Hoe overleef ik mijn vakantie in Spanje? clase 4

Hoe overleef ik mijn vakantie in Spanje? 
Clase 4
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Hoe overleef ik mijn vakantie in Spanje? 
Clase 4

Slide 1 - Tekstslide

Programa de hoy
Los deberes de la semana pasada
El verbo hacer
El gerundio
Leer el mapa de una ciudad
Juego: voy a españa y me llevo...

Slide 2 - Tekstslide

Los deberes
Schrijf een korte tekst of neem een filmpje op waarin je vertelt:
Hoe je heet
Hoe oud je bent
Waar je vandaan komt, waar je familie vandaan komt
Naar welk land je op vakantie gaat, met welk vervoersmiddel en wat je meeneemt
Begin en eindig met een groet

Slide 3 - Tekstslide

Presentarse
• Begin met een groet: ¡Hola! / ¡Buenos días!
• Hoe je heet: Me llamo Heidi
• Hoe oud je bent: Tengo 48 años
• Waar je vandaan komt, waar je familie vandaan komt: Soy de Holanda (Países Bajos), mi familia es de Holanda y España.
• Naar welk land je op vakantie gaat, met welk vervoersmiddel en wat je meeneemt: Voy de vacaciones a España en avión y me llevo una maleta.
• Eindig met een groet: ¡Adiós! / ¡Hasta la vista!

Slide 4 - Tekstslide

Hacer = doen, maken
yo
hago
haces
él, ella, usted
hace
nosotros, nosotras
hacemos
vosotros, vosotras
hacéis
ellos, ellas, ustedes
hacen

Slide 5 - Tekstslide

Practicar con el verbo hacer

Slide 6 - Tekstslide

El gerundio

Slide 7 - Tekstslide

Hoe maak je de Gerundio?
Vervoeging van ESTAR + gerundio 


ww -AR
ww -ER
ww -IR
stam + ANDO
stam + IENDO
stam + IENDO
jugar > jugando

Carla está jugando. 
correr > corriendo

Carla está corriendo
escribir > escribiendo

Carla está escribiendo una carta. 

Slide 8 - Tekstslide

El gerundio

Slide 9 - Tekstslide

¿Qué están haciendo en la ciudad?

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Link

Voy a españa y me llevo.....

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Para la próxima clase
¡A practicar!:
 Neem de LessonUp presentaties van de afgelopen weken met bijbehorende oefenstof nog een keer door!

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

  1. Als het woord een accent heeft ligt daar de klemtoon. 
  2. Als het woord op een klinker, N of S eindigt, dan ligt de klemtoon op de voorlaatste lettergreep
  3. Als het woord op een medeklinker eindigt (maar géén N of S is) ligt de klemtoon op de laatste lettergreep.

 
La acentuación; 
Waar leg je de klemtoon? 

Slide 16 - Tekstslide

Pronunciación (klemtoon)
1.  Zie je een geschreven accent? 
    → klemtoon op die lettergreep (te--fo-no)
 
2. Eindigt het woord op een klinker, n, of s? 
    → klemtoon op voorlaatste lettergreep (Es - pa - ña)

3. Eindigt het woord op overige medeklinkers 
    → klemtoon op laatste lettergreep (E – cua - dor)

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide