9.2
1 / 23
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat is de belangrijkste vernieuwing van absurdistisch theater?
A
Plot en opbouw hoeven niet meer logisch te zijn
B
Absurde kostuums
C
Veel flashbacks worden toegepast om publiek in de war te brengen
D
Publiek emotioneel betrekken bij de voorstelling
Slide 2 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is kenmerkend voor absurdistisch theater?
A
Voorspelbare plots en ontknopingen
B
Afwezigheid van traditionele verhaallijnen
C
Realistische personages en dialogen
D
Onlogische dialogen en situaties
Slide 3 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welk aspect is kenmerkend voor het existentialisme in de kunst?
A
De nadruk op de subjectieve beleving en de angst voor het absurde.
B
De focus op politieke thema's en maatschappelijke kritiek.
C
Het streven naar perfectie en harmonie in de kunst.
D
Het gebruik van humor en ironie.
Slide 4 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Bij LOCATIETHEATER:
A
speelt de voorstelling buiten
B
spelen de kenmerken van de locatie een grote rol
C
moet het publiek zich verplaatsen tijdens de act
Slide 5 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Je keek net naar John Cage. De kunst die hij maakt noemt men
A
conceptuele kunst
B
motivisme
C
minimalisme
D
lokatietheater
Slide 7 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is een kenmerk van conceptuele kunstwerken?
A
De nadruk ligt op het idee of concept achter het kunstwerk.
B
Conceptuele kunstwerken hebben geen artistieke waarde.
C
Conceptuele kunstwerken zijn uitsluitend schilderijen.
D
De kunstwerken zijn altijd abstract.
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 9 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Naar welke relatief nieuwe kunstvorm heb ik hier gekeken
A
installatiekunst
B
performance kunst
C
expressionisme
D
vlakke vloertheater
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke invloedrijk album wordt vaak genoemd als een mijlpaal in de psychedelische rockgeschiedenis?
A
The Doors
B
Are You Experienced
C
Sgt. Pepper's Lonely Hearts Club Band
D
Dark Side of the Moon
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Bij welke jeugdcultuur hoort dit lied?
Blowing in the wind
Bob Dylan
Blowing in the wind
Bob Dylan
A
Hippie
B
Provo
C
Nozem
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat zijn kenmerken van minimal art
A
Felle kleuren
gevoel
B
Ritme en herhaling
Aandacht voor de omgeving
C
organische vormen
natuurlijke materialen
D
Driedimensionaal
Koud
Slide 13 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is postmodernisme?
A
Een religieus concept uit het oude Egypte.
B
Een middeleeuws kunstgenre.
C
Een filosofische en culturele stroming na het modernisme.
D
Een politieke beweging in de 19e eeuw.
Slide 14 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
A
modernisme
B
postmodernisme
Slide 15 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
A
modernisme
B
postmodernisme
Slide 16 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wanneer ontstond de punkbeweging?
A
1990s
B
1960s
C
1970s
D
1980s
Slide 17 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat was een kenmerkend element van de punkbeweging?
A
Conformity to norms
B
Elitism
C
Corporate sponsorship
D
Do-it-yourself attitude
Slide 18 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke stad wordt gezien als de geboorteplaats van hiphop?
A
Brooklyn
B
Queens
C
Harlem
D
The Bronx
Slide 19 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat zijn de 4 elementen van HipHop?
A
Dans, tekenen, muziek & gedichten
B
Tiktok, Urbandance, grafitti & Raps
C
Breakdance, MC/Rap, Grafitti & DJ
D
UrbanStyles, streetdance, Grafitti
Slide 20 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
A
KUNST
B
KITSCH
Slide 21 - Quizvraag
Jeff Koons, Michael Jackson and Bubbles, 1988, 5.6 million dollars.
Van wie is dit werk genaamd "Balloon Dog"
A
Jeff Koons
B
Scott Bibus
C
Marc Quinn
D
Joseph Beuys
Slide 22 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Waar heeft Jeff Koons kritiek op?
A
Hij stelt de relatie tussen kunst en kitsch centraal
B
Hij vindt de beeldjes smakeloos en maakt er daarom een ironie van
C
Hij vindt dat de maatschappij niet meer weet wat kunst is en wat niet
D
Hij stelt de relatie tussen kunst en commerciële producten centraal
Slide 23 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
