
B
5
C
500
D
0,05
Slide 14 - Quizvraag
De inhoud van de balk bereken je met:
A
inhoud = L x B
B
inhoud = L x B x H
C
inhoud = L x B x H x H
D
inhoud = L x L x L
Slide 15 - Quizvraag
Bereken de inhoud van een kubus met ribben 50 cm in liters.
A
12,5 L
B
12500 L
C
125 L
D
0,125 L
Slide 16 - Quizvraag
Bereken de inhoud van de balk in milliliter.
A
inh. balk = 0,65 x 2,5 x 0,05 = 0,08125 mL
B
inh. balk = 6,5 x 2,5 x 5 = 81,25 cm3 = 81,25 mL
C
inh. balk = 0,65 x 0,25 x 5 = 0,8125 mL
Slide 17 - Quizvraag
Welke eenheden van snelheid ken je?
Slide 18 - Woordweb
Van snelheid in m/s naar snelheid in km/h doe je door:
A
keer 3,6
B
gedeeld door 3,6
C
keer 36
D
gedeeld door 36
Slide 19 - Quizvraag
De auto heeft een snelheid van 20 m/s. Wat is de snelheid in km/uur? Sleep de goeie antwoord.
36 km/u
38
km/u
3,6
km/u
40
km/u
50
km/u
72
km/u
