Klassenmanagement HF 4

• Onderwijsassistenten
• MBO
• Studiejaar 1

Klassenmanagement

OA profielboek hfst. 4

- Wat is klassenmanagement?

- Opdracht maken

 - Pedagogisch klimaat

- Opdracht

Eens/oneens

"Een rustige klas is belangrijk om goed te kunnen leren."

"Het is belangrijk om respectvol te zijn tegenover de leraar en medeleerlingen."

"Het opvolgen van de regels in de klas helpt iedereen om zich beter te concentreren."

"Het is oké om vragen te stellen als je iets niet begrijpt."

"Luisteren naar de leraar is belangrijk om te weten wat je moet doen."

"Samenwerken met klasgenoten kan helpen om moeilijke taken gemakkelijker te maken."

"Een opgeruimde klas zorgt voor een betere werkomgeving."

"Het is belangrijk om je hand op te steken als je iets wilt zeggen in de klas."

"Het respecteren van elkaars ruimte en eigendommen is belangrijk in de klas."

"Het is belangrijk om anderen te helpen als ze hulp nodig hebben." 

Over welke zaken kun je met de leerlingen in de klas regels en afspraken opstellen??

Maak met degene naast je een lijst.

Zet erbij voor welke groep jullie dit hebben gedaan.

Plak de lijst daarna op het bord.

Waar is klassenmanagement voor bedoeld?

* Het creëren van een optimale onderwijs- en leersitutatie

Klassenmanagement gaat over:

 Het pedagogisch klimaat:

sfeer, orde houden, materiële dingen.

De inrichting van het lokaal:

praktische aspecten

pedagogische aspecten

Even zelf aan de slag

Maak opdracht 4.02 en 4.03 op blz. 94 van OA profielboek

Het pedagogisch klimaat wordt bepaald door de manier waarop de leraar en de leerlingen met elkaar omgaan. Verschillende factoren zijn van invloed op het ontstaan en handhaven van een goed pedagogisch klimaat. Het gaat hierbij om: 

• de opvoedingsstijl van de leerkracht
• de regels en routines in de klas
• het straffen en belonen door de leerkracht

Autoritaire opvoedingsstijl

Alle initiatieven vanuit de leerkracht

Leerkracht bepaald wat er moet gebeuren en hoe dat moet

Relatie tussen de leerlingen en de leerkracht is afstandelijk

Sociaal geïntegreerde opvoedingsstijl

Leerlingen worden bij besluitvorming betrokken 

Leerlingen mogen initiatieven nemen

Wat zijn regels?        

Regels hebben betrekking op normen. Met regels wordt de leerling duidelijk gemaakt hoe het eigenlijk hoort. Regels gelden niet alleen in de klas, maar eigenlijk overal.       

* elkaar niet uitlachen              

Wat zijn routines?

Routines hebben betrekking op veel voorkomende gedragingen, die volgens een vast patroon moeten worden uitgevoerd. Zijn typerend voor schoolsituaties.

* naar wc - eerst bordje omdraaien

Regels en afspraken

Formulier regels en afspraken positief.

Dus niet:

Je mag niet schreeuwen in de klas

Je mag niet pesten

Maar:

Als je iets wil zeggen, steek je je vinger op.

We zorgen dat iedereen zich prettig voelt in de klas.

Schrijf zelf nog 4 andere regels op die jij belangrijk vindt in de klas. Formuleer deze positief! Schrijf ze zo op dat je het in de klas kunt hangen.

Denk ook aan regels/afspraken voor in de pauze, gym enz.

Portfolio Lesopdracht 5.1

Maak groepjes van 4 a 5 personen

Bespreek samen de casus en geef antwoord op de volgende vragen:

a. Welke opvoedingsstijl van de leraar wordt in deze casus toegepast? Is dit effectief? Waarom wel of niet?

b. Zijn de regels en routines in de klas duidelijk en consistent? Hoe kunnen ze worden verbeterd?

c. Hoe wordt straffen en belonen door de leraar toegepast in deze casus? Is dit passend? Waarom wel of niet?

d. Welke suggesties zou je doen aan de leraar om het pedagogisch klimaat in de klas te verbeteren?

Presenteer jullie bevindingen aan de rest van de groep

Portfolio Lesopdracht 5.1

Ieder groepje krijgt een scenario. Daarbij ga je je samen nadenken over:

- Welke acties jullie zouden ondernemen als jullie de leraar zouden zijn.

- Hoe kan de situatie van invloed zijn op het pedagogisch klimaat en de leerresultaten.

- Alternatieve strategieën bedenken die de leraar zou kunnen gebruiken om de situatie effectief aan te pakken.

Na een paar minuten draait je groepje door en ga je nadenken over een volgend scenario.

Straffen en Belonen

Het pedagogisch klimaat wordt ook bepaald door de mate waarin de leerkracht straft en beloont en de middelen die daarvoor worden gebruikt. 

