Les 28 - Wat is een pluriforme samenleving?

WELKOM!
Ga naar  LessonUp.com en vul de code linksonder in. 
Gebruik je eigen naam!!!
Pak je boek!
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

WELKOM!
Ga naar  LessonUp.com en vul de code linksonder in. 
Gebruik je eigen naam!!!
Pak je boek!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Pluriforme samenleving
"Een samenleving waarin verschillen tussen mensen bestaan in levensstijl, godsdienst en andere cultuurkenmerken"

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cultuur
"Alle waarden, normen, gewoonten en andere cultuurkenmerken die mensen binnen een groep of samenleving met elkaar delen"
  • Typisch Nederlandse cultuur?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dominante cultuur
"Alle waarden, normen, gewoonten en andere cultuurkenmerken die de meerderheid van de bevolking met elkaar deelt"

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Tolerantie
"De acceptatie dat mensen ander zijn, doen of denken dan jij"

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Subcultuur
"Een groep waarbinnen sommige waarden, normen, gewoonten en andere cultuurkenmerken afwijken van de dominante cultuur"

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Werkende vrouwen
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Veganisme
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Carnaval vieren
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Suikerfeest vieren
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schaatsen op natuurijs
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten
timer
3:00
3 minuten
Alleen (Duo's) 
Uitkomst: 
Bespreken (met het rad)
Klaar?:
Opdracht 2 en 3
Opdracht:
Ga aan de slag met opdracht 9 op blz. 113
(   )

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Culturele diversiteit
"Het bestaan van veel verschillende subculturen en levensstijlen"

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Culturele diversiteit
Woonomgeving
Verschillen tussen stad en platteland
Generatie
Verschillen tussen leeftijdsgroepen
Referentiekader: "Alles wat je bezit aan kennis, ervaringen, normen, waarden en gewoonten"
Maatschappelijke positie
Verschillen in leefstijl op basis van opleidings- of inkomensverschillen
Gender
Gender: "Culturele verschillen tussen mannen en vrouwen"
Rolpatronen: "algemene verwachtingen en opvattingen over hoe iemand zich hoort te gedragen"
Migratieachtergrond
etnische subcultuur: "mensen voelen zich onderling verbonden door een gemeenschappelijk land van herkomst en de daarbij behorende waarden, normen, gewoonten en andere cultuurkenmerken"
Godsdienst
Verschillen in opvattingen en gebruiken op basis van geloof

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cultuur in beweging
"Cultuur is dynamisch en verschilt in de loop van de tijd, maar ook per plaats en per groep"

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4.3: Hokjesdenken

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Categoriseren
"Het automatisch plaatsen van mensen, dingen of situaties in hokjes"

Denk aan: "man, vrouw, nerd, kakker"


Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Sleepvraag

Als we kijken naar deze foto, wat denken jullie. Welke hobby heeft deze persoon?
4 op de 10
1  op de 1000
Op basis van logica:

Slide 22 - Tekstslide

Het is gek dat mensen denken dat deze persoon schaakt, alleen op basis van zijn uiterlijk. We kennen de persoon niet. Het enige wat we wellicht weten is dat meer mensen voetballen dan schaken, waarom zou deze jongen dan op schaken zitten volgens ons. Statistisch gezien is het logischer dat hij op voetbal zit. 
Stereotype
"Een overdreven vaststaand beeld van een groep mensen"

We schrijven een kenmerk toe aan de hele groep, terwijl dat wellicht niet klopt. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vooroordeel
"Een oordeel over iemand zonder dat je die persoon kent"

We hebben een oordeel over de hele groep, terwijl dat wellicht niet klopt. 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

   Vooroordelen        Discriminatie
"Het ongelijk behandelen van mensen op basis van een kernmerk dat er voor die situatie niet toe doet"
Discriminatie kan voorkomen:
  • Op de arbeidsmarkt: loonkloof
  • In het onderwijs: zie les over 5.3
  • Bij opsporing van criminaliteit: etnisch profileren
  • Op staat/sociale media: beledigen van minderheden

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Racisme
"Kwetsende en vernederende uitspraken over of discriminatie van mensen op basis van huidskleur of afkomst"

Het indelen van mensen in rassen, waarbij het ene ras beter is dan de andere. 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende keer: 
  • Hoe ontstaan vooroordelen? 
  • Waar leiden vooroordelen toe? 

  • Huiswerk: opdracht 2-7, 9 op blz. 112 en 2, 3 en 4 op blz. 122 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies