Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Periode 2, les 6 werkwoordspelling
Nederlands
periode 2 | les 6
werkwoordspelling
tegenwoordige tijd | verleden tijd | voltooid deelwoord
1 / 29
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
29 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
2 videos
.
Lesduur is:
90 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Nederlands
periode 2 | les 6
werkwoordspelling
tegenwoordige tijd | verleden tijd | voltooid deelwoord
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Beroepshouding
Boek mee
Telefoon in tas
Lezen = lezen
Uitleg = opletten
Werken = werken
Eten = niet in het lokaal
Slide 3 - Tekstslide
In deze les
Uitleg tegenwoordige tijd met oefeningen
Uitleg verleden tijd en voltooid deelwoord met oefeningen
Oefeningen door elkaar
Actieve werkvorm werkwoordspelling gecombineerd
Slide 4 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het eind van deze les...
heb je gewerkt aan je taalvaardigheden, leesvaardigheden en je concentratie.
snap je de werkwoordspelling tegenwoordige tijd, verleden tijd en voltooid deelwoord.
heb je helder wat je af moet hebben voor de studiepunten.
Slide 5 - Tekstslide
Lezen
15 minuten lezen in je eigen boek, strip of tijdschrift.
timer
15:00
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
Tegenwoordige tijd
lopen = ik loop - hij/zij/jij loop
t
wensen = ik wens - hij/zij/jij wens
t
vinden = ik vind - hij/zij/jij vind
t
beantwoorden = ik beantwoord - hij/zij/jij beantwoord
t
Slide 8 - Tekstslide
Uitzondering
Als de
je
achter het werkwoord staat en je hem kan veranderen in 'jij'.
Loop je met me mee?
(Loop jij met me mee?)
Loop
t
je hond met me mee?
(Loopt jij hond met me mee?)
Soms word je daar wel eens moe van.
Soms word
t
je tante daar wel eens moe van.
Slide 9 - Tekstslide
De schat
bevind
zich op een verlaten eiland.
Hij
behoedt
je voor ergere dingen.
Het water
word
heel heet.
Braadt
jij de kippetjes alvast aan?
Soms
wordt
hij ineens heel boos.
Onthoud
je het nu voor de volgende keer?
goed
fout
goed
fout
goed
fout
Slide 10 - Sleepvraag
Slide 11 - Video
Verleden tijd
In
T
a
X
i
K
o
FSCH
i
P
? ja = -te, nee = -de
wensen = ik/jij/hij/zij wens
te
- wij wens
ten
schilderen = ik/jij/hij/zij schilder
de
- wij schilder
den
besteden = ik/jij/hij/zij beste
e
d
de
- wij beste
e
d
den
verloten = ik/jij/hij/zij verlo
o
t
te
- wij verlo
o
t
ten
Slide 12 - Tekstslide
Voltooid deelwoord
In
T
a
X
i
K
o
FSCH
i
P
? ja = -t, nee = -d
wensen = ik heb gewens
t
veranderen = wij zijn verander
d
besteden = zij heeft bestee
d
verloten = hij heeft verloo
t
Slide 13 - Tekstslide
brommen - bromde - gebromd
pochen - pochde - gepochd
saboteren - saboteerte - gesaboteert
willen - wilde - gewild
haten - hate - gehaat
bruisen - bruiste - gebruist
goed
goed
goed
fout
fout
fout
Slide 14 - Sleepvraag
Werkwoordspelling
Tegenwoordige tijd
Verleden tijd (
T
a
X
i
K
o
FSCH
i
P
? ja = -t, nee = -d)
Voltooid deelwoord (
T
a
X
i
K
o
FSCH
i
P
? ja = -t, nee = -d)
Nu door elkaar...
Slide 15 - Tekstslide
Meneer Hendriksen ............ maar niet op de vraag.
A
antwoort
B
antwoord
C
antwoordt
Slide 16 - Quizvraag
Het ............ mij.
A
irriteert
B
irriteerd
C
irriteerdt
Slide 17 - Quizvraag
De brief werd pas na vier dagen ....................
A
bezorgt
B
bezorgd
C
bezorgdt
Slide 18 - Quizvraag
Hij
verbaasd
zich.
Zij is
verloofd
.
Het
veranderd
nog wel eens.
Het is gisteren
gebeurt
.
Hij heeft mij eerder wel
geloofd
.
Hij
verbetert
de tekst.
goed
goed
goed
fout
fout
fout
Slide 19 - Sleepvraag
Heb je het antwoord al ......................?
A
geemaild
B
ge-emaild
C
ge-e-maild
D
guhiemeelt
Slide 20 - Quizvraag
.............. het vandaag of morgen?
A
gebeurt
B
gebeurd
C
gebeurdt
Slide 21 - Quizvraag
Heb je nog ................... of die regel ook voor ons geldt?
A
gecheckt
B
gecheckd
C
gecheckdt
Slide 22 - Quizvraag
verandert
veranderd
Vandaag .... alles.
Wat denk je dat er ............ is?
Soms ......... er helemaal niks.
Er is toen veel ................
Slide 23 - Sleepvraag
In dit oude huis ............... het vroeger ook al.
A
tochte
B
tochtte
C
tochde
D
tochdde
Slide 24 - Quizvraag
De president .............. uitstekend wat er onder zijn volk leeft.
A
verwoort
B
verwoord
C
verwoordt
Slide 25 - Quizvraag
gebeurt
gebeurd
Het is vandaag ..............
Wat denk je dat er ............?
Soms ......... er helemaal niks.
Er was gisteren zoveel ................
Slide 26 - Sleepvraag
Actieve werkvorm
Loop langs de platen in het lokaal.
Kies het juiste antwoord bij de meerkeuzevragen.
Schrijf de letter op je antwoordblad bij het juiste nummer.
Welke zin komt eruit?
Slide 27 - Tekstslide
Klaar?
Ga verder in Motile.
Maak de modules af die je nog niet af hebt. (naam?)
Deadline is 17 januari 2025.
Wat moet je af hebben?
Slide 28 - Tekstslide
+ alle modules waar jouw naam bij staat
Deadline
17 januari 2025
Dit is je zelfgeschreven instructie met foto's én 2 beoordelingen.
Slide 29 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Fase 2, periode 2, les 3 werkwoordspelling GEVORDERD
December 2023
- Les met
20 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
les 3 werkwoordspelling GEVORDERD/glo3a
Februari 2024
- Les met
21 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Fase 2, periode 2, les 3 werkwoordspelling STARTER
December 2023
- Les met
23 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Fase 2, periode 2, les 4 werkwoordspelling gecombineerd STARTER
December 2023
- Les met
24 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Fase 2, periode 2, les 4 werkwoordspelling gecombineerd GEVORDERD
Februari 2024
- Les met
21 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Fase 2, periode 2, les 4 werkwoordspelling gecombineerd STARTER
November 2023
- Les met
22 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Fase 2, periode 2, les 3 werkwoordspelling gecombineerd
December 2024
- Les met
16 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Fase 2, periode 2, les 4 werkwoordspelling STARTER en gevorderd
December 2023
- Les met
19 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2