losse zinnen
Marloes neemt drinken mee.
Levi zorgt voor de broodjes.
Ik maak mijn huiswerk. Ik luister naar Spotify.
Mijn fietsband is lek. Ik loop naar huis.
samengestelde zinnen
Marloes neemt drinken mee en Levi zorgt voor de broodjes.
Ik maak mijn huiswerk, terwijl ik naar Spotify luister.
Omdat mijn fietsband lek is, loop ik naar huis.