Kinderen leren meer van belonen dan van straffen!!

1 x straffen =

4 x belonen

Straffen en Belonen

Waar moet een leerkracht voor zorgen als er straf wordt gegeven? 

• dat de straf in overeenstemming is met de ernst van de overtreding
• dat de straf rechtvaardig is
• dat de straf door de leerling als terecht en zinvol wordt ervaren

Straffen en Belonen

Welke straffen waren er bij jou op de basisschool?

Straffen en Belonen

Het is veel belangrijker om te laten

merken dat een leerling iets goed

heeft gedaan!!

Intro Les 2

"Een goed georganiseerd klaslokaal draagt ​​bij aan een effectief klassenmanagement."

"Flexibele zitplaatsen in het klaslokaal bevorderen samenwerking tussen leerlingen."

"Een overzichtelijke indeling van het klaslokaal helpt bij het handhaven van regels en routines."

"Het gebruik van visuele hulpmiddelen, zoals posters en grafieken, maakt het leren leuker en effectiever."

"Het opstellen van duidelijke regels en verwachtingen voor gedrag draagt ​​bij aan een positieve sfeer in het klaslokaal."

"Een rustige hoek in het klaslokaal biedt leerlingen de mogelijkheid om zich terug te trekken en zich te concentreren."

"Het regelmatig roteren van de zitplaatsen in het klaslokaal bevordert een gevoel van gelijkheid onder leerlingen."

"Een stimulerende en uitdagende leeromgeving draagt ​​bij aan de motivatie en betrokkenheid van leerlingen."

"Het gebruik van technologie in het klaslokaal kan het leren verrijken, maar moet doordacht worden geïntegreerd."

"Een open en vriendelijke sfeer in het klaslokaal moedigt leerlingen aan om vragen te stellen en zich vrij te uiten." 

inrichting van het lokaal

De inrichting van het lokaal zegt iets over:

• onderwijsvisie
• persoonlijkheid
• manier van lesgeven
• keuze van onderwijsactiviteiten van de leerkracht

Tekst

inrichting van het lokaal

De inrichting van het lokaal zegt iets over:

• pedagogische aspecten:

decoratie, kleurgebruik, veiligheid, hygiëne, planten, thematafel

• praktische aspecten: vaste plek materialen, ergonomie, materiaalkeuze, sfeer

Tekst

Mogelijkheden voor klassen opstelling

Groepsindeling: tafelgroepjes

Kringopstelling: een stoelenkring, een zithoek

Klassikaal: frontaal naar het bord met losse tafels, in tweetallen of als tafelgroepjes

Hoeken: tafels of tafelgroepjes of hoekenwerk

Effectieve indeling klaslokaal

4 Regels voor een effectieve indeling van het klaslokaal:

Leraar kan alle leerlingen goed zien.

Leerlingen kunnen bij een instructie de leraar en het digibord goed zien.

De leermiddelen zijn goed geordend en liggen klaar voor gebruik.

Er is voldoende materiaal en het is in goede staat.

Portfolio opdracht 5.2

Maak groepjes van 4 personen

Ontwerp het ideale klaslokaal rekening houdend met klassenmanagementprincipes en leerbehoeften van leerlingen.

Denk na over:

a. De ideale plaatsing van bureaus, tafels en stoelen om samenwerking en concentratie te bevorderen.

b. De inrichting van de klas met verschillende zones, zoals een leeshoek, een knutseltafel, een presentatiehoek, enzovoort.

c. De keuze van materialen die nodig zijn voor effectief leren, zoals whiteboards, boekenkasten, educatieve posters, enzovoort.

d. Hoe de inrichting van het klaslokaal kan bijdragen aan een positieve en stimulerende leeromgeving.

Licht jullie keuzes klassikaal toe

Portfolio opdracht 5.3

Observeer het klaslokaal op je stage en maak aantekeningen over verschillende aspecten van klassenmanagement en de inrichting van het klaslokaal, zoals:

a. De indeling van het meubilair (tafels, stoelen, enz.).

b. Het gebruik van materialen en hulpmiddelen in het klaslokaal.

c. De interactie tussen de leraar en de leerlingen.

d. Het gedrag en de betrokkenheid van de leerlingen.

e. Eventuele regels en routines die worden gehanteerd.

Daarna maak je individueel een reflectie van jouw observaties en bevindingen.

Richt je in je reflectie op de volgende punten:

a. Wat waren de sterke punten van het geobserveerde klaslokaal op het gebied van klassenmanagement en inrichting?

b. Welke verbeterpunten zie je en waarom zijn deze belangrijk?

c. Hoe denk je dat deze observaties je toekomstige rol als onderwijsassistent kunnen beïnvloeden?

Portfolio opdrachten week 5

Opdracht 5.1 opdracht casus klassenmanagement

Opdracht 5.2 ontwerp een klaslokaal

Opdracht 5.3 stage opdracht

Wat neem je uit deze les straks mee naar stage?