Bal gooien naar: - Ga in de kring zitten.
- Noem om de beurt je naam.
- Gooi een bal over.
- Als je gooit noem je de naam van een klasgenoot die de bal moet vangen.
- Noem je de verkeerde naam? Dan gooit je klasgenoot de bal terug. Probeer het opnieuw.
- Gooi net zolang tot iedereen geweest is.
- Probeer steeds sneller te gooien.