Les 6 Digibord

Les 6
Duurzaamheid
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare school

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 6
Duurzaamheid

Slide 1 - Tekstslide

Planning
12:15 - 13:00   -Uitleg docent
                             -Nakijken opdrachten les 5  +                                        afvinken leerdoelen in GPL.                                        - Terugblik Quiz les 6 
13.00 - 13:30   Werk aan lessonup 
                           
13:30-13:45     korte pauze

13:45-14.30     Opdracht Voedselweb
                              Afmaken tekeningen


Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen vandaag
             
              Reproductie     
                10  Ik kan beschrijven hoe fossiele brandstoffen ontstaan          
                16. Ik kan de drie belangrijkste fossiele brandstoffen noemen.
                17. Ik kan verschillende (alternatieve) energie bronnen noemen

           Toepassing     
            8. Ik kan voordelen en nadelen van de verschillende energiebronnen noemen.
            9. Ik kan de term duurzaamheid toelichten als het gaat om energie en milieu.
          
            

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoel
Aantal vragen
Aantal goed voor behaald
R10 
2
2
R16
8
6
R17
6
4
T8
5
3
T9
3
2

Slide 4 - Tekstslide

Fossiele brandstoffen
Fossiele brandstoffen zijn miljoenen jaren geleden ontstaan uit versteende resten van planten en dieren. Bij de verbranding ervan komt energie vrij. Die verbranding levert ook veel CO2 op, wat bijdraagt aan de opwarming van de aarde. De belangrijkste fossiele brandstoffen zijn:
 1.Steenkool
2. Aardolie
3. Aardgas

Slide 5 - Tekstslide

Steenkool
Steenkool is een afzettingsgesteente. De aanwezigheid van koolstof maakt steenkool geschikt als brandstof. 
De geologische geschiedenis van de aarde is te verdelen in verschillende tijdperken. Eén van deze tijdperken wordt het steenkooltijdperk of het Carboon genoemd. Uit dit tijdperk komt steenkool, al waren het toen nog planten!

Slide 6 - Tekstslide

Steenkool in Nederland
De in Zuid-Limburg voorkomende steenkool is tijdens dit steenkooltijdperk, 313 tot 304 miljoen jaar geleden, gevormd.
Steenkool is ontstaan uit plantenresten. We vinden deze aan de boven en beneden zijde van een koollaag in de vorm van afdrukken van de planten. Zulke versteende plantenresten, of de afdrukken ervan, noemen we fossielen.
Op plaatsen waar je tegenwoordig steenkool aantreft, groeiden vele miljoenen jaren geleden bomen, varens en struiken zeer dicht op elkaar.

Slide 7 - Tekstslide

Hoe wordt steenkool gevormd?
Door aardbevingen is deze plantengroei verdwenen. De bomen, varens en struiken werden bedekt met zand, modder, rotsen en werden voor altijd van de lucht afgesloten. Dit is een aantal keren gebeurd. We treffen deze bomen en planten nu aan op een diepte tussen 400 en 4000 meter. Men heeft zelfs haaientanden in deze steenkoollagen gevonden. Dit bewijst dat er vroeger op die plaatsen een zee moet zijn geweest. Door de grote druk van de bovenliggende lagen en de hitte vanuit de ondergrond veranderde deze plantenmassa heel langzaam.

Slide 8 - Tekstslide

En toen?
Het verkolingsproces kon beginnen. De verkoling bestrijkt een periode van miljoenen jaren waarbij het percentage koolstof in de loop van de tijd stijgt. Bij deze verandering van plantenresten ontstond eerst turf. Deze turf veranderde na vele duizenden jaren in bruinkool. De bruinkoollagen werden tenslotte steenkolenlagen door de steeds groter wordende druk van de opeengestapelde bovenliggende gronden en de toenemende hitte. 

Slide 9 - Tekstslide

Wat is aardolie?
Aardolie wordt ook wel het zwarte goud genoemd, omdat het één van de belangrijkste handelswaren in de wereld is. Aardolie kan maar in een beperkt aantal plaatsen op de wereld worden gevonden: met name in het Midden-Oosten, Rusland, de Verenigde Staten en Nigeria.

Slide 10 - Tekstslide

Hoe ontstaat aardolie?
Aardolie ontstaat doordat de restanten van bijvoorbeeld plankton, naar de zeebodem zakken. Na verloop van tijd komen deze resten onder lagen van zand, grind en klei te liggen. Door een hoge druk van deze aardlagen, stijgt de temperatuur van de laag met dode organismen. Middels een chemisch proces ontstaat vervolgens aardolie. In Nederland zijn deze lagen met aardolie tot 120 miljoen jaar oud.

 

Slide 11 - Tekstslide

Wat maken ze van aardolie?
De ruwe aardolie wordt na de winning getransporteerd naar raffinaderijen over de hele wereld. In de raffinaderij wordt aardolie verwerkt tot bruikbare producten zoals diesel en benzine en andere brandstoffen voor allerlei motoren, zoals voor auto's, vliegtuigen en schepen. Maar ook brandstof voor energie centrales en verwarmingsketels. Bovendien is het ook de grondstof voor talloze andere producten, zoals plastic, rubber, verf, tandpasta, piepschuim en nog veel meer.

Slide 12 - Tekstslide

Wat is aardgas?
Aardgas is een gas. Dat is een stof die dus niet vast of vloeibaar is. De deeltjes vliegen makkelijk weg. Aardgas bestaat uit meerdere gassen, namelijk methaan, ethaan, propaan en soms butaan. 

Slide 13 - Tekstslide

Hoe ontstaat aardgas?
Aardgas ontstaat diep in de grond, waar de temperatuur en druk hoog genoeg zijn. Daar stijgt het op, tot het tegengehouden wordt door gesteente. Aardgasmaatschappijen hoeven alleen maar een gat in dat gesteente te boren. Het aardgas stroomt dan vanzelf hun leidingen in. In de Nederlandse bodem is aardgas vooral ontstaan uit het Westfalien. Dat is een geologische laag van ongeveer 300 miljoen jaar oud. Hij is genoemd naar de Duitse provincie Westfalen. Het grootste deel van ons aardgas komt uit de regio van Slochteren.

Slide 14 - Tekstslide

Wat maken ze van aardgas?
Gewoon gebruik als aardgas, om op te koken of de cv ketel (warm water) gebruikt gas. Ook stroom wordt opgewekt door gas. Voor de meeste huishoudens in Nederland is gas dus nog steeds een belangrijke bron voor warmte en stroom.

Slide 15 - Tekstslide

Duurzame energie                               

Duurzaam betekent onder meer ‘geproduceerd of verkregen op een manier die het milieu en de natuur zo min mogelijk belast’, ‘het milieu zo min mogelijk belastend’. Kortom: ‘relatief milieuvriendelijk’, ‘grondstofbesparend’. 

Slide 16 - Tekstslide

Wat is jouw voetafdruk?

Slide 17 - Tekstslide

Duurzame energie

  • Raakt niet op, want je gebruikt geen stoffen.
  • Er komt geen CO2 vrij of andere broeikasgassen.
  • Noemen we ook wel groene energie. 
Fossiele brandstoffen

  • Raakt op, dan is er geen gas, olie of kool meer.
  • Er komt CO2 vrij bij de verbranding.
  • Hier willen we mee stoppen in de komende jaren. 

Slide 18 - Tekstslide

Aan het werk! Open Les 6 en lees aandachtig, kijk naar de filmpjes en maak de opdrachten!

Slide 19 - Tekstslide

Nabespreken

Schrijf een samenvatting van de verschillende soorten duurzame energie. Geef voor vorm van duurzame energie een voordeel en een nadeel!
47
Welke energiebronnen ken je? En welke energiebron lijkt jou het beste? Maak een lijst met energiebronnen en arceer welke jij het beste vindt. Beschrijf zo Natuurkundig mogelijk!
63

Slide 20 - Tekstslide

Opdracht Voedselweb
  • Stap 1: Maak 3 groepjes van +/- 10 leerlingen. 
  • 30 Seconden. 
  • Vanaf 
  • NU!
  • Stap 2: Wijs één aanvoerder aan in elke groep
  • 20 seconden
  • Vanaf ......
  • NU!!
timer
1:00

Slide 21 - Tekstslide

Vervolg Opdracht Voedselweb
Stap 3: luister naar de uitleg in stilte!
Er zijn 3 stapels met 'afbeeldingen'. 
In deze stapels zijn organismen afgebeeld die in een voedselweb horen. 
Als ik de opdracht geef lopen we rustig naar buiten (mondkapjes!)
Elke aanvoerder krijgt buiten een stapel kaarten van mij. 
Jullie hebben dan 15 minuten om na te denken over de goede opzet van jullie voedselweb. Wie eet wie?

Slide 22 - Tekstslide

Vervolg opdracht Voedselweb
Jullie gaan buiten staan en geven met een bol wol de pijlen aan.
De 'producenten' beginnen met een bol wol, en werpen deze naar de consumenten van de eerste orde, dan naar tweede orde, afvaleters, reducenten, enz. 
Als jullie denken dat jullie voedselweb goed staat houden jullie de afbeelding boven jullie hoofd en Dorien maakt vanaf boven een foto. 

Slide 23 - Tekstslide

Vervolg opdracht Voedselweb
Daarna gaan we weer rustig naar binnen en beoordelen we elkaars foto's. 
De aanvoerder neemt papier/potlood mee om een schets/plan te maken over hoe jullie gaan staan. 
Pak nu je mondkapje, papier en potlood. 
Wacht op mijn teken!

Slide 24 - Tekstslide