Digiles 2.3 Spieren en beweging klas 1

Digiles Spieren en beweging
Nectar 2.3 deel 2 | Klas 1 | Goois Lyceum
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Digiles Spieren en beweging
Nectar 2.3 deel 2 | Klas 1 | Goois Lyceum

Slide 1 - Tekstslide

Nectar 2.3 Spieren en beweging
Aan het eind van deze les:
  • kun je beschrijven hoe je spieren samenwerken
  • kun je uitleggen wat willekeurige en onwillekeurige spieren zijn
  • kun je beschrijven hoe de hartspier werkt
  • kun je uitleggen hoe lengte- en kringspieren samenwerken

Slide 2 - Tekstslide

Cellen in spieren heten 
Bundels daarvan heten
Spieren zitten aan je botten en gewrichten vast met 
Als je spier samentrekt wordt hij 
Als je spier ontspant wordt hij
Hoe zat het ook alweer? 
Sleep naar de juiste plek
pezen
spiervezels
spierbundels
korter en dikker
langer en dunner

Slide 3 - Sleepvraag

Armbuigspier 
 Buig je arm en voel aan je armbuigspier.

Bij het buigen van je arm:
Korter en dikker
Bij het strekken van je arm 
Langer en dunner
armbuigspier
(biceps)

Slide 4 - Tekstslide

Armstrekspier
Voel nu aan je armstrekspier.


Bij het buigen van je arm:
Langer en dunner
Bij het strekken van je arm Korter en dikker
armstrekspier
(triceps)

Slide 5 - Tekstslide

Antagonisten
  • Je biceps en je triceps zijn antagonisten
Schrijf op:
  • Elke skeletspier heeft een antagonist: de ene spier is een buigspier, de ander een strekspier
  • Een spier kan alleen kracht zetten door samen te trekken.
    Ze kunnen niét duwen
  • Antagonisten maken tegengestelde bewegingen mogelijk door de andere kant op te trekken

Slide 6 - Tekstslide


Typ nu in eigen woorden wat een antagonist is
Dit is een open vraag.

Slide 7 - Open vraag

Kring- en lengtespieren
Deze spieren komen vooral voor in je verteringskanaal (je slokdarm, maag en darmen)
Schrijf op:
Als kringspieren samentrekken wordt het kanaal smaller
Als lengtespieren samentrekken wordt het kanaal korter en breder
Dit zorgt ervoor dat het voedsel zich verplaatst

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide


Waarom kan deze vleermuis een banaan eten terwijl hij opstekop hangt?
Dit is een open vraag.

Slide 10 - Open vraag

Buigspier
Trekspier

Slide 11 - Sleepvraag

Als de armbuigspier samentrekt wordt hij:
A
langer en dunner
B
langer en dikker
C
korter en dikker
D
korter en dunner

Slide 12 - Quizvraag

Als je de armbuigspier samentrekt, wordt de onderarm ..1.. getrokken. De arm wordt dan ..2..

Welke woorden passen op de lege plekken?
A
1=omlaag 2=gestrekt
B
1=omlaag 2=gebogen
C
1=omhoog 2=gebogen
D
1=omhoog 2=gestrekt

Slide 13 - Quizvraag


Schrijf drie dingen op die je deze les hebt geleerd.
Dit is een open vraag.

Slide 14 - Open vraag


Stel een vraag over iets wat je 
nog niet zo goed hebt begrepen.
Dit is een open vraag.

Slide 15 - Open vraag

Nectar 2.3 Spieren en beweging
Je kunt nu aan de slag met je huiswerk:
  • 2.3 opg. 8, 9, 12, 14, 17, 19
Leerdoelen:
  • kun je beschrijven hoe je spieren samenwerken?
  • kun je uitleggen wat willekeurige en onwillekeurige spieren zijn?
  • kun je beschrijven hoe de hartspier werkt?
  • kun je uitleggen hoe lengte- en kringspieren samenwerken?

Slide 16 - Tekstslide