Taalverzorging - deel 2

Welkom 3H1!

Pak je spullen op 
tafel.
Meld je aan bij lessonup met de 
juiste lescode.
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom 3H1!

Pak je spullen op 
tafel.
Meld je aan bij lessonup met de 
juiste lescode.

Slide 1 - Tekstslide

t.t. - De vriend van mijn broer ... een bestand.
A
download
B
downloadt
C
downloaden
D
downloat

Slide 2 - Quizvraag

t.t. - ... je broer dat bestand?
A
Download
B
Downloadt
C
Downloaden
D
Downloat

Slide 3 - Quizvraag

t.t. - ... je dat bestand?
A
Download
B
Downloadt
C
Downloaden
D
Downloat

Slide 4 - Quizvraag

v.t. - De vriend van mijn broer ... dat bestand.
A
downloade
B
downloadde
C
downloaden
D
downloadden

Slide 5 - Quizvraag

v.t. - Mijn broer ... dat bestand.
A
delete
B
deletete
C
deleten
D
deleette

Slide 6 - Quizvraag

Werkwoordspelling
Engelse werkwoorden

Zelfde regels als 'gewone' werkwoorden!
Maar let op uitspraak!

Ik delete - hij deletet - wij deleten
Ik deletete - hij deletete - wij deleteten

Slide 7 - Tekstslide

Stijlfouten
stellende trap - vergrotende trap - overtreffende trap
groot                             groter                          grootst

Hij is groter dan Marie.
Hij is drie keer zo groot als Marie.

Slide 8 - Tekstslide

Stijlfouten
stellende trap - vergrotende trap - overtreffende trap
groot                            groter                          meest groot   grootst
fantastisch                fantastischer           meest fantastisch

Slide 9 - Tekstslide

Welk vak vind jij het leukst? Geef antwoord in een hele zin. Gebruik het woord 'leuk' niet.

Slide 10 - Open vraag

Wanneer zet je geen komma?
A
Tussen twee bijvoeglijke naamwoorden.
B
Tussen twee persoonsvormen (in samengestelde zinnen).
C
Voor 'en' in de opsomming,
D
Om een erg lange zin van pauzes te voorzien.

Slide 11 - Quizvraag

Wanneer gebruik je geen dubbele punt?
A
Voor een uitleg.
B
Voor een citaat.
C
Voor een stelling.
D
Voor een opsomming.

Slide 12 - Quizvraag

Welke stelling is onjuist?
A
Een vraag heeft altijd een vraagteken.
B
Een titel heeft nooit een punt.
C
Niet aan iedere opsomming gaat een dubbele punt vooraf.
D
Een uitroepteken gebruik je veel in een uiteenzetting.

Slide 13 - Quizvraag

Aan het werk!
Kies één onderwerp:
- werkwoordspelling
- interpunctie
- stijlfouten

Maak hierbij een opdracht (kijk in je boek voor voorbeelden). 
De opdracht heeft 10 zinnen.
timer
8:00

Slide 14 - Tekstslide

Aan het werk!
Maak de opdracht van je buurman/-vrouw. 

Klaar?
Bespreek samen of de antwoorden juist zijn en waarom (niet).

Slide 15 - Tekstslide

Nieuwsquiz

Slide 16 - Tekstslide