Schrijven - E-mail

E-mails
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

E-mails

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen in deze les
  • Je kent het verschil tussen een persoonlijke en een zakelijke e-mail.
  • Je weet wanneer je een zakelijke e-mail moet schrijven en wanneer een persoonlijke e-mail.
  • Je kent het verschil tussen formeel en informeel taalgebruik. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen deze les?
  • Je krijgt uitleg over verschillende soorten e-mails. 
  • Je krijgt uitleg over het schrijven van een e-mail.
  • Je verbetert in tweetallen een klachtenmail.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer schrijf je een e-mail in plaats van een bericht op je telefoon?

Slide 4 - Woordweb

Kijk aan het eind of er verschillende situaties zijn waarin je een brief schrijft.

Is er verschil in onderwerp?
Is er verschil in doelgroep?
E-mail
  • In veel beroepen is het belangrijk dat je een goede  brief of e-mail kunt schrijven.
  • Belangrijk bij het schrijven van een e-mail, zeker bij een zakelijke, is dat je allerlei gevens precies opschrijft en een goede indeling maakt.
  • Bijvoorbeeld de naam van de persoon of het bedrijf  waarnaar je de e-mail stuurt. 
  • Het taalgebruik is vooral belangrijk bij het schrijven van een e-mail. 
  • Hier gaan we in deze les mee oefenen. 
  • DUS fouten maken mag! 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je hebt een reis geboekt bij een reisbureau en je hebt nog geen vliegtickets ontvangen.
Wie schrijf je een e-mail?
A
het reisbureau
B
een familielid

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je hebt tijdens je vakantie op een camping in Frankrijk een leuke vriend/vriendin ontmoet en wilt graag nog eens afspreken.
Wie schrijf je een e-mail?
A
de camping
B
je vakantie vriend/vriendin

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je gaat een spreekbeurt houden over het werken als kraamverzorgster. Je tante is kraamverzorgster en je wilt informatie.
Wie schrijf je een e-mail?
A
het bureau dat de kraamzorg regelt
B
je tante

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Soorten e-mails 
Je hebt twee verschillende soorten e-mails:
  • een persoonlijke e-mail
  • een zakelijke e-mail

Een persoonlijke e-mail schrijf je aan iemand die je goed kent. Het onderwerp van een persoonlijke e-mail is persoonlijk en je maakt gebruik van informeel taalgebruik. Je schrijft net zoals je zou praten met degene aan wie je de e-mail schrijft. Het doel van een persoonlijke e-mail is vaak amuseren of informeren (over iets wat je gedaan hebt bijvoorbeeld).


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zakelijke e-mail 
Een zakelijke e-mail schrijf je aan iemand die je niet kent. Je schrijft ook altijd met een bepaald doel, bijvoorbeeld omdat je een klacht hebt, een officiele vraag wilt stellen of bijvoorbeeld wilt solliciteren.

Bij een zakelijke e-mail maak je gebruik van formeel taalgebruik. Dat betekent dat je nette woorden en zinnen gebruikt en de lezer aanspreekt met u.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gaat het in de onderstaande zin om formeel of informeel taalgebruik?

Geachte meneer Jansen,
A
formeel
B
informeel

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gaat het in de onderstaande zin om formeel of informeel taalgebruik?

Met mij is alles prima!
A
formeel
B
informeel

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gaat het in de onderstaande zin om formeel of informeel taalgebruik?

Bij voorbaat dank voor uw reactie.
A
formeel
B
informeel

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gaat het in de onderstaande zin om formeel of informeel taalgebruik?

Laat je snel iets van je horen?
A
formeel
B
informeel

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gaat het in de onderstaande zin om formeel of informeel taalgebruik?

Beste Kees,
A
formeel
B
informeel

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gaat het in de onderstaande zin om formeel of informeel taalgebruik?

Met vriendelijke groet,
A
formeel
B
informeel

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting
  •  Er zijn twee soorten e-mails:  persoonlijke e-mails en zakelijke e-mails.
  • Een persoonlijke e-mail schrijf je aan iemand die je goed kent, de taal die je hierin gebruikt is informeel. 
  • Een zakelijke e-mail is een officiele e-mail, die je stuurt naar een bedrijf of instantie, bijvoorbeeld om een klacht te melden of te solliciteren op een baan. De taal die je hierin gebruikt is formeel.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Beste Marjan,

Afgelopen week heb ik een rekenmachine gekocht bij jouw winkel. Het ding doet het na een week al niet meer. Belachelijk!!

Ik betaal toch zeker niet voor rommel? Ik wil mijn geld terug of een nieuwe rekenmachine. Volgende week dinsdag kom ik in de winkel langs. Dan kun je mij of mijn geld teruggeven of een nieuwe rekenmachine. Dan weet je er even iets van. 

Thanx alvast!!
Groetjes,


Karel

Slide 18 - Tekstslide

Zou je deze e-mail zo sturen?

Waarom wel of waarom niet?
Opdracht
  1. Bekijk de e-mail op de vorige slide nog een keer. Dit kun je natuurlijk niet sturen naar de winkel waar je hem gekocht hebt.
  2. Herschrijf de e-mail, zodat de e-mail wel verstuurd kan  worden. Maak hierbij gebruik van het voorbeeld van de formele e-mail. Let op het taalgebruik!

Slide 19 - Tekstslide

Je krijgt van je docent de brief op de vorige slide op papier. 

Herschrijf de brief.
Wat hebben jullie vandaag gedaan/ geleerd?
Je mag meerdere antwoorden geven.

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat ging goed en wat ging er minder goed?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Toppers!
Goed gewerkt vandaag! 
De volgende les gaan we verder met het bespreken van de opdracht en de lesdoelen. 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tot de volgende les! 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies