Les 1. 7.1 t/m 7.5

Welkom
Telefoon in telefoontas
Tas en jas van tafel
Laptop pakken  
Ga in deze Lesson Up 
 
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Telefoon in telefoontas
Tas en jas van tafel
Laptop pakken  
Ga in deze Lesson Up 
 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen Groepsgedrag
Wolven leven in een roedel waarbij ieder een taak vervuld. Verklaar dit

Leerdoelen:
> Je kunt met behulp van voorbeelden uitleggen waarom taakverdeling bij groepsdieren belangrijk is.


> Je kunt in je eigen woorden uitleggen wat gedragsbiologie is, wat de belangrijkste functies van gedrag zijn en hoe gedrag veroorzaakt wordt.
Je kunt in een gegeven context onderscheid maken tussen verschillende typen prikkels, gedragssystemen en groepsgedrag





Theorie 7.1 t/m 7.5

Slide 2 - Tekstslide

Niko Tinbergen
  • Welke functie heeft gedrag in de natuur?
  • Wat is de directe aanleiding voor gedrag?
  • Hoe ontstaat gedrag tijdens de ontwikkeling van een dier?
  • Hoe verandert gedrag in de loop van de evolutie?


Etholoog

Slide 3 - Tekstslide

Belangrijke Nederlands etholoog

Slide 4 - Tekstslide

1

Slide 5 - Video

00:10
Wat is de functie van dit soort speelgedrag in de natuur?

Slide 6 - Open vraag

1. functies
  • Succesvol gedrag leidt tot overleving, groei en voortplanting


  • Gedrag ontstaat als reactie op inwendige en uitwendige prikkels

Slide 7 - Tekstslide

In welke situatie ga jij het snelst naar bed?
A
situatie A
B
situatie B
C
situatie C
D
situatie D

Slide 8 - Quizvraag

 2. aanleiding
inwendige prikkel: moe
uitwendige prikkel: signalen van ouders

som van prikkels levert motivatie

motivatie > drempel-> handeling
door handeling daalt motivatie =
negatieve terugkoppeling

Slide 9 - Tekstslide

Bijzondere prikkels
sleutelprikkel: prikkel/signaal dat steeds dezelfde reactie oproept

(soms alleen als het dier door inwendige prikkels voldoende gemotiveerd is, bv in de broedperiode)

supernormale/supranormale prikkel
versterkte sleutelprikkel die een sterkere reactie dan normaal oproept



Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

De kuikens van de meeuw beginnen zodra ze een snavel met een rode stip zien gelijk op die snavel te pikken (altijd). Die rode snavel is voor deze kuikens een:
A
Inwendige prikkel
B
Supranormale prikkel
C
Uitwendige prikkel
D
Sleutelprikkel

Slide 12 - Quizvraag

De koekoek legt eieren in het nest van de karekiet. Zodra deze karekiet dit abnormaal grote ei en jong ziet, begint dit vogeltje extra goed voor dit jong te zorgen. Het koekoeksjong is voor de karekiet een:
A
Inwendige prikkel
B
Supranormale prikkel
C
Uitwendige prikkel
D
Sleutelprikkel

Slide 13 - Quizvraag


A
Erfelijk, sleutelprikkel
B
Erfelijk, geen sleutelprikkel
C
Niet erfelijk, sleutelprikkel
D
Niet erfelijk, geen sleutelprikkel

Slide 14 - Quizvraag

Gedragssystemen zijn o.a.
  • Fourageergedrag (voedsel zoeken)
  • Poetsgedrag
  • Vluchtgedrag
  • Exploratief gedrag (onderzoeken/verkennen)
  • Sociaal gedrag, oa
           -voortplantingsgedrag
           -teritoriumgedrag
 


Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Voortplantingsgedrag
balts: Ritueel dat lijdt tot het selecteren van een geschikte (gezonde) partner van dezelfde soort.

broedzorg: Handelingen van ouderdieren die zorgen voor een hogere overlevingskans van jongen.

Nut?

Slide 17 - Tekstslide

Bij de flamingo begint de balts als zich tijdens het broedseizoen voldoende vogels verzameld hebben. Dit komt, omdat
A
De motivatie voor baltsgedrag is gestegen boven een drempelwaarde
B
Een andere flamingo een sleutelprikkel is
C
Een andere flamingo een supra-normale prikkel is

Slide 18 - Quizvraag

Wat kunnen ouderdieren allemaal doen om de overlevingskans van een jong te vergroten?

Slide 19 - Open vraag

Wat is volgens jou een territorium? Hoe kan het hebben van een territorium leiden tot het grootbrengen van méér gezonde jongen?

Slide 20 - Open vraag

territoriumgedrag
veel soorten hebben een territorium
territorium = voedsel en ruimte voor voortplanting

gedragssysteem territoriumgedrag:
- afbakenen
- verdedigen
- indringers aanvallen

Slide 21 - Tekstslide

   Groepsdieren
Veel dieren leven in een groep = betere bescherming tegen aanvallen & taakverdeling

Slide 22 - Tekstslide

Noem een voorbeeld van groepsdieren waarin er een taakverdeling binnen de groep is (en noem ook de verschillend taken)

Slide 23 - Open vraag

Taakverdeling
In groepen is het belangrijk een taakverdeling te hebben



soms wisselende rollen zoals bij stokstaartjes
soms vaste rollen zoals bij bijen en mieren

Slide 24 - Tekstslide

Noem een diersoort waarin er een duidelijke rangorde is binnen een groep

Slide 25 - Open vraag

Rangorde
Binnen een groep dieren is er altijd een rangorde

Dominant: overheersend 
Onderdanig: onder dominant 

Is de rangorde duidelijk in groepen dan is er weinig ruzie!

Bij kippen heet de rangorde de pikorde

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Pikorde 
Een leerling doet gedragsonderzoek bij kippen. Hij noteert gedurende 10 minuten de gedragselementen van vijf hennen P t/m T.
Hij noteert de volgende resultaten.


P: loopt rond - pikt T - drinkt - pikt R - pikt voedsel - wacht
Q: loopt rond - wacht - pikt voedsel - loopt rond - wacht - drinkt - loopt rond
R: wacht - loopt rond - drinkt - pikt Q - pikt voedsel - wacht - loopt rond
S: loopt rond - pikt voedsel - pikt P - wacht - loopt rond
T: wacht - drinkt - pikt Q - wacht - loopt rond - pikt voedsel


De kippen gedragen zich afhankelijk van hun plaats in de rangorde.
Welke kip staat bovenaan in de pikorde?


Slide 28 - Tekstslide

Huiswerk voor morgen
Neem deze LessonUp nog eens door, maak een begrippenlijst/samenvatting.

Je kunt de toetsvragen van 7.2 en 7.5 maken, hoeft niet.

Slide 29 - Tekstslide